Slachtoffer Anse (links) en rechts twee beelden van de campagne waarmee de stad Antwerpen het taboe rond seksuele intimidatie wil doorbreken. © RR

Na de moedige getuigenis van Anse: “Aangifte doen is en blijft belangrijk”

De moedige getuigenis van de 22-jarige Anse, waarin ze vertelt hoe ze werd aangerand op een bus en wat dat haar bij haar teweeg bracht, heeft heel wat reacties losgeweekt. De stad Antwerpen lanceerde in mei nog een spraakmakende campagne tegen seksuele intimidatie en er komen nog nieuwe projecten. “Maar het blijft belangrijk om aangifte te doen”, zegt schepen van Sociale Zaken Fons Duchateau (N-VA).

dvd

Mag iemand jouw vrouw betasten op de bus? Die slogan is ondertussen al verschillende maanden te zien op affiches in de stad Antwerpen. De campagne is gericht tegen exact dat soort feiten waarvan Anse slachtoffer werd. Met provocerende slogans zoals “Mag iemand jouw moeder een hoer noemen?” en “Mag iemand jouw dochter me naar huis volgen, wil de campagne het taboe rond seksuele intimidatie doorbreken. De campagne loopt nog altijd en er zijn ook plannen voor nieuwe campagnes, maar die zijn nog niet concreet.

Lees de getuigenis:“Wij zijn niet geboren om uw seksuele fantasieën in te vullen: wij hebben betere dingen te doen”

© Marien Ludo

“Dit soort incidenten bewijst dat deze campagnes nodig zijn”, zegt schepen voor Sociale Zaken Fons Duchateau. “Maar de boodschap is en blijft dat het belangrijk is om aangifte te doen bij de politie. Wat er daar op die bus is gebeurd, dat is aanranding van de eerbaarheid en dat zijn strafbare feiten. Zelfs nu is het nog niet te laat om alsnog aangifte te doen. Dit is niet iets wat je over je heen moet laten gaan. Laat het heel duidelijk zijn dat je bij aangifte van dergelijke feiten wel degelijk serieus genomen zult worden door de politie. Hier moet je niet mee blijven zitten. Wie hulp nodig heeft bij dergelijke problemen, zal die wel degelijk krijgen.”

“Wij zijn niet geboren om uw seksuele fantasieën in te vullen: wij hebben betere dingen te doen”

Anse © rr

“Aan de man die het nodig vond om zijn hand tussen mijn benen te steken en mij vervolgens minutenlang te martelen door mij geen uitweg te bieden: u heeft iets in mij wakker gemaakt. Ik ben herboren als een feministe.” Zo beschrijft Anse, een jonge vrouw van 22 jaar uit Antwerpen, in een pakkende getuigenis hoe een traumatische ervaring op de bus haar als persoon veranderde.

In de getuigenis die ze aan onze redactie bezorgde, beschrijft Anse hoe ze een tijdje geleden op een bus vanuit Antwerpen werd lastig gevallen door een jongeman die naast haar zat. De man probeerde haar aan te randen en niemand schoot ter hulp. Die pijnlijke ervaring, gecombineerd met de minimaliserende reacties van de buitenwereld daarop, hebben haar kijk op de wereld dramatisch veranderd. “Voortdurend ben ik op mijn hoede om geen signalen te sturen die fout geïnterpreteerd zouden kunnen worden. Een vriendelijke glimlach heb ik niet langer meer in de aanbieding”, schrijft ze in de getuigenis die u hieronder integraal kan lezen.


“Wij zijn niet geboren om uw seksuele fantasieën in te vullen: wij hebben betere dingen te doen dan dat”

© rr

Enkele maanden geleden werd ik ‘s nachts op mijn weg naar de Rooseveltplaats lastiggevallen. Een auto volgde me en de bestuurder en zijn gezelschap probeerden me met het nodige gefluit in het voertuig te lokken. “We zouden het gezellig kunnen maken.” Dat ik hun opdringerige aanbod vriendelijk weigerde - ik ben goed opgevoed -, leek hen duidelijk niet te zinnen: ze begonnen te dreigen, ik nam de benen. Achter mij hoorde ik ze me nog toejuichen: “Ja, ga maar lopen hoer. Dan valt ge tenminste wat af.” Ik weeg 52 kilo.

Een week later zat ik na een vermoeiende dag achter de schoolbanken op de bus vanuit Antwerpen naar huis. Er zat een (blanke) jongeman naast mij die al snel in slaap dommelde. Op een tiental minuten van mijn halte, werd de jongeman wakker. Hij keek me vriendelijk aan en knikte. Ik knikte beleefd terug terwijl ik naar mijn iPod luisterde. Mijn hoofd lag tegen het raam en ik staarde verveeld naar buiten.

Plots voelde ik hoe de jongeman naast mij zijn voet op en neer tegen mijn onderbeen schuurde. Mijn naïeve ik zag er geen erg in maar ik verzette me toch omdat het me een ongemakkelijk gevoel gaf. Nog geen tien seconden later voelde ik hoe zijn hand langs de zijkant van mijn been tussen mijn dijen terechtkwam en hoe het probeerde mijn erogene zone te stimuleren.

Paniek overviel me. Met mijn ellenboog gaf ik hem een krachtige stomp in zijn zij. Ik ben niet de persoon die voor zichzelf opkomt en hem op zijn plaats zet, ik ben niet assertief.

Angstig keek ik om me heen. Ik zocht naar iemand die me kon helpen. Mijn blik viel op een iets oudere dame die recht tegenover mij zat. Zij had het voorval ongetwijfeld zien gebeuren maar toen mijn blik die van haar kruiste, keek ze de andere richting uit. Ik merkte hoe ze zich ongemakkelijk voelde en haar blik onnatuurlijk bleef fixeren op wat er zich buiten afspeelde. Een verloren traan liep langs mijn neus.

Hoewel de stomp in zijn zij vrij overtuigend was – mijn instinct nam het even van me over-, was het voor hem toch niet overtuigend genoeg om de benen te nemen. Hij zat er uiterst relaxed bij, zette zijn benen nog iets verder uit mekaar en glimlachte naar voorbijgangers die de bus betraden. Hij genoot duidelijk van de macht die hij over me had.

Ik zat geklemd tussen het raam en de aanrander. Mijn adem hield ik in. Zijn hand brandde nog steeds in mijn vel. Al mijn zintuigen stonden in overdrive; mijn lichaam was klaar voor de vlucht. Maar ik, ik was het noorden kwijt.

Bij iedere seconde die ik langer in zijn houdgreep doorbracht, voelde ik me kleiner worden. Er brokkelde iets in me af: het geloof een individu met rechten te zijn. Mijn naïviteit kreeg zware klappen te verduren. Mijn idealisme was zoek. Ik voelde een intense drang om te huilen.

Toen de man na een eeuwigheid van de bus stapte, durfde ik weer te ademen. Ik keek nog even naar de dame tegenover mij. Haar blik ontweek me nog steeds. Ook de andere getuigen keken in alle mogelijke richtingen behalve de mijne. Het omstaanderseffect: de reden waarom je sneller geholpen wordt in een vervallen steegje dan op een overvolle bus. “Als de rest niets doet, dan hoef ik ook niets te doen. Het zal dus wel niets zijn.” Maar het begrip ervan neemt mijn ongeloof niet weg.

Schaamte overviel me: ik ben een dramaqueen.

Een week later vertelde ik het verhaal aan een van mijn beste vrienden. Hij keek me sceptisch aan en zei: “welke kleren had je misschien ook aan?”.

Mijn jeansbroek, sneakers en jas zijn inderdaad een uitnodiging op zich. Ik had beter moeten weten. Wat ben ik toch een aansteller.

Ik zou nog eindeloos kunnen doorgaan met voorbeelden op te sommen. De tel van masturberende mannen op het openbaar vervoer ben ik al even kwijt. Ook zij met losse handjes mogen zeker niet onderdoen. Om dan nog maar te zwijgen over de talloze seksueel getinte (en seksistische) opmerkingen. Seksuele intimidatie is dagelijkse kost en kent geen grenzen, sociale klasse of afkomst.

Slachtoffers hebben het uitgelokt; is het niet met de ‘uitdagende’ kledij dan wel met het uitnodigende gedrag. De gedachte dat ons uit het niets iets ergs overkomt, is ondragelijk. Zo zal de persoon met longkanker wel te veel gerookt hebben. Darmkanker? Ja, dan heb je per definitie ongezond gegeten. En als je seksueel geïntimideerd werd, dan zal je die arme jongen wel een reden gegeven hebben.

Het niet willen uitlokken, is sterk geïnternaliseerd. Voortdurend ben ik op mijn hoede om geen signalen te sturen die fout geïnterpreteerd zouden kunnen worden. Een vriendelijke glimlach heb ik niet langer meer in de aanbieding. Een blik die langer dan twee seconden duurt, laat ik achterwege. Jurkjes tot boven de knie hangen te verkleuren in mijn kast. In mijn eentje tegen elven Antwerpen doorkruisen? Had ik Harry Potters onzichtbaarheidscape maar bij me. Kleine steegjes vermijd ik. Een groepje mannen verderop? Ik neem wel een omweg. Het kost me moeite om het niet uit te lokken. Belachelijk toch?

De kleren die ik draag zijn geen toegangskaart op zich, noch zijn zij een excuus om mij te reduceren tot een object. Mijn nachtelijke routes zou ik niet moeten aanpassen. Ik zou me niet onzichtbaar mogen voelen. Mijn eigenheid hoef ik niet te verliezen. Het is niet aan mij om seksuele intimidatie te voorkomen. Net zoals het niet mijn schuld is, indien het zich wel voordoet.

De grens tussen wat seksuele intimidatie is en wat niet ligt bij iedere vrouw anders. Een goedbedoeld complimentje mag en graag zelfs. Maar vanaf het doel van de interactie eruit bestaat om de vrouw in een onderdanige positie te duwen of haar onder de lakens te krijgen, is het per definitie niet oké.

Nee is nee.

Aan de man die het nodig vond om zijn hand tussen mijn benen te steken en mij vervolgens minutenlang te martelen door mij geen uitweg te bieden: wees gerust, ik ben mij aan het herpakken. U heeft ook iets in mij wakker gemaakt: ik ben herboren als een feministe. Bedankt voor de realitycheck. Ik moest even met de neus op de feiten gedrukt worden.

Aan iedere man die vanuit zijn voorkeurspositie het gevoel heeft recht te hebben op het objectiveren van vrouwen: u heeft dit recht niet. Wij zijn niet geboren om uw seksuele fantasieën in te vullen: wij hebben betere dingen te doen dan dat.

P.S.: Wij overdrijven nog steeds niet.

ANSE

Aangerande Anse (22): “Ik ben blij dat mijn tekst zoveel reacties uitlokte”

Maanden nadat ze was aangerand op de bus, heeft de 22-jarige Anse de moed gevonden om haar relaas neer te schrijven. Haar pakkende getuigenis lokt bijzonder veel reacties uit, nadat ze woensdagavond was gebracht op gva.be. “Ik wil anderen vooral duidelijk maken hoe kwetsend het is als niemand je te hulp schiet”, zegt de Antwerpse studenten psychologie.

“Na een vermoeiende dag achter de schoolbanken zat ik op de bus vanuit Antwerpen naar huis. Er zat een jongeman naast mij die al snel in slaap dommelde. Op een tiental minuten van mijn halte, werd de jongeman wakker. Hij keek me vriendelijk aan en knikte. Ik knikte beleefd terug terwijl ik naar mijn iPod luisterde. Mijn hoofd lag tegen het raam en ik staarde verveeld naar buiten. Plots voelde ik hoe de jongeman naast mij zijn voet op en neer tegen mijn onderbeen schuurde. Mijn naïeve ik zag er geen erg in maar ik verzette me toch omdat het me een ongemakkelijk gevoel gaf. Nog geen tien seconden later voelde ik hoe zijn hand langs de zijkant van mijn been tussen mijn dijen terechtkwam en hoe het probeerde mijn erogene zone te stimuleren.”

Kerstperiode

Zo begint het verhaal waar Anse maanden voor nodig had om het op papier te zetten en waar ze het lang moeilijk mee heeft gehad. Het was vorige winter gebeurd, net voor de kerstperiode. Woensdag stuurde ze haar pakkende getuigenis naar Gazet van Antwerpen. “Ik had tijd nodig om het verhaal te laten bezinken”, zegt ze. “Ik wilde voor mezelf uitmaken welke conclusie ik er uit trok. Toen las ik de getuigenis van Wided Bouchrika. Zij werd eind augustus aangevallen in een park en getuigde over hoe niemand haar te hulp schoot. Toen dacht ik: ik ga ook naar buiten komen met mijn verhaal. De tekst stond eigenlijk verrassend snel op papier.”

Want misschien nog pijnlijker dan de vernederende betastingen die Anse moest ondergaan, is de reactie - of beter: het gebrek daaraan - van een getuige, een oudere dame, die alles ziet gebeuren maar niets doet. “Angstig keek ik om me heen”, schrijft Anse. “Ik zocht naar iemand die me kon helpen. Mijn blik viel op een iets oudere dame die recht tegenover mij zat. Zij had het voorval ongetwijfeld zien gebeuren maar toen mijn blik die van haar kruiste, keek ze de andere richting uit. Ik merkte hoe ze zich ongemakkelijk voelde en haar blik onnatuurlijk bleef fixeren op wat er zich buiten afspeelde. Een verloren traan liep langs mijn neus.”

Schuld

Dat is meteen de belangrijkste boodschap die Anse wil meegeven met haar verhaal. “Het is ongelooflijk pijnlijk als je het gevoel krijgt dat niemand je te hulp komt”, zegt ze. “Bovendien krijgen de slachtoffers vaak de schuld. Ik ben blij dat mijn tekst zoveel reactie uitlokt, dat erover gepraat wordt. Ik had het niet verwacht, maar het doet wel deugd.”

Anse deed geen aangifte bij de politie over de feiten. “Ik was in shock. En ik was niet zeker of ik die man nog wel zou kunnen herkennen. Ik had alleen zijn kledij gezien en zijn gezicht zag ik enkel langs opzij. Misschien besefte ik op dat moment ook niet goed hoe ernstig het verhaal was.”

Maar dat ze de gevolgen van het incident nog steeds voelt, is duidelijk. “Als ik nu de bus neem, kies ik altijd voor een enkele stoel. En als die allemaal bezet zijn en er alleen plaats is op een bank waar al een man zit, dan blijf ik liever rechtstaan. En de angst dat ik mijn aanrander ooit nog eens tegen het lijf loop, die blijft bestaan.”

Welke kleren?

Gelukkig voor Anse krijgt ze nu veel positieve reacties op haar verhaal. Want, zo schrijft ze, op begrip kon ze niet altijd rekenen. “Een week later vertelde ik het verhaal aan een van mijn beste vrienden. Hij keek me sceptisch aan en zei: Welke kleren had je misschien ook aan? Mijn jeansbroek, sneakers en jas zijn inderdaad een uitnodiging op zich. Ik had beter moeten weten. Wat ben ik toch een aansteller”, schrijft ze sarcastisch.

Die reactie krijgt ze nu niet meer. “Maar veel mensen vragen me wel waarom ik niets heb gezegd op die bus. Ik vind dat een begrijpelijke reactie. Maar eerlijk gezegd stel ik me die vraag ook nog altijd. Ik had gewoon kunnen schreeuwen. Maar achteraf is het allemaal makkelijker om daarover na te denken dan op het moment zelf.”

Nu heeft ze een duidelijke boodschap aan de man die haar aanrandde: ze staat steeds sterker in haar schoenen. “Wees gerust, ik ben mij aan het herpakken”, schrijft ze. “U heeft ook iets in mij wakker gemaakt: ik ben herboren als een feministe. Bedankt voor de realitycheck. Ik moest even met de neus op de feiten gedrukt worden.”

Lees Anses volledige tekst via deze link

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER