Direct naar artikelinhoud
#fakenews

Russische ex-cybersoldaat klapt uit de biecht: "Trollenfabriek is niets meer dan leugenkermis"

De 26-jarige Vitaly Bespalov werkte een tijd lang in een Russische 'trollenfabriek'.Beeld RV

Als onderdeel van een propagandamachine, schreef Vitaly Bespalov (26) valse nieuwsberichten over het conflict in Oekraïne. Nu is hij een van de weinige Russische cybersoldaten, die over de geheime informatieoorlog wil praten. “Ik krijg heel de tijd doodsbedreigingen.”

Sint-Petersburg, september 2014. Terwijl in Oost-Oekraïne een conflict woedt tussen de regering en pro-Russische separatisten, is Vitaly Bespalov uitgenodigd om op sollicitatiegesprek te komen bij een mediabedrijf. Hij denkt dat het bedrijf interesse in hem heeft door zijn journalistiek profiel – eerder werkte Vitaly als journalist voor een politieke website – maar op het sollicitatiegesprek vraagt de interviewer hem al om nieuwsberichten te herschrijven. “Ik vroeg hun of ik propaganda zou moeten schrijven”, vertelt Vitaly. “Ze zeiden eerst van niet.”

Het eerste dat hem evenwel opvalt aan dat mediabedrijf, is dat de beveiliging er heel streng is. Het adres is Savushkinastraat 55, een locatie die hij sindsdien aan enkele westerse televisiezenders heeft aangewezen als de ‘trollenfabriek’.

(Lees verder onder de video.)

Dat hij uitgekozen wordt, verbaast hem enigszins. De jongeman, met zijn piercings, Marilyn Manson-tattoo en een portfolio dat naar eigen zeggen duidelijk is over zijn politieke standpunten is niet meteen een grote fan van Poetin. “Maar ik denk dat ze zoveel mensen nodig hadden dat ze iedereen aannamen”, vertelt hij. “Er was ook geen tijd om kandidaten te screenen.”

Leugenkermis

In de volgende weken publiceert Vitaly dagelijks ongeveer twintig artikels – 800 woorden elk – over het conflict in Oekraïne. Hij schrijft vanuit Sint-Petersburg voor een Oekraïense website. “Ik moest op basis van bestaande artikels nieuwe stukken maken, maar dan met kleine veranderingen erin. Als de separatisten bijvoorbeeld omschreven werden als ‘terroristen’, maakte ik er ‘militieleden’ van. Ook moest ik alle kritiek op president Poetin achterwege laten.”

Gaandeweg ontdekt hij dat de trollenfabriek uit meerdere afdelingen bestaat. Er is een mediaholding, die zich met ‘journalistiek’ bezighoudt, trollen die zich op de sociale media storten en fake bloggers, van wie sommigen in het Engels schrijven. De meeste werknemers zijn vrouwen, van tussen de 25 en 30 jaar oud.

“De trollenfabriek is niets meer dan een leugenkermis”, zegt Vitaly. Ook al praten de afdelingen volgens hem niet met elkaar, ze gaan wel verder op elkaars werk. Fake bloggers schrijven blogs met leugens, die als bron dienen voor fake artikels, en die de trollen dan weer gretig delen. En zo blijft de kermis draaien.

'Wij zagen de gewone trollen als 'losers''
Vitaly Bespalov

“Wij zagen de gewone trollen als losers", lacht Vitaly. “Zij hadden nauwelijks enige opleiding gehad en wij in de media-afdeling waren volleerde journalisten. Een aantal journalisten die voor ons werkten, had ook een verleden bij de Russische televisie. Maar door de crisis in Rusland had iedereen op dat moment een job nodig. En het loon was goed: wij werden 45.000 roebel betaald (650 euro), terwijl je voor dit werk normaal gezien 25.000 roebel krijgt (425 euro). In politiek hadden de meeste trollen ook geen interesse.”

Memes

Na een maand moet hij overstappen naar de trollenafdeling. Zijn job daar is simpel: verspreid zoveel mogelijk ‘nieuwsartikels’ op sociale media. Hij creëert fake accounts – doorgaans op naam van een vrouw, omdat vrouwelijke profielen meer aandacht krijgen – en spamt erop los, tot de accounts afgesloten worden. “En dan creëerde ik weer andere accounts.”

Vitaly maakt ook virtuele cartoons om buitenlandse politici belachelijk te maken. De inhoud van die memes moet niet verfijnd zijn: Barack Obama wordt vergeleken met een chimpansee, Angela Merkel met Hitler en de Oekraïense president Petro Porosjenko met een varken.

Een voorbeeld van een meme die Vitaly Bespalov maakte.Beeld RV

Het werk staat Vitaly na verloop van tijd tegen. “Ik hoorde op den duur mijn vrienden in propagandaslogans praten”, vertelt hij. “En ik voelde me deels verantwoordelijk.” Hij vraagt zich op zijn eigen socialemediaprofielen af waar hij mee bezig is en stapt op in januari 2015. Uit andere bronnen blijkt nu dat trollen vanop de locatie in Sint-Petersburg ook fake news verspreid hebben tijdens het brexitreferendum en tijdens de Amerikaanse verkiezingen van 2016.

Drugsverslaafde

Na zijn vertrek publiceert Vitaly – onder een valse naam - een artikel over de trollenfabriek op een Russische website. “Wat later kreeg ik een bericht van Anna, mijn voormalige baas. Ze noemde mij een fucking little bitch. Ik kreeg ook telefoons van mannelijke stemmen, die me bedreigden. En collega’s maakten mij via de telefoon voor van alles uit, gewoon voor de lol."

'Ik krijg voortdurend bedreigingen en ik heb gehoord dat ik mogelijk wel berecht word als spion'
Vitaly Bespalov

Vitaly is nu aan de slag als freelancejournalist voor enkele nieuwswebsites. Hij schrijft onder meer over economie. Sinds een interview met hem door de Amerikaanse zender NBC is uitgezonden, is hij bang. De Russische staatstelevisie heeft dat interview overgenomen, maar bij haar uitzending zijn een paar details gewijzigd. Tijdens een programma op Rusland 1, is Vitaly afgeschilderd als een losgeslagen drugsverslaafde, die ‘getrold’ heeft tijdens de Amerikaanse verkiezingen. Hij denkt dat de Russische staatsmedia zich zo willen distantiëren van de trollen die Donald Trump aan de macht geholpen hebben, of dat ze toch die indruk willen geven.

“Ik krijg voortdurend bedreigingen en ik heb gehoord dat ik mogelijk wel berecht word als spion”, zegt Vitaly. “Maar daarom wil ik over de trolfabriek blijven spreken. Het is niet enkel belangrijk dat ik dit verhaal vertel, maar het is ook voor mijn eigen veiligheid. Als de buitenlandse pers nu over mij schrijft, omdat ik een trol was, hoop ik dat ze mij aandacht geven, mocht ik veroordeeld worden.”

De getuigenis van Vitaly Bespalov is ook opgetekend in het boek War in 140 Characters, van David Patrikarakos.