Na een lang onderzoek konden eind oktober vier verdachten van een reeks diefstallen in rusthuizen in het hele land opgepakt worden. De leden van de zogenaamde rusthuisbende bestalen bejaarden door zich voor te doen als zorgkundigen. Het viertal werd opgesloten in de cel.

Omdat bij de onderzoeksrechter geen tolk aanwezig was, vochten advocaten Koen Vaneecke en Sam Vlaminck de aanhouding van hun cliënten aan. Het Hof van Cassatie verbrak in begin december het arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling (KI) over de aanhouding. Daardoor moest de KI zich vorige week opnieuw over de aanhouding buigen.

De raadsheren oordeelden weer dat er geen schending van de procedure had plaatsgevonden, maar ze beslisten wel om verdachten Ruscha K. en Oliver B. vrij te laten zonder voorwaarden, enkelband of borg. Het duo zal zich later, ­samen met de twee andere bendeleden, voor de rechter moeten verantwoorden.