Direct naar artikelinhoud
Interview

Leon Bridges neemt afscheid van retrosoul: "Een zwart publiek lust het niet"

Leon Bridges onlangs op Coachella.Beeld rv

Leon Bridges herinnert zich de dag nog goed waarop hij besefte dat het niet helemaal vlot liep: 4 juni 2016. "Ik stond met The Roots en Usher op de affiche van Roots Picnic Festival in Philadelphia. ik speelde mijn set en alles ging goed. Maar het was alsof ik tegen een muur aan zong, zo onbeweeglijk bleef het publiek."

"Toen ik goed keek, zag ik dat het merendeel van de mensen voor het podium zwart was. Later hoorde ik iemand zeggen dat ik soul voor blanken maakte, daar hielden deze mensen niet van. 'Verrek', dacht ik. Dat is het. 'Het zwarte publiek heeft helemaal geen trek in retrosoul, in iemand die de geest van Sam Cooke nog eens nieuw leven inblaast. Er is een hele generatie opgegroeid met D’Angelo, R. Kelly en Usher. Waarom doe ik daar niet wat meer mee?'"

Het was een harde realitycheck, zegt Bridges (28) in een Londens hotel. "En voor mij ook het sein om de zaken anders aan te pakken."

'Meer R. Kelly dan Sam Cooke'

De avond voor het interview heeft Bridges tijdens een sterk optreden in het Jazz Cafe in Camden een handvol nummers van zijn nieuwe plaat Good Thing ten gehore gebracht. Nummers die minder leunen op het klassieke, met koperwerk versierde, soulgeluid uit de jaren zestig en zeventig, maar meer refereren aan de knisperende, door hiphopbeats gedreven r&b uit de jaren negentig. "Meer R. Kelly dan Sam Cooke", omschrijft Bridges de koerswijziging. "En vooral meer de muziek uit mijn jeugd."

Daar voelt Bridges, wiens carrière vier jaar geleden begon in Fort Worth, Texas, zich ook beter in thuis. "Om eerlijk te zijn: ik kende Sam Cooke, Otis Redding en die andere grote soulzangers van weleer helemaal niet toen ik begon. Als kind in Fort Worth was ik verslingerd aan Michael Jackson en wilde ik zijn moonwalkdansje leren. R. Kelly, Usher en Ginuwine waren mijn helden."


Van Ginuwine zingt Bridges in Londen de hit 'Pony' (1996), een pakkend lied met een stuwende hiphopbeat waarmee hij het gemengde publiek in Camden verrast. "Ik zag dat ik iets losmaakte dat me met liedjes van Coming Home minder goed lukte."

'Als kind was ik verslingerd aan Michael Jackson en wilde ik zijn moonwalkdansje leren. R. Kelly, Usher en Ginuwine waren mijn helden'
Leon Bridges

White Denim

Niet dat Bridges ontevreden is over zijn eerste album uit 2015. Hij is er trots op, zeker wanneer hij zich realiseert hoe hij kort geleden in Fort Worth een baantje als bordenwasser had om zijn moeder en zusje te onderhouden.

"Ik werd ontdekt tijdens een freepodium. Ik zong oude country- en folkliedjes, zoals iedereen. Ik raakte in gesprek met Texaanse rockers die vonden dat ik er geweldig uitzag en vast ook een prachtige soulstem had. 'Kon ik daar niet wat meer mee doen?', vroegen ze me. 'Ik moest maar eens in hun studio langskomen'."

Die rockers waren Austin Jenkins en Josh Block uit de indiegitaarband White Denim. Bridges ging naar hun Niles City Sound, niet ver van waar hij woonde. "Ze namen me onder hun hoede en lieten me verschillende genres horen. Rockbands als de Rolling Stones en soul van Otis Redding, Marvin Gaye en Sam Cooke. Ik kende het allemaal niet, maar vond het prachtig."

Voorzichtig maakte Bridges de mannen duidelijk dat hij ook wel eens geprobeerd had liedjes te schrijven. "Daar konden ze wel wat mee, en zo gingen we aan de slag. Voor ik het wist, had ik een platendeal en ging mijn leven op de schop."

Het verbaast niet dat velen iets in Bridges zagen. De 28-jarige zanger heeft een innemend gezicht, gaat goed gekleed en kent de juiste danspasjes. Bovenal bezit hij een honingzoete stem, die op de beste momenten werkelijk aan Sam Cooke doet denken.

White Denim
Beeld AP

"Ik werd als een nieuw soulfenomeen gepresenteerd, iemand die in het kielzog van Charles Bradley en Sharon Jones klassieke soul weer actueel kon maken. Maar eigenlijk kon mijn stem dat niet aan en voelde het niet helemaal goed. Ik had soms het idee een act op te voeren, ik was mezelf niet."

Nieuwe soulster

Desondanks at het publiek uit zijn hand. Zijn debuutalbum Coming Home werd in het voorjaar van 2015 overladen met goede kritieken en bracht hem onder meer naar het Rotterdamse North Sea Jazz Festival. "Ik was daar bloednerveus, maar het publiek sleurde me door het optreden, zoals overal in Europa."

Met Bridges was een nieuwe soulster gearriveerd, was de algemene opinie. Een beetje verlegen leek hij aanvankelijk wel. "Ik groeide gaandeweg in mijn rol, durfde vaker het publiek aan te kijken en ging wat danspasjes proberen."

Ondertussen werkte hij aan nieuw materiaal. "Het ging allemaal geweldig, dacht ik, tot ik dus op dat festival in Philadelphia stond. Ik kreeg daarna gelukkig steun van diverse collega’s. Een bevriende artiest als Nick Waterhouse zag dat ik me niet lekker voelde en vond dat ik muziek moest zingen waar ik achterstond. Dat sterkte me. Want Nick doet niets liever dan stokoude r&b analyseren om zich de muziek eigen te maken. Als zo iemand me adviseert een andere weg in te slaan, luister ik."

'Een bevriende artiest als Nick Waterhouse zag dat ik me niet lekker voelde en vond dat ik meer moest zingen waar ik zelf achterstond, en dat sterkte me'
Leon Bridges

Zijn oude mentoren Austin Jenkins en Joshua Block voelden dat Bridges niet aan de smachtende retrosoul moest blijven hangen en adviseerden hun protegé om in een andere omgeving te schrijven en opnemen. "In Los Angeles voelde het voor mij meteen vanzelfsprekend om aan een ander soort geluid te werken."

Jarennegentiggevoel

Nieuwe nummers als 'Beyond' en 'Bad Bad News' kregen haast vanzelf een jarennegentiggevoel, zegt Bridges. Zijn stem wordt op de plaat nu en dan digitaal gemanipuleerd, maar live houdt hij vast aan een robuuster geluid. Met meer synthesizers dan piano, maar zonder stemvervormers.

"Dat is me nog een stap te ver. Op plaat vind ik dat het werkt, maar live durf ik dat nog niet aan." Een kwestie van tijd, wellicht. Het roer omgooien was moeilijker dan hij gedacht had. Allereerst vanwege de angst het publiek van zich te vervreemden. Ook blijkt het minder eenvoudig dan gedacht om nummers te schrijven die zijn zwarte generatiegenoten kunnen overtuigen.

"Ik ben het vak nog aan het leren. Het liefst zou ik alles anders doen, maar dat lukt nog niet. Ik heb het liedjesschrijven nog maar een paar jaar onder de knie. Ik kan het het best op de klassieke manier: couplet, refrein, brug. Daar hoort een ouderwets geluid bij."

Toch zijn het de nummers waarin Bridges van het retrogeluid loskomt die op Good Thing het beste werken. Op 'Bad Bad News' hoor je een magistrale stem, die nu ook durft uit te wijken naar onbekend terrein, wat onderstreept wordt door een fraai jazzgitaartje.


"Het is een begin. Het moest echt anders. Of had ik nog langer Sam Cooke moeten blijven?"

Good Thing is nu uit bij Sony Music. Leon Bridges staat op 30/6 op Couleur Café.