Sekswerkers, raamexploitanten en buren willen imago Gentse rosse buurt oppoetsen

© credit

In Gent hebben al een zestigtal sekswerkers, raamexploitanten en buren-handelaren de handen in elkaar geslagen voor het behoud van de rosse buurt op het Zuid. De nieuwe vereniging “Glastra” reikt de hand naar (misnoegde) buurtbewoners en wil het imago van de rosse buurt, rond het Glazen Straatje, oppoetsen.

sdv

De Gentse rosse buurt telt 48 bars met samen ongeveer 110 ramen geconcentreerd in de Schepenvijverstraat, Pieter Vanderdoncktsteeg en de Belgradostraat. In die buurt werkt een 400-tal geregistreerde prostituees, zo blijkt uit cijfers van het team Meprosch (mensenhandel, prostitutie, schijnhuwelijken) van de politiezone Gent.

“De sector is veel cleaner dan vroeger en ook veel beter gereguleerd dan vroeger”, zeggen de raamexploitanten. Ze verwijzen onder meer naar een nieuwe politieverordening die sinds vorig jaar van kracht is om te verhinderen dat er vitrines bijkomen, maar ook de werkomstandigheden voor prostituees moet verbeteren. “Het kamerreglement heeft de exploitant verplicht te investeren en de sekswerkers varen er goed bij”, zegt een ex-sekswerker en nu raamuitbaatster. Tegen die verordening trok een ander buurtcomité, de vzw Zuidbuurt die pleit voor een delocalisatie, echter naar de Raad van State.

Met de nieuwe vereniging “Glastra” pleiten sekswerkers, raamexploitanten en buren-handelaars voor het behoud van de rosse buurt. De kamerverhuurders en een aantal sekswerkers namen advocaat Walter Vansteenbrugge onder de arm om hen juridisch te vertegenwoordigen. “Want hun belangen lopen gelijk”, zegt meester Vansteenbrugge. “Ze willen ook dat hun relatie wordt bestendigd.”

Dat de overlast in de buurt relatief of subjectief is, toonde meester Vansteenbrugge aan met een vergelijking van het aantal vastgestelde strafbare feiten tussen de Overpoort, de Zuidbuurt en de Dampoortstraat, van januari tot augustus dit jaar. Enkel op het vlak van drugsfeiten scoort de rosse buurt slecht, voor de rest zijn de cijfers vergelijkbaar of beter dan de twee andere buurten.

De raamexploitanten ontkennen niet dat er bepaalde vormen van overlast zijn, maar wijzen ook op het clichébeeld dat opgehangen wordt van hun buurt. Ze zeggen dat ze willen bijdragen tot de bestrijding van zwerfvuil en dat zelfs het autoloos of autoluw maken van hun buurt bespreekbaar is.

In de discussie of een delocalisatie beter is, verwees advocaat Vansteenbrugge naar een Nederlandse studie waaruit zou blijken dat de criminaliteit dan net verhoogt en de werkomstandigheden verslechteren. Ook de dames zelf willen in de stad blijven, ze onderstrepen het belang van sociale controle. Daar pleiten ook buurtbewoners-handelaars voor, iemand omschreef een verhuis naar een eroscentrum als een plaats “waar vrouwen ontmenselijkt worden tot machines of seksbeesten waarvan ik niet het gevoel heb dat die dat nu zijn.”

Vansteenbrugge riep het federale niveau ook op om de ‘hypocriete’ situatie op het vlak van wetgeving weg te werken, zoals een beter statuut op vlak van sociale zekerheid voorzien en meer inzetten op medische veiligheid. “Hun statuut komt niet overeen met de realiteit”, klinkt het, verwijzend naar het feit dat de meisjes doorgaans zijn ingeschreven als dienster. In feite huren ze een vitrine voor een tijdslot bij een raamexploitant. “Raamexploitanten exploiteren ramen, geen mensen”, aldus de uitbaters. “Zij verhuren een vitrine met een kamer voor een etmaal. De prostituee huurt een vitrine voor een etmaal en betaalt daar een vast bedrag voor. Wat er dan gebeurt en hoeveel ze dan verdient is helemaal haar zaak. Er is ook helemaal geen sprake van een of andere ondergeschiktheid tussen prostituee en raamexploitant.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen