© Kris Van Exel

Moskeestewards bewaren de rust in Antwerpse moskeeën: “Goede moslims zorgen dat hun buren rust hebben”

Woensdagavond is de ramadan begonnen, de vastenmaand waarin moslims van zonsopgang tot zonsondergang niets mogen eten of drinken. Tot 14 juni zakken ze ’s avonds in groten getale af naar de moskee om het extra ramadangebed te volgen. Om de massa te begeleiden zijn in samenspraak met de stad in 45 Antwerpse gebedshuizen 184 vrijwillige ‘moskeestewards’ aangesteld, het hoogste aantal sinds het begin van het project enkele jaren geleden. Zij zorgen dat niemand fout parkeert en vooral dat er ’s nachts geen geluidsoverlast is.

Andreas Rotty

“Goede moslims zorgen dat hun buren op elk moment rust hebben, er liggen kleine kinderen te slapen.”

Het is 23u en het gebed moet nog beginnen. In moskee Bilal in de Van Montfortstraat in Borgerhout overloopt voorzitter Moustafa Dalal (47) het strijdplan voor de komende maand met zeven stewards. Een hele klus, want in de vier verdiepingen van de Marokkaanse Bilalmoskee passen meer dan duizend gelovigen. Daarna zullen de stewards dagelijks tot het Suikerfeest per twee een paar straten aflopen. Ze hebben een EHBO-opleiding gekregen en moeten Nederlands kunnen om een contactpersoon te zijn voor de buurt. “Elke moskee is verantwoordelijk voor zijn eigen omgeving”, legt voorzitter Dalal uit aan zijn manschappen. “Als je mensen ziet samenscholen, spreek hen dan op een vriendelijke manier aan en vraag hen te vertrekken. Zelfs als ze niet van onze gemeenschap zijn, want het kan de buurt alleen maar ten goede komen. Wanneer er problemen ontstaan, wandel dan weg en laat mij iets weten. Ik ben de contactpersoon van de politie en ik breng hen meteen op de hoogte. Maar dankzij jullie hebben we alle voorgaande jaren nooit problemen moeten melden.”

© Kris Van Exel

Tijdens de ramadan zal op een televisiescherm in de moskee een filmpje spelen dat zich richt tot de bezoekende moslims met dezelfde richtlijnen.

Even later stromen de moslims binnen voor hun vijfde gebed van de dag en daarbovenop een extra ramadangebed. Ze lopen bedaard over het binnenplein tussen de inkom en de moskee zelf. Wie begint te praten, krijgt meteen een steward of de voorzitter voor zijn neus. Met een wijsvinger op de omliggende gebouwen en de boodschap dat daar mensen slapen. De schoenen gaan in het rek en de stewards leiden de moslims naar de juiste plek en gebruiken oranje kegeltjes om rechte lijnen in de massa te maken. De imam begint te reciteren uit de Koran richting Mekka. Honderden koppen hangen naar beneden en simultaan zakt iedereen op het juiste moment door de knieën. Het wordt warm binnen. “Maar op geen enkel moment zetten we de deur of het raam open omdat er anders geluid ontsnapt”, heeft de voorzitter beslist. “Dit jaar hebben we airco voorzien, dus het moet lukken.”

Voor de moslims zich naar buiten begeven, posteren de stewards zich voor de uitgang. Een voorbijrijdende auto schampt een brommer van iemand die binnen zit te bidden en de stewards zetten die meteen verder van de straatkant. Er zijn vooral veel fietsen, die moeten verplicht in fietsenstallingen zodat ze niet tegen gevels staan. De Marokkaanse moslims komen de straat terug op. De meesten gaan rustig naar huis, enkele anderen blijven praten, maar worden snel verzocht om door te lopen. Stewards Mohamed El Hasnaoui (48), die overdag in de keuken staat in een zorgbedrijf, en Mohamed Makkouh (37), die bediende is in de haven, doen nog een klein rondje door de buurt. “Het is nu nog niet druk”, weet steward El Hasnaoui. “Als de ramadan vordert, komt er steeds meer volk. De weekends zijn het hoogtepunt. Op een pleintje hier vlak bij scholen komen dan vooral oudere mannen samen om nog wat te babbelen.” Hun werk wordt niet altijd gerespecteerd. “Ik kreeg vorig jaar eens te horen ‘wat doen jullie hier eigenlijk?’ Sommigen verdragen het niet dat we hen vragen stil te zijn. Het helpt dat de imam elke keer tijdens het gebed uitlegt waarom we er zijn en dat we erkenning verdienen.”

© Kris Van Exel

Een voorbijganger vraagt de stewards iets. “Die komt bedelen”, zegt El Hasnaoui. “Daarmee hebben we soms problemen. Er zijn groepjes die zeggen dat ze gevluchte Syrische moslims zijn, maar eigenlijk zijn het Oostblokkers. De vrouwen doen zelfs een hoofddoek aan om ons te overtuigen. Tijdens de ramadan weten ze dat wij als moslims vrijgeviger zijn en vragen ze een gift, dat lukt ook vaak. Maar na een tijd herkennen we hen wel en we vragen hen te vertrekken. Vorig jaar was er zo’n man die maar bleef terugkomen.”

Voorzitter Dalal begint spontaan over de negatieve berichtgeving over moslims in Borgerhout. “We hebben bewust jaren aan een stuk geen journalisten toegelaten in onze moskee, want we komen er altijd slecht uit in de pers. We proberen erg ons best te doen. Toch is ons district gekend voor geluidsoverlast, de trouwstoeten halen meestal de krantenkoppen.”

“Maar dat zijn wij niet”, weet steward Makkouh. “Bijvoorbeeld de mannen die op het Suikerfeest, het einde van de ramadan, met gehuurde auto’s rondvliegen zijn wel Marokkanen, maar geen moslims.” De voorzitter knikt instemmend. “Dat zijn rotte appels, je moet de wetten van het land waarin je verblijft respecteren, dat is een regel van de islam.”

© Kris Van Exel