Direct naar artikelinhoud
Italiaanse verkiezingen

Dankzij Italië is Europees crisisspook terug van nooit weggeweest

Een vrouw loopt langs vuilnisbakken in Rome, Italië.Beeld Reuters

Keert de eurocrisis terug? Met hun kritiek op de Europese consensus bezorgen de twee Italiaanse kandidaat-regeringspartijen beleggers, Brussel en de Europese Centrale Bank koude rillingen. De Vijfsterrenbeweging en de Lega kwamen vrijdag tot een akkoord.

"Investeer in paracetamol", tipte de politieke nieuwssite Politico haar lezers begin deze week. Nu met de Vijfsterrenbeweging en de Lega twee eurosceptische partijen zich opmaken om Italië mogelijk vanaf komende week te gaan besturen, zijn kopzorgen gegarandeerd. Niet alleen in Brussel, maar ook op de financiële markten en op het hoofdkwartier van de Europese Centrale Bank (ECB).

Natuurlijk: de ervaring leert dat de soep zelden zo heet wordt gegeten als criticasters van de euro hem opdienen. In de aanloop naar de Italiaanse verkiezingen hadden beide partijen hun toon ten aanzien van Europa al flink gematigd. Tot dinsdagavond. In een naar de Italiaanse editie van de Huffington Post uitgelekt concept-coalitieplan wordt gepleit voor een "radicale hervorming" van de spelregels van de eenheidsmunt, vastgelegd in het stabiliteits- en groeipact. Daarnaast blijkt er te zijn gesproken over een "opt-out" uit de euro, voor het geval het Italiaanse volk haar "monetaire soevereiniteit" terugwenst.

Volgens de onderhandelaars gaat het om een verouderd document dat alweer van tafel is. Maar de reactie waarmee zij vervolgens de gemoederen trachten te sussen, spreekt boekdelen. Nee, Italië wil niet uit de euro, maar de monetaire unie moet wel veranderd worden "in de geest van een terugkeer naar de opzet van voor Maastricht".

Italexit

Daarmee steekt het spook van de eurocrisis de kop op. "Italexit is terug", vatte een Italiaanse analist het samen. Eerlijk is eerlijk: helemaal weg is die dreiging nooit geweest. Wie goed luisterde, kon de Italiaanse tijdbom de afgelopen jaren onverminderd horen tikken. De staatsschuld blijft met bijna 132 procent van het bbp torenhoog. De banken, deels gestut met belastinggeld, zijn onverminderd kwetsbaar. En terwijl de eurozone als geheel de weg naar boven gevonden heeft, valt de Italiaanse groei tegen. Veel meer dan een procent of 1,5 zit er de komende jaren niet in.

Het leidt tot tandenknarsen in Nederland. Waarom, vroeg DNB-president Klaas Knot zich eerder dit jaar nog hardop af, heeft een land als Italië het Europese herstel en de historisch lage rentestand niet gebruikt om vaart te maken met hervormen? De irritatie komt van twee kanten. De Italianen zijn er het afgelopen anderhalve decennium alleen maar armer op geworden – het bbp per hoofd van de bevolking daalde. Van de jongeren die op zoek zijn naar een baan is één op de drie werkloos.

De euro krijgt de schuld. Vroeger, in het liretijdperk, kon het land haar internationale concurrentiepositie van tijd tot tijd opvijzelen door de munt te devalueren. De lire werd dan goedkoper, en daarmee ook producten made in Italy. Binnen het keurslijf van de euro is zo’n alternatieve economische politiek uitgesloten. Het is die onvrede die een vruchtbare bodem voor eurosceptische partijen heeft gecreëerd - en nu voor hoofdpijn zorgt in de rest van Europa.

1) Beleggers: onrust

Gesmoorde paniek - zo kan de reactie van de financiële markten op de Italiaanse coalitie-onderhandelingen worden samengevat. De onrust is er. Aandelen van Italiaanse banken kregen deze week klappen. Het renteverschil tussen Italiaanse staatsschulden met een looptijd van 10 jaar en vergelijkbare Duitse obligaties, een graadmeter voor euro-angst, liep op tot 1,5 procent. Dat maakt het straks duurder voor de nieuwe regering om geld te lenen.

Van de chaotische taferelen die we kennen van de vroege eurocrisis is desondanks geen sprake. De reden ligt voor de hand: de ECB heeft met zijn goedkope geldbeleid de financiële markten verdoofd. Dat houdt de rente laag en smoort elke paniek. Het weerhoudt de kersverse regeringskandidaten er niet van uit te halen naar de wereld van het grote geld. "Ze proberen ons te stoppen met de gebruikelijke chantage van stijgende rente-spreads, dalende aandelenbeurzen en Europese dreigementen", zo werd Lega-leider Salvini geciteerd.

2) Brussel: stilstand

Wordt het de stormram of de omtrekkende beweging? Kiezen de Italiaanse kandidaat-regeringspartijen voor de eerste tactiek, dan moet Brussel zich opmaken voor een frontale aanval op de euro. Alleen al vanwege de dramatische ervaringen die de linkse regering in Griekenland hiermee in 2015 heeft opgedaan, ligt dit niet voor de hand.

Blijft over de meer omzichtige benadering van slim onderhandelen, druk zetten en de regels oprekken. Als derde economie van de eurozone mag de hindermacht van Italië niet onderschat worden. Het lijstje met Brusselse hervormingswensen voor de komende jaren is niet gering. Van het vervolmaken van de bankenunie tot het uitbouwen van het Europees Stabiliteitsmechanisme. Geen aantrekkelijk vooruitzicht voor het pro-Europese duo Merkel en Macron: Italië staat klaar om een stok tussen de wielen van de Frans-Duitse tandem te steken, nog voor die goed en wel in beweging is gekomen.

3) Frankfurt: schuldeiser

Het gerommel in Rome komt ook voor de ECB op een uiterst ongelegen moment. De centrale bank zou naar verwachting later dit jaar het voorzichtige einde aankondigen van de monetaire noodtoestand. Dat betekent stoppen met het opkopen van extra staatsobligaties om de Europese economie te stimuleren. En dan volgend jaar, met wat geluk, stapje voor stapje de rente weer verhogen. Een terugkeer van de eurocrisis kan dat uiterst gevoelige traject torpederen.

Het is niet de enige reden tot zorg voor de ECB. De afgelopen jaren heeft zij, in het kader van haar omstreden opkoopprogramma, voor 341 miljard euro aan Italiaanse obligaties aangeschaft. Daarmee behoort zij tot de grootste schuldeisers van het land. De voorgenomen miljardenuitgaven van de nieuwe Italiaanse regering aan onder meer het terugdraaien van de pensioenleeftijd en een basisinkomen voor arme Italianen zullen in Frankfurt dan ook niet met gejuich zijn ontvangen. Net als het oorspronkelijke plan van de aanstaande coalitie om de ECB 250 miljard euro aan Italiaanse staatsschulden te laten kwijtschelden. Dat voornemen is inmiddels van de baan, maar het signaal van de twee populistische partijen is niet mis te verstaan.

"