22 januari 1918, Vlaanderen roept de "onafhankelijkheid" uit

In december 1917 besliste een door de Duitse bezetter gemanipuleerd Vlaams "marionnettenparlement" eenzijdig de onafhankelijkheid uit te roepen. Op 22 januari 1918 werd de beslissing openbaar gemaakt. Het was tijdens de Eerste Wereldoorlog. De gevolgen van die keuze - "collaboratie" - zijn volgens historicus Bruno Yammine nog altijd voelbaar. "De Belgische politiek zou nooit nog dezelfde zijn."

Dit is een bijdrage van Bruno Yammine, doctor in de geschiedenis (Leuven) en actief in de Belgische Beweging die opkomt voor het herstel van de unitaire staat. Hij lag mee aan de basis van de Belgische unitaristische partij B.U.B. Als historicus is hij gespecialiseerd in de ontstaansgeschiedenis van het Vlaams-nationalisme .

Karikatuur uit "De Amsterdammer" die de Vlaamse onafhankelijkheidsverklaring hekelt (16 februari 1917)

Op 27 oktober 2017 riep het Catalaanse parlement tevergeefs eenzijdig de onafhankelijkheid uit. Veel minder bekend is dat er zich bij ons honderd jaar geleden hetzelfde afspeelde, zij het dan onder heel andere omstandigheden. Op 4 augustus 1914 viel Duitsland het neutrale België binnen. De eis tot vrije doortocht van Duitse troepen naar Frankrijk, waarmee Duitsland in oorlog was, was een dag eerder door de Belgische regering afgewezen.

Het begin van de Eerste Wereldoorlog ging gepaard met onnoemelijk veel bloedvergieten, waarbij de Duitsers Belgische steden verwoestten en duizenden Belgen vermoordden. Het Verenigd Koninkrijk, een garant van onze neutraliteit, snelde België ter hulp. De Duitse opmars werd begin september 1914 gestuit, waarna vier jaar loopgravenoorlog volgde.

Ondertussen had Duitsland op 9 augustus 1914 aan Brussel een verzoek tot wapenstilstand overgemaakt. België weigerde. Het Duitse Rijk veranderde daarop zijn strategie. Ons land zou de gevolgen van zijn houding moeten dragen en vernietigd worden. Het middel daartoe was de “Flamenpolitik”. 

Leuven verwoest door het Duitse leger in het najaar van 1914.

De Duitse “Flamenpolitik”

Op 2 september 1914 gaf Berlijn de opdracht om de Vlaamse Beweging in België te ondersteunen, ook om in het neutrale Nederland een goede indruk te maken. Op 16 december werden de instructies uitgebreid. Naar buiten toe zou Duitsland zich als “trouwe vriend en beschermer” van de Vlamingen voordoen.

Maar de “beschermer” werd van meet af aan geconfronteerd met een vijandige publieke opinie, en een Vlaamse Beweging die helemaal niet anti-Belgisch bleek. Haar vooroorlogse politieke eisen beperkten zich tot het bekomen van taalwetten.

“Activisten” en “passivisten”

De Duitse bezetter moest dus alle middelen aanwenden om Vlaamsgezinden te overtuigen.  De kern van zijn boodschap was dat in geval van een Duitse nederlaag de Franstaligen het Nederlands na de oorlog zouden uitroeien.

In het buitenland verspreidden volgens de Duitsers de Franstalig-Belgische dagbladen dagelijks berichten daarover. De Duitse censuur maakte het natuurlijk onmogelijk om na te gaan of dit klopte. De Duitse propaganda zorgde zo voor het ontstaan van kleine “activistische” kernen in enkele steden. Met het “activisme” wordt de Vlaamsgezinde collaboratie bedoeld. De riante lonen, vergoedingen en subsidies aan verenigingen en kranten, die de Duitse bezetter bovenhaalde, hielpen velen om de stap naar het activisme te zetten.

Aan de andere kant van het spectrum stond de groep die door de “activisten” verweten werd passief te blijven onder het vermeende “Franstalige offensief”: de “passivisten”. Dit waren de Belgisch-loyale Vlaamsgezinden. In  werkelijkheid waren ze geen  “slappe” Vlamingen, maar doorzagen ze de ware Duitse bedoelingen.

"Duitsland helpt nieuwe jonge plantjes zoals Vlaanderen groeien"; tekening in het Duitse "Der Guckkasten" uit het voorjaar van 1918 (nr 8)

“Groot-Nederlandse” beweging

Op 23 augustus 1915 meldde de Duitse ambassadeur in Nederland aan Berlijn dat de Nederlanders als “nuttige werktuigen” gebruikt konden worden om België "blijvend te verzwakken door het aanwakkeren van Vlaams-Waalse twisten". Het Duitse opzet was immers om na verloop van tijd Vlaanderen binnen een verbrokkeld België aan Nederland aan te bieden, zodat ook Nederland op termijn in Duitsland zou opgaan.

De eerste doorbraak van de Flamenpolitik kwam er via Nederland. De Duitsers stichtten er een “Groot-Nederlandse” beweging. En uit Nederlandse mond klonken eisen om België “grondig te hervormen” aannemelijker dan wanneer de Duitsers dat verkondigden.

Het grootste Duitse succes kwam er toen de Duitsers eind 1915 kenbaar maakten dat de Gentse universiteit heropend zou worden. De voertaal van de universiteit zou van het Frans naar het Nederlands veranderd worden.

Vóór de oorlog was het onderwijs op universitair niveau (maar niet in het middelbaar of lager onderwijs) in België Franstalig.  Rond 1910 was één van de voornaamste eisen van de Vlaamsgezinden om de universiteit van Gent stapsgewijs Nederlandstalig te maken.

Gouverneur-generaal von Bissing (vooraan in het midden) overhandigt de gebouwen van de vervlaamste universiteit aan het nieuwe academische bestuur, 20 oktober 1916

De Duitse bezetter probeerde de Vlaamsgezinden door een maandenlange campagne te overtuigen dat hij volledig in overeenstemming met de Belgische wetgeving gehandeld had. Maar hij wist goed dat dit niet het geval was. En dat de Belgische regering-in-ballingschap de heropening van de universiteit (in oktober 1916) zou veroordelen.

Het gevolg was dat de relatief kleine groep Vlamingen die deelnam aan de vernederlandsing buiten de Belgische wettelijkheid trad. Zo werd ze tegen België opgezet en ontstond ook een kloof binnen de Vlaamse beweging. Want het overgrote deel daarvan wou geen Nederlandstalige universiteit uit de handen van de bezetter ontvangen.

Feestelijke opening van het studenthuis van de Gentse universiteit in juni 1918; tijdens de plechtigheid wees de Duitse gouverneur-generaal von Falkenhausen de Vlaamse studenten er op dat het feest alleen mogelijk was dankzij de Duitse jeugd die aan het front vocht (collectie UGent)

Onafhankelijk. Of toch niet?

Op 21 maart 1917 gingen de Duitsers een stap verder. Toen kondigde gouverneur-generaal Von Bissing de “bestuurlijke scheiding” af. België werd zo in een Vlaams en een Waals deel verdeeld. Om het Vlaamse deel te besturen werd door de bezetter een onverkozen marionettenparlement opgericht: de Raad van Vlaanderen.

Die zou zogezegd “namens het Vlaamse volk” spreken. Duitsland wou zo België verder ontwrichten en tegelijk inspelen op het nieuwe principe van de geallieerden, het "zelfbeschikkingsrecht der kleine volkeren".

Dat was cynisch, wetende dat dit principe net ontwikkeld was om de zelfstandigheid van kleine landen als België te waarborgen. Ondertussen was een afvaardiging van die Raad in het grootste geheim naar de Duitse kanselier in Berlijn gereisd. De Duitse pers smeerde dit breed uit, alweer om de geallieerden die het hadden over het zelfbeschikkingsrecht van kleine volkeren van antwoord te dienen.

De delegatie van de Raad van Vlaanderen in Berlijn, foto gepubliceerd in Welt im Bild, een Duits propagandablad met vooral foto's met uitleg in 12 verschillende talen
Omniscan 12.6 Build2317

Vlaamse onafhankelijkheid

De “activisten” zaten enorm  verveeld met die aandacht. En onder de bevolking nam de haat tegen deze collaboratie nog toe. Op 22 december 1917 riep de Raad van Vlaanderen in een geheime zitting de Vlaamse onafhankelijkheid uit.

Dit gebeurde op aansturen van het Duitse gouvernement-generaal te Brussel. Het was een manoeuvre dat de goedkeuring had van de Duitse vloot- en legerkringen, kortom van iedereen die de oorlog tot het bittere einde wou doorzetten.

De Duitse regering had andere ideeën. Ze rekende op een vrede door onderhandelingen. In dat geval was het onmogelijk om naar buiten toe België te vernietigen. De onafhankelijkheid van België was immers de reden waarvoor het Verenigd Koninkrijk de oorlog verklaard had aan Duitsland!

De tactisch meer gematigde Duitse kanselier verbood daarom onmiddellijk de maatregel. “Onafhankelijkheid” werd afgezwakt tot “politieke zelfstandigheid” en de Raad moest zich aan verkiezingen onderwerpen om aan de buitenwereld te bewijzen dat ze gesteund werd door de Vlamingen.

De bekendmaking van het nieuws in de aktivistische en door de Duitsers gesubsidieerde krant Het Vlaamsch Nieuws

Op 22 januari 1918 maakte de “activistische” propaganda de beslissing van de Raad bekend. Daarop werden “volksraadplegingen” georganiseerd om de vooraf aangeduide kandidaten van de Raad te “verkiezen”. De ontnuchtering bij de “activisten” was groot. Want in elke stad liepen deze “verkiezingen” op een sisser uit. Zij die gingen stemmen werden op massale tegenbetogingen onthaald.

Uiteindelijk waren er maximaal 15.000 “ja”-stemmers op een bevolking van een paar miljoenen. Al op 24 februari 1918 zetten de Duitsers hun “verkiezingen” zelf stop.

Het bestuur van de Raad van Vlaanderen, "Onze Vlaamsche regering", in het Duits-Vlaamse propagandablad "Door Vlaanderen heen"

Haat tegen België

De nieuwe “verkozen” raad stond volledig onder invloed van de meest radicale kringen in het Duitse Keizerrijk. De leden ervan beseften zeer goed dat ze in geval van een Duitse nederlaag niet alleen hun broodwinning, maar ook – wegens hoogverraad – hun leven riskeerden.

En dus werd hun hele denken gedreven werd door een haat tegen België.

Toen in de zomer van 1918 de Duitsers in het westen in het defensief gedwongen werden, sprak de bezetter zich met het oog op onderhandelingen uit voor het voorwaardelijk herstel van de Belgische staat. De Raad van Vlaanderen bleef sluimerend bestaan onder de naam “de Commissie van Zaakgelastigden”.

In oktober dat jaar werd deze omgedoopt tot het “Vlaams comité” met als zetel Den Haag. Het doel was om  door propaganda van daaruit de vredesonderhandelingen in pro-Duitse zin te beïnvloeden. Maar op 11 november 1918 stortte het Duitse Rijk in elkaar. Er kwamen geen onderhandelingen. Wel werden aan Duitsland in 1919 zeer strenge vredesvoorwaarden opgelegd.

De “onafhankelijkheidsverklaring” was alleszins een totaal fiasco. Belangrijker is dat de Duitsers erin geslaagd waren binnen de Vlaamse beweging een nieuwe tegenstelling te creëren, één tussen “Vlaanderen” en “België”, twee entiteiten die vóór de oorlog identiek waren. De Belgische politiek zou nooit nog dezelfde zijn.

"De opening van de Gentse vervlaamste universiteit als Duitse splijtzwam voor België", Nederlandse karikatuur, 1917

Meest gelezen