Vader Priscilla (14) is gebroken man: “Waarom moest dit zo lang aanslepen?”

© rr

J. en A., de twee minderjarige verdachten in het onderzoek naar de dood van de 14-jarige Priscilla Sergeant, zijn woensdag door de onderzoeksrechter naar de jeugdrechtbank verwezen. Ook heeft het parket Halle-Vilvoorde minstens een voorlopige eindvordering klaar voor de meerderjarige verdachte, Johan D.V. De vader van Priscilla stelt zich vragen. “Waarom moest dit zo lang aanslepen?”

gjs

Johan D.V. en de jongste minderjarige, J., worden verdacht van onmenselijke behandeling met de dood tot gevolg, opzettelijke slagen en verwondingen en aanranding van de eerbaarheid, A. enkel van onmenselijke behandeling met de dood tot gevolg en opzettelijke slagen en verwondingen.

Dood in veld

Priscilla Sergeant uit Huizingen werd op 20 juli 2012 dood aangetroffen in een veld in Dworp. Een kleine maand later, op 16 augustus, werden drie verdachten opgepakt: de 46-jarige Johan D.V., de toen 12-jarige J. en de toen 16-jarige A. Die drie hadden het meisje urenlang gepest in de woning van D.V. en hadden nadien het lijk verborgen. D.V. werd aangehouden en de twee minderjarigen werden door de jeugdrechter geplaatst, A. eerst in Everberg en vervolgens in Mol, en J. in Ruiselede.

In het najaar van 2013 werden beide jongeren overgeplaatst naar een begeleidingstehuis, terwijl Johan D.V. in februari 2013 al vrijkwam na een procedurefout. De man werd aanvankelijk vervolgd voor doodslag en moest door die kwalificatie om de drie maanden voor de raadkamer verschijnen. De kwalificatie werd later veranderd in onmenselijke behandeling, waardoor D.V. maandelijks voor de raadkamer moest verschijnen. Dat gebeurde niet, waarop de verdediging een verzoekschrift indiende om hem vrij te krijgen. Dat verzoek werd zowel door de raadkamer als door de kamer van inbeschuldigingstelling (KI) verworpen, maar het Hof van Cassatie verbrak het arrest van de KI, waardoor D.V. toch vrijkwam.

Eindverslag

Het gerechtelijk onderzoek sleepte sindsdien aan, hoewel de wetsdokter al in januari 2013 zijn eindverslag had neergelegd, waarin geconcludeerd werd dat Priscilla zeer waarschijnlijk door asfyxie om het leven was gekomen. Dat onderzoek had enige voeten in de aarde gehad. Johan D.V. had tijdens het onderzoek immers verklaard dat hij ging slapen op een moment dat Priscilla nog leefde en in goede gezondheid verkeerde. Die verklaring werd door de twee minderjarigen bevestigd, maar ze verklaarden tegelijkertijd ook dat ook ze gingen slapen toen het meisje nog leefde.

Het drietal had wel bekend dat ze Priscilla zware pijnstillers en antidepressiva, tabasco en urine hadden doen slikken, maar ook dat leek geen afdoende verklaring voor het overlijden. Zo stond in het toxicologisch rapport dat de toegediende medicatie het overlijden niet kon hebben veroorzaakt. Onderzoek bij familieleden naar een eventuele allergische reactie die Priscilla kon hebben gehad aan een van de toegediende stoffen, leverde ook geen resultaat op.

Asfyxie

De wetsgeneesheer kwam uiteindelijk tot de conclusie dat het meisje zeer waarschijnlijk door asfyxie om het leven was gekomen, maar hij kon daarbij niet uitsluiten dat het om een positionele asfyxie ging, waarbij ze dan zou gestikt zijn omdat ze in een verkeerde positie lag, dan wel om smoring, waarbij iemand haar zou hebben verstikt. De medicatie die ze toegediend kreeg, zou wel een rol kunnen hebben gespeeld bij de asfyxie.

In de zomer van 2014 werden nog bijkomende onderzoeken uitgevoerd in de woning van Johan D.V. Zo werd voegselcement van de tegels in de living weggeschraapt om te analyseren. Sindsdien was het evenwel stil geworden rond het dossier.

Afgesloten

Volgens de informatie waarover Belga beschikt, en die door verschillende gerechtelijke bronnen wordt bevestigd, heeft onderzoeksrechter Calewaert in juni dit jaar het dossier afgesloten en overgemaakt aan het parket Halle-Vilvoorde. Dat parket heeft vandaag aan de onderzoeksrechter gevraagd de minderjarige J. en de intussen meerderjarige A. te verwijzen naar de jeugdrechtbank.

J. wordt daarbij verdacht van onmenselijke behandeling van een minderjarige, met de dood tot gevolg, opzettelijke slagen en verwondingen en aanranding van de eerbaarheid van een minderjarige die jonger was dan 16 jaar, terwijl A. verdacht wordt van onmenselijke behandeling van een minderjarige, met de dood tot gevolg, en opzettelijke slagen en verwondingen.

Omdat J. jonger was dan 16 jaar op het moment van de feiten, kan hij niet uit handen worden gegeven. Voor A. is dat wel het geval maar het is nog niet duidelijk of het parket Halle-Vilvoorde die uithandengeving zal vorderen.

Eindvordering

Het parket Halle-Vilvoorde heeft intussen ook een minstens voorlopige eindvordering klaar voor Johan D.V. Daarin vraagt het aan de raadkamer om de man naar de correctionele rechtbank te verwijzen voor onmenselijke behandeling van een minderjarige, met de dood tot gevolg, opzettelijke slagen en verwondingen en aanranding van de eerbaarheid van een minderjarige die jonger was dan 16 jaar.

De minderjarige J. had zich ook burgerlijke partij gesteld tegen D.V., voor aanranding van de eerbaarheid, maar volgens het parket zijn er daarvoor geen bewijzen. Daarvoor vraagt het parket dan ook de buitenvervolgingstelling van D.V. Een datum voor de behandeling door de raadkamer is er nog niet.

Het parket Halle-Vilvoorde wenst over het dossier voorlopig geen commentaar te geven. Ook de advocaat van minderjarige J. wil geen commentaar kwijt.

“Waarom moest dit zo lang aanslepen?”

De vader van Priscilla Sergeant is een gebroken man die nu pas, vier jaar na de dood van zijn dochter, aan zijn verwerkingsproces kan beginnen. Dat zegt Pascal Quadflieg, de advocaat van Priscilla’s vader, in een reactie op de beslissing van de onderzoeksrechter. “Wij vragen ons af waarom dit dossier zo lang moest aanslepen”, klinkt het.

“Mijn cliënt heeft pas vandaag voor de eerste keer kunnen deelnemen aan een procedure-onderdeel in dit dossier”, zegt meester Quadflieg. “Hij is vandaag ook voor het eerst geconfronteerd geweest met twee van de verdachten. Nu pas, vier jaar en twee maanden na de dood van zijn dochter. Dat was een vreselijke klap in zijn gezicht. Hij is een gebroken man, die nu pas kan beginnen aan zijn verwerkingsproces. Ik heb dan ook niet nagelaten om er vandaag voor de onderzoeksrechter op te wijzen dat het onderzoek toch wel heel lang heeft geduurd. Waarom het allemaal zo lang moest aanslepen, is ons een volkomen raadsel.”

Quadflieg wil niet vooruitlopen op de verdere procedure voor de jeugdrechtbank, die zal moeten beslissen over het lot van J. en A., en voor de raadkamer, die moet beslissen of de meerderjarige verdachte, Johan D.V., voor de correctionele rechtbank zal moeten verschijnen.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen