“Vanuit Vlaanderen mee investeren in de spoorwegen versnelt de projecten en dat komt de Vlaamse mobiliteit en economie direct ten goede”

Het was lang wachten, maar er is dan toch een akkoord in de maak over het investeringsplan van de NMBS voor de periode 2018-2022. Naast de federale investering van 371 miljoen euro in Vlaanderen, zal ook het Vlaams gewest zelf nog eens honderd miljoen investeren via cofinanciering. Geld dat moet dienen om de elf Vlaamse spoorprioriteiten versneld uit te voeren.

Timmie van Diepen

Dat is goed nieuws, want een groot deel is voor Limburg bestemd. Het toont niet alleen aan dat de afgelopen jaren amper is geïnvesteerd in onze provincie, maar ook dat de noodkreten daarover niet onterecht waren. Ook al wordt daar soms meewarig over gedaan ter hoogte van de Vlaamse Ruit. De elektrificatie en verdubbeling van de lijnen Mol-Hamont en Balen-Zonhoven zal de verbinding met het centrum van het land versterken en op termijn mogelijk ook de IJzeren Rijn en bijgevolg de Antwerpse haven ten goede komen.

Tegelijk blijft de vaststelling dat grote delen van Limburg nog altijd zonder hoogwaardig openbaar vervoer zitten. Van de geplande nieuwe spoorlijn Hasselt-Neerpelt - door Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA) gebombardeerd tot de prioriteit der prioriteiten - zal tot 2022 niets terechtkomen, buiten enkele voorbereidende werken.

Maar we willen ook niet te kritisch zijn. Vlaanderen geeft met deze investering tenminste het signaal dat het iets over heeft voor het openbaar vervoer. Honderd miljoen is niet niks, en al zeker niet in een bevoegdheid die eigenlijk niet de hare is. Vooral bij N-VA lag dit lang moeilijk. Waarom zou Vlaanderen betalen voor iets waar het recht op heeft via federale zijde? Ondanks de toegeving van minister Weyts in deze, was er ook gisteren in Vlaams-nationalistische kringen nog altijd kritiek te horen op de keuze voor cofinanciering.

Strikt genomen heeft N-VA ook een punt, want het begint met spoorwegen, maar waar eindigt het? Anderzijds mogen we niet vergeten dat de federale staat door de opeenvolgende - door N-VA gewenste - staatshervormingen steeds verder is uitgekleed en deze legislatuur 2,1 miljard euro moet besparen op het spoor.

Mee investeren vanuit Vlaanderen lijkt ons dus logisch. Het versnelt de projecten en dat komt de Vlaamse mobiliteit en economie direct ten goede. Het alternatief is de door N-VA bepleitte regionalisering van het spoor. Dat zou Vlaanderen toelaten om zelf de regie in handen te nemen, maar het zou ook een miskenning zijn van de status van de trein als vervoermiddel voor de lange afstand. En dan willen we nog niet denken aan de treinverbindingen die de taalgrens overschrijden. Die doorknippen, zou België nog verder verdelen. Al kan dat natuurlijk ook een doel zijn.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer