© rr
Jobs van bouwvakkers, schoonmakers en bandwerkers bedreigd door robotisering
Bouwvakkers, schoonmakers, keukenhulpjes of bandwerkers zijn geen lang leven meer beschoren. Volgens de OESO is de kans groot dat deze laaggeschoolde jobs op termijn verdwijnen door de robotisering van onze economie. In totaal gaat het om één op de zes banen. En nog veel meer jobs zullen er in de toekomst helemaal anders uitzien. Opleiding, bijscholing en levenslang leren zijn volgens specialisten meer dan ooit het ordewoord.
Voor u zich in uw koffie verslikt eerst een positieve noot: de automatisering en digitalisering van onze economie levert ook veel jobs op. Al zijn het wel hoofdzakelijk hooggeschoolden die ervan profiteren. Maar de nieuwste studie van de OESO verdiepte zich vooral in de negatieve effecten van de robotisering. De organisatie nam 32 landen onder de loep en kwam tot de vaststelling dat daar 14% van de jobs gaat sneuvelen. Dat is ongeveer 1 op de 6 jobs en in totaal 66 miljoen mensen. Voor België gaat het om zo’n 16%.
Onheilspellend is dat echter niet, zegt arbeidsmarktspecialist Jan Denys van Randstad. “Eerdere studies waren veel alarmerender en stelden dat de helft van onze jobs zou verdwijnen. Zo’n vaart loopt het dus niet,” stelt hij. Maar arbeidseconoom Stijn Baert (UGent) is wel verrast door een andere conclusie. Specialisten gingen er tot nu toe van uit dat de automatisering vooral middengeschoolde jobs zou doen sneuvelen. De OESO gelooft daar echter niet in. Het zijn vooral de laaggeschoolden die het slachtoffer zijn. Toonbankbedienden, schoonmakers, mijnwerkers, bouwvakkers, bandwerkers, transporteurs of huisvuilophalers: het zijn vooral zij die zich zorgen moeten maken. Zij zijn volgens de studie perfect vervangbaar door machines of automatiseringsprocessen.
Maar daar blijft het niet bij. Een nog groter deel van onze jobs - meer dan 1 op 3 - zal flink veranderen door de technologische evolutie. De banen zullen anders ingevuld worden en ook de werknemers zullen zich dus moeten aanpassen. Volgens de onderzoekers is daar een cruciale rol weggelegd voor de bedrijven en de overheid. Training, bijscholing en levenslang leren is daarbij essentieel. Niet alleen de economie moet zich aanpassen - zoals de e-commerce het shoppen compleet heeft veranderd - maar ook werknemers zullen zich constant moeten heruitvinden. “In Scandinavië is dat ondertussen de logica zelf, maar bij ons is dat toch nog anders”, zegt Stijn Baert.
Cobots
Minister van Werk Kris Peeters (CD&V) verwijst daarom naar de aanbeveling voor bedrijven om voltijdse werknemers vijf dagen per jaar opleiding te geven. “Kennis, innovatie en maatwerk nemen in de digitale economie een centrale plaats in. Daarom is het zo belangrijk dat werknemers regelmatig bijgeschoold worden. Het maakt bedrijven competitiever en geeft werknemers nieuwe kansen en waardering.”
Aan de vakbonden en werkgevers vroeg hij ondertussen om concrete maatregelen te suggereren die een antwoord bieden op de digitalisering. In het volgende interprofessionele akkoord moet de weerslag daarvan staan.
Jan Denys ziet het allemaal zo negatief niet in. We moeten volgens hem het doembeeld van werknemers die vervangen worden door robots uit het hoofd zetten. “Dit is het tijdperk van de cobots: mensen en robots die samenwerken, coöpereren. Vroeger moesten boeren te voet het veld op om te checken of de oogst goed verliep. Nu kunnen ze drones de lucht insturen en alles op hun pc volgen.”
Meest bedreigd door automatisering
Minst bedreigd door automatisering
