Direct naar artikelinhoud
Wielrennen

Renners over Strade Bianche: "In België beseffen ze niet hoe mooi deze koers is"

De renners razen over het grind naar beneden in de Strade Bianche van 2011.Beeld Photo News

Geen koers die de jongste jaren zo heeft geboomd als de Strade Bianche. De wedstrijd over Italiaanse grindwegen steelt overal harten, niet het minst bij de renners zelf.

Krijgen we zaterdag pas écht de aftrap van het klassieke wielerseizoen? Een vraag die we ons als Belgen maar moeilijk kunnen stellen na de Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne. Toch is het net de Strade Bianche waarvoor wereldkampioen Peter Sagan een eerste keer zijn trainingsberg in Spanje verlaat, en waarin de Kwiatkowski's, Dumoulins en Nibali's van deze wereld zich meten met de betere eendagsrenners.

Wat in 1997 begon als een wedstrijd voor wielerliefhebbers op witte grindwegen, is intussen uitgegroeid tot een wereldkoers. Waar ruim twintig jaar geleden retrofietsen de dienst uitmaakten, kleurt nu het kruim van het wielerpeloton de Toscaanse heuvels. Reken daarbij nog eens de schilderachtige aankomst op het Piazza del Campo in Siena en je weet waarom de Strade Bianche in tien jaar is uitgegroeid tot een nieuw monument onder de wielerklassiekers.

De Italiaanse amateurkoers werd in 2007 pas voor het eerst omgevormd tot een wielerwedstrijd voor profrenners. RCS, de organisatie achter de Ronde van Italië, nam de toenmalige Monte Paschi Eroica in handen en de rest is geschiedenis. Ondanks de voorspelde regen staat elke renner te popelen om zaterdag in Siena te starten. Ook de Belgen trouwens, want voor het eerst zijn ze met tweeëntwintig.

Heroïek

Naar motieven is het makkelijk zoeken bij de aanwezige landgenoten. "We rijden dit jaar een schitterend programma en de Strade Bianche draagt daar zeker toe bij", vertelt Stijn Devolder over de wildcard van Véranda's Willems-Crelan. "Het is een wedstrijd waarvoor iedereen gemotiveerd is. Ik heb het ooit anders geweten. Toen de ploegleiding in mijn jaren bij Quick.Step (2008-2010, DMM) vroeg wie zin had om te starten in de Strade Bianche, stond niemand er voor te springen. Twee jaar geleden kwam ik er totaal onvoorbereid aan de start. Nu weet ik wat ik kan verwachten. Het is een topklassieker."

'Bij mijn eerste deelname werd ik direct dertiende. Ik was meteen verliefd en dacht: 'Dit is iets voor mij''
Greg Van Avermaet

Greg Van Avermaet kiest al jaren resoluut voor de Tirreno-Adriatico, net omdat hij zo de kans krijgt om te starten in de Strade Bianche. "Ik hou van Italië en in dit geval van de schitterende aankomst. Van de onverharde wegen, het landschap en de heroïek die met de Strade gepaard gaan. Het is een van mijn favoriete wedstrijden op de kalender." De grindkoers sprak de olympische kampioen vanaf het begin aan. "Ik reed er voor het eerst met de Lotto-ploeg in 2010. Ik werd dertiende en was meteen verliefd. Ik dacht: 'Dit is iets voor mij.'"

Geluksfactor

Tim Wellens, vorig jaar derde, is er deze keer niet bij, maar zet Van Avermaets stelling nog extra kracht bij. "Ik heb de indruk dat de mensen in België niet goed beseffen hoe mooi deze wedstrijd is. Internationaal is de Strade Bianche de Vlaamse openingskoersen aan het overvleugelen, zeker qua uitstraling. Er zijn ook meer toppers aan de start. Het is zo'n mooie koers. Een die leeft in het peloton en die ik heel graag zou winnen."

Net daar knelt de klikpedaal bij onze landgenoten. Hoewel de betere Belgen de Toscaanse klassieker graag op hun palmares willen, slaagde enkel Philippe Gilbert in zijn opzet. De Quick.Step-man reed in wonderjaar 2011 Ballan en Cunego uit het wiel op de hellende aankomst in Siena, maar sindsdien heerst de grote stilte.

Ereplaatsen, dat wel, maar winst? "Het is inderdaad een moeilijke wedstrijd om te winnen. In de grote klassiekers stuit je soms op iemand die een tikkeltje sterker is of tactisch net de betere keuze maakt. Dat is in de Strade Bianche ook zo", vertelt Van Avermaet. "Het is hoe dan ook een koers die je moet kunnen lezen. Ervaring helpt daarbij. Reden ook waarom ik er vooraan altijd bij ben. Van alle renners aan de start zal ik bij de mannen zijn die de Strade al het vaakst reden."

Ervaring en geluk spelen een rol en dat laatste kan ook Floris De Tier beamen. De Belg van LottoNL-Jumbo reed vorig jaar naar een 24ste plaats. "Op die grindwegen rijdt altijd wel iemand lek. Dat gebeurt sowieso, je moet gewoon wat geluk hebben om er zelf niet bij te zitten." Een vleugje Parijs-Roubaix dus, in een Italiaanse heuvelklassieker.

'Internationaal is de Strade Bianche de Vlaamse openingskoersen aan het overvleugelen, zeker qua uitstraling'
Tim Wellens

All-rounders

Voorts springt ook het ijzersterke deelnemersveld in het oog. "Ga de erelijst er maar eens op na", verduidelijkt Devolder. "Het is telkens een all-rounder van het zuiverste soort die de Strade Bianche wint. Kwiatkowski, Cancellara, Sagan, noem maar op. Je moet die pittige klimmetjes op kunnen, sturen op de grindstroken en een moeilijke wedstrijd overleven."

"De finale in de Strade Bianche is heel lastig", verwijst Van Avermaet naar de Via Santa Caterina. Middenin het middeleeuws stadscentrum van Siena volgt na elf grindstroken nog een finaal klimmetje met pieken tot 16 procent. Een apotheose waarin het vaak nog alle kanten uit kan.

Dat ligt volgens Van Avermaet ook voor een stuk aan het gemengde deelnemersveld. "Er is een mix van Vlaamse- en Waalseklassiekerspecialisten en dan komen daar nog eens de betere ronderenners bij. Dat maakt het heel speciaal. Voorts zou de Strade Bianche voor mij de lengte van de échte klassiekers mogen krijgen. Ik vind het een beetje jammer dat het maar 180 kilometer is."

Met twee tweede plaatsen, een vijfde en twee zesde plaatsen komt Van Avermaet al jaren in de buurt van een overwinning. Wordt hij straks de eerste Belg sinds Philippe Gilbert op het Italiaans ereschavot? "Ik ben er altijd al goed geweest. Als alles eens meezit, moet het prijs kunnen zijn."