Al zestig jaar lang is de klassieke Barbie er eentje met een wespentaille, ellenlange benen, lange blonde lokken en blauwe ogen. Een schoonheidsideaal waar maar heel weinig meisjes en vrouwen aan voldoen. En net dat onrealistische schoonheidsideaal zou volgens een nieuwe studie toch een nefaste invloed hebben op het zelfbeeld van jonge meisjes. De drie onderzoeksters lieten daarvoor twee groepen meisjes van 6 en 8 met poppen spelen. De ene kregen een traditionele Barbie in de handen gestopt, de andere groep de volslankere Tracy. Of de poppen nu een badpak aanhadden of net bescheiden aangekleed waren, in beide gevallen bleken de meisjes die met de Barbie hadden gespeeld een lagere tevredenheid met hun eigen lichaam optekenen.

Om hun bevindingen te staven, gebruikten de onderzoekers nog een controlegroep waarin opnieuw met dunne en volslanke poppen gespeeld mocht worden, zonder dat het om een Barbie of Tracy ging. Opnieuw konden dezelfde reacties vastgesteld worden, de meisjes die met de dunnere pop speelden voelden zich onzekerder over zichzelf.

Ook bij Mattel, de producent van Barbie, hebben ze ondertussen ingezien dat de tijden veranderd zijn en konden ze de roep naar meer diversiteit niet meer negeren. In 2016 bracht het dan ook voor het eerst een reeks poppen uit met meer realistische lichamen, waaronder eentje van kleine postuur, een heel grote en een volslankere. De zwarte Barbie werd al voor het eerst in 1968 geïntroduceerd en in 1997 kwam ook al een Barbie uit die in een rolstoel zit.