Direct naar artikelinhoud
Opinie

'Hoog tijd voor nieuwe structuren voor en van de Afrikaanse gemeenschappen'

Patrick Kiese N'siala.Beeld rv

Patrick Kiese N’siala is voormalig secretaris-generaal van het Platform van de Afrikaanse Gemeenschappen. Nadia Nsayi is beleidsmedewerker Centraal-Afrika bij Broederlijk Delen en Pax Christi Vlaanderen 

In 2011 stelde staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Franken (N-VA) zich vragen bij de economische meerwaarde van de Congolese gemeenschap in België. Zeven jaar later geven de Koning Boudewijnstichting en het Agentschap Binnenlands Bestuur een beeld van die gemeenschap.

Uit het onderzoek van de Koning Boudewijnstichting bleek dat de Congolese gemeenschap veel hooggeschoolden kent die onvoldoende tewerkgesteld worden. Wanneer Congolezen wel over een arbeidsovereenkomst beschikken worden ze te vaak onder hun diplomaniveau tewerkgesteld.

De Diversiteitssurvey van het Agentschap Binnenlands Bestuur bevestigt deze elementen maar gaat daar verder op in. Het onderzoek geeft het beeld van een open gemeenschap die de bereidheid toont om personen van Belgische herkomst te leren kennen. Een gemeenschap die respect heeft voor mensen met een ander geloof. Een gemeenschap waarvan 48 procent Nederlands spreekt met de kinderen en 74 procent dagelijks de actualiteit volgt.

Ondanks deze positieve attitude hebben Congolezen in België veel te maken met negatieve ervaringen in de zoektocht naar een woning, op de arbeidsmarkt en in het onderwijs. Uit het onderzoek blijkt dat 63 procent discriminatie ondervindt op de huurmarkt en 39 procent op de arbeidsmarkt. Ook op school is het beeld niet fraai. Kinderen uit de Congolese gemeenschap krijgen, op de Turkse gemeenschap na, het vaakst een advies om een lagere studierichting te volgen.

Ondanks deze positieve attitude hebben Congolezen in België veel te maken met negatieve ervaringen in de zoektocht naar een woning, op de arbeidsmarkt en in het onderwijs

Structurele discriminatie

De pijnlijkste vaststelling is dat deze gemeenschap zeer moeilijk rondkomt, zelfs in gezinnen met tweeverdieners. Dit kan verklaard worden door de slechte tewerkstelling en het geld die Congolezen vanuit België sturen om familie en naasten in Congo te helpen met woonst, voeding en onderwijs. Cijfers van de Wereldbank tonen echter aan dat de Congolese gemeenschap relatief minder geld stuurt in vergelijking met inwoners uit andere Centraal-Afrikaanse landen zoals Rwanda.

De Diversiteitssurvey illustreert dat leden van de Congolese gemeenschap inspanningen leveren om te participeren aan de Belgische samenleving. Ze worden echter afgerekend op hun huidskleur en afkomst. Er is sprake van racisme en structurele discriminatie. Een verklaring ligt in de erfenis van het Belgisch koloniaal verleden dat anno 2018 nog steeds voelbaar is. Het blank superioriteitsgevoel leeft verder, ontneemt Congolezen toekomstkansen en verziekt onze diverse samenleving.

Dit onderzoek is een alarmsignaal voor lokale, regionale en federale overheden. Zij moeten de socio-economische achteruitstelling onder ogen zien. Ingrijpende maatregelen zijn noodzakelijk om een grotere participatie van de Congolese gemeenschap, en bij uitbreiding ook de andere Afrikaanse gemeenschappen, te faciliteren.

Het blank superioriteitsgevoel leeft verder, ontneemt Congolezen toekomstkansen en verziekt onze diverse samenleving

Een deel van de verantwoordelijkheid ligt ook bij de Afrikaanse gemeenschappen zelf. Onvoldoende politici met Congolese of Afrikaanse afkomst hebben de moeilijkheden van hun gemeenschap op de politieke agenda gezet. De recente toegeving van de stad Brussel om op 30 juni 2018 een Lumumbaplein in te huldigen is een sterk symbolische overwinning van de Afrikaanse diaspora in het Belgisch politiek landschap. Maar in vergelijking met de uitdagingen is een Lumumbaplein verwaarloosbaar. De echte prioriteiten liggen elders: onderwijs, werkgelegenheid, huisvestiging.

Om deze prioriteiten beter te bepleiten is de uitwerking van structuren voor én van de Afrikaanse gemeenschappen dringend. Met de verdwijning van het Afrikaans platform in 2016 verloor Vlaanderen een belangrijke actor in het middenveld. Zonder een sterke spreekbuis zijn de Afrikaanse gemeenschappen onvoldoende gewapend om samen met politieke bondgenoten een echte strijd te voeren tegen racisme en discriminatie. Die strijd is noodzakelijk om hun positie in onze samenleving te verbeteren.