Een duiker bracht de bal aan het rollen toen hij in 2016 “mogelijk menselijke resten” ontdekte voor de kust van Manasota Key, een kustdorpje in de Amerikaanse staat Florida. Archeologen gingen meteen aan de slag om de zeebodem te onderzoeken en vonden al snel bewijs van een prehistorische indianenbegraafplaats. De lichamen van de oorspronkelijke bewoners van Florida werden begraven in wat vroeger een veenmoeras was, dat later onder water kwam te staan door een stijgende zeespiegel.

De archeologen vonden onder andere bewerkte houten staken, verschillende plekken die werden bewerkt met turf en de overblijfselen van verschillende lichamen. Onderzoek wijst uit dat de staken meer dan 7.200 jaar oud zijn en werden gebruikt in de “archaïsche periode”, een tijdperk dat begon na de Laatste IJstijd, omstreeks 8.000 voor Christus. In die tijd was de zeespiegel negen meter lager dan nu, waardoor het veenmoeras nog toegankelijk was.

“We hopen dat deze ontdekking ons meer zal kunnen leren over het leven van de eerste bewoners van Florida”, aldus Ken Detzner van het State Department van Florida. Wetenschappers hopen dat de vondst ook meer inzicht zal geven over de gevolgen van een stijgende zeespiegel voor de bewoners van kwetsbare gebieden. De Amerikaanse staat doet er dan ook alles aan om de site te bewaren en te beschermen. Daarenboven is het verboden om nog in het gebied te duiken of te zwemmen, uit respect voor de doden en hun nazaten.