© kds, kdl

Generale repetitie voor BK zonder toppers: “Ze verdienen zoveel. Dat startgeld maakt hen niet meer uit”

Ze dachten een pracht- datum op de kalender te hebben, daar in Leuven. Exact één week voor het Belgisch kampioenschap, de enige cross in de dertien dagen tussen Baal en het BK. Leuven zou het ultieme opstapje richting BK worden. Maar net nu geven zowat alle toppers forfait. Geen Van Aert, geen Van der Poel, geen Sweeck, en door omstandigheden ook geen Van der Haar of Vanthourenhout. Een grote domper. “De toppers verdienen zoveel. Dat startgeld maakt hen niet meer uit.”

Wim Vos

Erwin Vervecken, de gewezen ­wereldkampioen die namens Golazo het deelnemersveld voor de Soudal Classic in Leuven samenstelt, windt er geen doekjes om. Met zoveel ­af­zeggingen had ook hij geen rekening gehouden. Integendeel.

“Ik dacht echt dat de cross in Leuven op het ideale moment viel. Tussen Baal op 1 januari en het BK zitten ­bijna twee weken. Leuven is de enige internationale cross op het programma in die periode. Ik dacht: iedereen gaat zich een week voor het BK nog eens willen testen. We gaan over een volledig veld beschikken.”

Vervecken heeft zich vergist. Vooral de afwezigheid van Mathieu van der Poel en Wout van Aert springt in het oog. Met zijn tweeën domineren die al het hele seizoen. Maar ook Laurens Sweeck en Toon Aerts, dit seizoen het vaakst the best of the rest, zijn er ­zondag niet bij. Dat heet een – meer dan – afgeroomd deelnemersveld.

De reden? Vervecken spreekt van de rage van de minipauzes. “Vroeger lasten renners één of twee zuiderse stages in. Neem het decemberweekend met de wedstrijden in Hasselt en Mol. Twee niet-klassementscrossen. Dan weet je als organisator dat sommige renners wat langer op stage zullen blijven en dat weekend liever overslaan. Zoals dit ­seizoen. Dat calculeer je in. Maar ­tegenwoordig grijpen ze zowat elke kans aan om in het zuiden te gaan trainen. Al is het maar voor een paar dagen. Noem het een nieuwe trend. Ook omdat ze mekaar nadoen. Eén topper begint ermee, dat blijkt dan niet tegen te vallen, en dus gaan ook andere renners dat doen.”

Vervecken vindt het maar een beetje ‘raar’. “Omdat ik het als renner nooit zou doen. Er zijn nog dertien dagen tot het BK. Ik wilde dan altijd nog eens een wedstrijd rijden, alleen al om dat ­gevoel vast te houden.”

Luxe van de toppers

Sven Nys, tegenwoordig ploegleider van Telenet-Fidea, kan Vervecken ­begrijpen. Op Aerts en de zieke Van der Haar na komen zijn renners ­zondag wel aan de start.

“Toegegeven, met zo’n week in het zuiden kan je nog wat aan je basis werken. Anderzijds: ook zij moeten zich in die periode tot het BK nog een keer prikkelen. Dan zou ik dat liever doen door een cross te rijden dan dat je op je eentje ver weg in een bos jezelf moet testen zonder dat er iemand ­toekijkt.”

Maar dat is niet de enige reden, ­beseft zowel Vervecken als Nys. ­Vroeger kon je met het juiste finan­ciële surplus een twijfelende topper nog wel eens over de streep halen. Ook Leuven had een budget voor­handen voor Van Aert en Van der Poel. Maar die centen overtuigen niet meer.

Vervecken: “In mijn tijd had je die startgelden als renner nodig. Dat was een groot deel van mijn inkomen. En niet alleen bij mij: Nys, Mario De Clercq, we zaten allemaal in hetzelfde schuitje. Vandaag hebben de toppers zo’n hoog loon, ze hebben de luxe om selectiever te zijn. Een keertje een cross en het bijhorende startgeld overslaan doet hen weinig.”

Nys beaamt. “Ik heb het zien evolueren. Vroeger was de verhouding 70-30. Zeventig procent van je inkomen kwam van de startgelden, dertig procent van je loon. Dat werd later 50-50. En voor de toppers is die balans nog veel verder doorgeslagen.”

Geen klassement

Wat de oplossing kan zijn? Een ­andere datum voor Leuven? Zoals ­vorig jaar, toen de wedstrijd eind ­februari op de kalender stond.

Vervecken aarzelt. “Toen hadden we inderdaad wel alle groten aan de start. Alleen zitten we, qua belangstelling, nu wel in de hoogdagen van de cross. Dat is eind februari dan weer anders.”

Nys heeft daarom een ander voorstel. Leuven is een niet-klassementscross. Begrijp: hij telt niet mee voor de Wereldbeker, de Superprestige of de DVV Verzekeringen Trofee. Nys zou in het weekend voor het BK liever wel een klassementscross op de kalender zien staan.

“Nu heeft een afzegging geen ­verdere gevolgen. Dan heeft elke ­crosser wel een klassement te ver­dedigen en is de drang om toch deel te nemen veel groter. Zelfs voor de subtoppers. Niet vergeten dat we een heel zware eindejaarsperiode achter de rug hebben. Iedereen heeft wel iets: een kleine blessure, wat last aan de keel… Als je dan zonder verdere ­gevolgen een cross kan overslaan, is de verleiding groot.”