De dode wolf werd gevonden langs de Opoeterseweg. Het dier zal worden opgehaald door het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). Onderzoek daar zal meer duidelijkheid verschaffen over de leeftijd en dergelijke van de wolf. Nu al staat vast dat het om een mannelijke wolf gaat.

De bal ging zondagochtend aan het rollen toen bekendraakte dat tussen donderdag en zaterdagmiddag verschillenden meldingen waren van een wolf in Limburg. “Het was raar dat deze wolf zich overdag verplaatste en dicht bij bebouwde omgevingen durfde te komen. We hadden toen al een vermoeden dat dat een andere wolf was. Zo’n gedrag valt niet te rijmen met dat van de superschuwe Naya”, aldus wolvenexpert Jan Loos aan Het Nieuwsblad.

Vervolgens werden zaterdagmiddag in Bree en Rotem twee schapen dood aangetroffen. Volgens Loos was er geen twijfel: “Ik ben de kadavers gaan bekijken en zag meteen dat de doodsoorzaak meer dan waarschijnlijk toe te schrijven was aan een wolf.” Enkele uren later raakte bekend dat Naya niet in de buurt was geweest van de dode schapen. Dat bleek uit de data van de GPS-halsband die Naya draagt. Nog wat later werd het bestaan van de tweede wolf op trieste wijze bevestigd: het dier was namelijk aangereden in Opoeteren.

Over dat dier is één ding zeker: het is niet Naya. Mogelijk is het dezelfde wolf die eerder in Nederland gespot was en daar ook een aantal schapen aangevallen had. Mogelijk was het dier op doortocht door de Maasvallei, op weg naar het zuiden.

Gemiste kans op roedel?

De overleden wolf zou ook in Peer zijn gepasseerd, en dat was vlakbij wolvin Naya. “Had hij wat meer naar het westen gelopen, dan had hij misschien wel wolvin Naya geroken,” zei wolvenexpert Loos nog aan VRT NWS. “Als de twee elkaar hadden ontmoet, dan hadden er volgend voorjaar jongen kunnen zijn.” En in die hypothese was het mogelijk dat een roedel ontstond. “De ouders paren elk jaar. De jongen blijven bijna twee jaar bij hun ouders, maar net voor de derde generatie wordt geboren, moeten ze weg. Zij beginnen dan rond te trekken. Zij gaan dan op zoek naar een partner en een leefgebied.”