Actie #buitenbabys wil jonge kinderen doen buiten spelen

De campagne heet #buitenbabys en is er gekomen nadat Kind en Gezin had vastgesteld dat maar 5 procent van de ouders en kinderdagverblijven hun peuters en kleuters laten buitenspelen. De argumenten die Kind & Gezin te horen kreeg, varieerden van: "het is slecht weer", "er zijn geen geschikte speelplekken", "het is te gevaarlijk" tot "de kinderen worden vuil". 

Die argumenten houden geen steek, zegt Nele Wouters van Kind en Gezin. "Wij merken dat peuters maar ook baby's enorm genieten van het contact met de natuur. De regen op hun wangetjes, de wind in hun haar, het gras aan hun handjes: het zijn gewaarwordingen die hen stimuleren. In de buitenwereld leren jonge kinderen hun motoriek te ontwikkelen en zelfstandig te worden."    

"In de buitenwereld leren kinderen ook hun zicht te ontwikkelen", vult collega Leen Dubois van Kind en Gezin aan. "Kinderen die veel binnen zitten, zijn ook vaak bezig met de laptop of computerspelletjes. Daardoor zijn heel wat kinderen bijziend. Als ze voortdurend naar beeldschermen turen, leren hun ogen en hersenen nooit in de verte te kijken."     

Dat kinderen in de buitenwereld ziekten oplopen, is ook een vals argument. Door te spelen met natuurlijke elementen als zand en gras, komen ze in contact met ongevaarlijke microben die hun immuunsysteem helpen uitbouwen. Zo zijn ze net beter beschermd tegen ziektes. 

Met de campagne #buitenbabys wil Kind en Gezin ouders en kinderdagverblijven overtuigen om ook met heel jonge kinderen meer de natuur in te trekken en de straat op te gaan. "Kinderen buiten laten spelen moet een evidentie zijn", zegt Nele Wouters. "Ouders gaan buiten ook meer tijd kunnen hebben voor hun kinderen, want binnen zijn ze vaak bezig met huishoudelijke taken. Naar buiten gaan is dus fijn voor iedereen."