Als de stoelen door de klas vliegen: kwart meer leerlingen misdraagt zich op school

© pn

1 / 2
thumbnail: null
thumbnail: null

Het aantal leerlingen dat zich ernstig misdraagt op school, is in vier jaar tijd met bijna dertig procent toegenomen. Vorig schooljaar ging het om 7.919 scholieren. “Jongeren voelen zich vrijer om agressief te reageren als het hen niet aanstaat”, zegt kinderpsychiater Peter Adriaenssens. “Het is hoog tijd dat we hen weer met autoriteit leren omgaan.”

Jens Vancaeneghem

“Dit jaar hadden we nog een leerling die met stoelen begon te gooien”, zegt Stefaan Croonen, directeur van het Bus­leyden Atheneum in Mechelen. “Anderen lopen de klas uit omdat de boodschap van de leerkracht hen niet aanstaat. Het gaat om uitzonderlijke gevallen, maar er zijn inderdaad meer en meer leerlingen die nooit geleerd hebben om een ‘neen’ te krijgen. Die problemen hebben met de grenzen die leerkrachten en opvoeders opleggen.”

Croonen is vanuit de praktijk getuige van een groeiend aantal jongeren dat problematisch gedrag vertoont in de klas. Een aanvoelen dat gisteren bevestiging kreeg in het jaarverslag van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s). Nooit eerder overtraden zoveel leerlingen uit de basis- of middelbare school het schoolreglement of de klasregels in die mate dat het CLB moest tussenkomen. Het gaat bijvoorbeeld over ernstig pestgedrag of drankmisbruik tijdens een schooluitstap.

“Ogen openen”

Ook het aantal scholieren dat de diagnose “gedragsprobleem” krijgt, is in dezelfde periode met 75 procent gestegen. Dat is voor een deel te verklaren doordat die kinderen een diagnose nódig hebben om extra ondersteuning te krijgen in de klas. Maar de cijfers bewijzen ook dat leerkrachten problematisch gedrag meer opmerken en geen blijf weten met die kinderen.

Een verontrustende evolutie waar ook kinderpsychiater Peter Adriaenssens (KU Leuven) voor waarschuwt. “We moeten dringend met z’n allen de ogen openen ”, zegt hij. “Jongeren voelen zich vandaag vrijer om verbaal of fysiek agressief te reageren als iets hen niet aanstaat.”

Volgens schattingen gedraagt zeventig procent van de jongeren zich normaal en heeft tien procent een echte gedragsstoornis. Tien tot twintig procent heeft gedragsmoeilijkheden en het is die groep die volgens ­Adriaenssens in de lift zit.

Grenzen bewaken

Hoe dat komt? “Een schrijnend gebrek aan autoriteit”, zegt hij. “Een besmet woord omdat iedereen meteen aan machtsmisbruik denkt, maar ik bedoel daarmee gezag en respect. Jongeren mogen vandaag over alles hun mening zeggen, zonder gecorrigeerd te worden. En volwassenen staan er machteloos op te kijken. Wij zijn de eerste generatie waarbij een veertienjarige de trambestuurder de huid vol kan schelden terwijl twintig volwassenen hun uiterste best doen om naar buiten te kijken.”

Volgens de kinderpsychiater moeten we onze kinderen daarom weer met autoriteit leren omgaan. “Het begint met onze kinderen niet te overroepen”, zegt hij. “Door alles geweldig en fantastisch te vinden, betaal je op termijn de prijs. Ouders en leerkrachten moeten ook al op vroege leeftijd de grenzen bewaken en daar samen afspraken over maken. Als er op verschillende plaatsen andere regels gelden, loopt het ook mis.”

Volgens de CLB’s worden de problemen versterkt omdat de toegang tot de jeugdhulpverlening stropt, wegens te lange wachtlijsten. Stefan Grielens, de directeur van de vrije CLB’s, noemt ook de groeiende diversiteit. Eenoudergezinnen bijvoorbeeld die meer bezig zijn met overleven dan met opvoeden. Of allochtone ouders die moeilijker communiceren met de school.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen