Op 29 juni vorig jaar kwam de politie ter plaatse nadat een Indiër gewond raakte. Volgens het ‘slachtoffer’ zou een gelddiscussie over de uitbating van de carwash de aanleiding geweest zijn. De veertiger verklaarde eerder dat de man zelf het mes in zijn buik gestoken had. “Zelfverminking”, klonk het. Het parket zag het anders. “Het Indische slachtoffer had het doel om mee in de carwashzaak te stappen en er ontstond een discussie over 5.000 euro. Er was dus wel degelijk een motief. Dat er geen bruikbaar dna van hem op het mes gevonden is, is niet doorslaggevend. Dat gebeurt wel vaker”, aldus de procureur.

De rechtbank volgde de redenering niet en ging mee in het pleidooi van Dimitry Descamps, advocaat van de verdachte. “Dit is een dun dossier. Er zijn geen getuigen die de steekpartij gezien hebben. Dna niet nodig? Waarom moeten we dan nog een onderzoek doen als de vondst of het uitblijven ervan voor allerhande interpretaties vatbaar is door het openbaar ministerie? Laten we ons dan die kosten maar besparen. Bovendien zijn de verklaringen van het slachtoffer tegenstrijdig. Straf ook dat de verdachte twee dagen na de steekpartij tal van spullen is komen ophalen in de carwash en naar het buitenland vertrokken is. Als er iets zou zijn, dan is er twijfel en dat speelt in het voordeel van mijn cliënt”. Het parket kan wel nog altijd tegen de uitspraak in beroep gaan, maar dit hield de vrijgesproken man niet tegen om bijzonder opgelucht de rechtbank te verlaten.