Direct naar artikelinhoud
IS-kunstsmokkel

IS dreigt nieuwe oorlogskas aan te leggen met geroofde kunst. En die komt ook in ons land terecht

De archeologische site van Apamea.Beeld © Alvaro Leiva

De Belgische kunstmarkt wordt gebruikt voor de verkoop van illegale oudheden uit het Midden-Oosten. Het terreurnetwerk van Islamitische Staat dreigt met de opbrengst een nieuwe oorlogskas aan te leggen. Een EU-conferentie deze week buigt zich over de band tussen de smokkel van oudheden en terreurfinanciering.

en

“Ik denk dat ik de voorbije jaren in België al een stuk of twintig keer oudheden van verdachte oorsprong heb moeten analyseren in opdracht van douane en justitie.” Als er geplunderd archeologisch erfgoed in België in beslag wordt genomen, dan is de kans groot dat Eric Gubel wordt geraadpleegd. De hoofdconservator van het Departement Oudheid van de Koninklijke Musea van Kunst & Geschiedenis, in het Jubelpark, is een van de weinige experts in ons land die archeologisch erfgoed uit het Midden-Oosten kan analyseren als over de oorsprong twijfels bestaan.

Tijdens de volle expansie van het IS-kalifaat namen de raadplegingen toe, zegt Gubel. “Heel veel zaken komen uit geplunderde kloosters. Dikwijls gaat het om manuscripten of gebundelde boekwerken, soms met brandsporen. Toeval of niet, op een bepaald ogenblik heeft IS filmpjes getoond waarbij ze ‘satanische boeken’ in het vuur gooien. Vermoedelijk zijn deze antiquiteiten buiten beeld uit de vlammen genomen en naar Europa gesmokkeld voor verkoop.” 

Eric Gubel, hoofdconservator van het Departement Oudheid van de Koninklijke Musea van Kunst & Geschiedenis.Beeld Tim Dirven

Transitland

België heeft in vergelijking met Londen, Parijs en New York een kleine kunstmarkt maar speelt wel een grote rol als transitland. Ook de jaarlijkse Brusselse Art Fair, een van de grootste antiekbeurzen in Europa, trekt verkopers en kopers aan uit de hele wereld.  

Door de geheimhouding van het onderzoek kan Gubel niets kwijt over lopende smokkelonderzoeken maar hoeveel geld er omgaat in de illegale trafiek kan hij wel schetsen aan de hand van een recent voorbeeld.

“We werden in 2016 geleden geconsulteerd over een albasten ‘stèle’ (antieke herdenkingsplaat) én een Romeinse grafplaat. We herkenden de stèle (zie afbeelding) als een zeldzaam exemplaar uit het 3de millennium voor Christus, waarvan de verkoopwaarde toen rond de 700.000 euro werd geschat. Een probleem: de nodige officiële documenten ontbraken. We hebben kunnen bepalen dat het afkomstig was uit de regio van Mari, een historische stad in Syrië nabij de Eufraat en de grens met Irak, een straal van een honderdtal kilometer daarrond of verder noordwaarts. Het gebied was toen in handen van IS, al kan de stèle ook al vroeger in het Syrische conflict gesmokkeld zijn.”

Boekafbeelding van de albasten stèle die een half jaar geleden in beslag werd genomen.Beeld RV DGAM Syria

Een half jaar geleden werd de albasten stèle door de Belgische justitie overgedragen aan Zwitserland, waar het gerechtelijk onderzoek wordt gebundeld naar twee Libanese broers die het erfgoed twee jaar geleden in ons land aan de man wilden brengen op de wereldberoemde Brussels Art Fair (Brafa).

De Belgische douane nam het onderweg naar deze jaarlijkse beurs in Thurn & Taxis in beslag na een tip van Interpol, dat het bedrijf Phoenix Ancient Art van de Libanezen al langer verdacht van smokkel via de vrijhaven van Genève.

Geadresseerd aan een dode

Op de Brafa van vorig jaar hadden de speurders opnieuw prijs. Na een tip begon de politie daar een onderzoek dat eind maart dit jaar eindigde in Barcelona met de arrestatie van de Spaanse antiquair Jaume Bagot Peix en een handlanger, die nu beschuldigd worden van terreurfinanciering. Ze probeerden op Brafa onder meer mozaïeken te verkopen die afkomstig waren uit het Libische Cyrenaïca, een gebied dat nu gecontroleerd wordt door extremisten die trouw zwoeren aan IS. De kunstvoorwerpen waren van Libië eerst naar Azië gebracht, en van daaruit naar Europa – wat een goed voorbeeld is van de globale reikwijdte waarmee de smokkelbendes werken.

'Je kan er van uitgaan dat in België slechts 0,01 procent van de geplunderde kunstvoorwerpen in transit wordt ontdekt'
Hendrik Hameeuw, filoloog-archeoloog KU Leuven

Gubel: “De illegale trafikanten gaan heel gesofisticeerd te werk. Ik herinner me een voorbeeld waarbij onze douane kisten in beslag nam die geadresseerd waren aan een bekende dame uit het antiquairsmilieu. Alleen was ze dan al acht jaar dood. Hier in België zijn er ook kisten opgedoken met vervalsingen. De smokkelaars zoeken met dergelijke ‘testen’ naar veilige routes, waar ze door de mazen van het net kunnen glippen.”

En dat lukt ze in ons land nog te veel.

“Je kan er van uitgaan dat in België slechts 0,01 procent van de geplunderde antiquiteiten in transit wordt ontdekt”, zegt Hendrik Hameeuw (KU Leuven). Ook hij wordt als filoloog-archeoloog sporadisch geraadpleegd omwille van zijn expertise in tabletten met Mesopotamisch spijkerschrift. Die zijn omwille van hun beperkt formaat makkelijk clandestien te transporteren en te verhandelen maar worden net daarom massaal geplunderd in Irak en Syrië. De prijzen van tabletten variëren van enkele honderden tot vele duizenden euro’s.

Hameeuw: “Een half jaar geleden nog werd ik door mensen gemaild die te goeder trouw twee tabletten kochten op de reguliere markt, een op een veiling in Londen en een in een galerie in Antwerpen. Ik kon meteen zeggen dat er iets niet klopte. Een van de twee tabletten kwam uit Syrië, de ander uit Irak, maar ze waren duidelijk nog niet lang in omloop.”

Of ze afkomstig waren uit IS-gebied is volgens hem moeilijk te zeggen, want ook andere groepen of dikwijls ook gewone burgers deden illegale opgravingen. Het beste voorbeeld daarvoor zijn de satellietbeelden van Apamea, een archeologische site die door Belgische archeologen in het verleden werd bestudeerd. In nauwelijks een jaar tijd veranderde de plek in een maanlandschap vol kraters. Hameeuw: “Elke twee meter is er wel een put waar clandestien was gegraven. Tienduizenden stukken moeten daar verdwenen zijn in de richting van eender welke koper.”

Apamea in juli 2011, voor de plunderingen.Beeld RV Google Maps
Apamea in april 2012 na de plunderingen.Beeld RV Google Maps

IS maakte volgens Hameeuw wel het verschil omdat hun leiders in Raqqa en Mosoel regels oplegden hoe er systematisch en op grote schaal door hun onderdanen moest geplunderd worden. Zij focusten op waardevolle sites.

‘IS-departement Natuurlijke Rijkdommen’

Kolonel Matthew Bogdanos weet daar alles van. De voormalige marinier uit de VS leidde in 2003 het onderzoek naar de plunderingen van het Nationaal Museum van Irak. Een onbekende hoeveelheid van de collectie verdween maar de Amerikanen konden een groot deel recupereren.

Sindsdien is Bogdanos een expert, die naar eigen zeggen meer dan 10.000 archeologische stukken terugvond. Sinds december staat hij aan het hoofd van een nieuwe afdeling 'Antiquiteiten' bij de openbare aanklager in Manhattan, New York, waar veel steenrijke verzamelaars wonen en verhandelen.

“In 2004 ontdekte ik in Irak al hoe ook Al-Qaida kunstsmokkel gebruikte om zich te financieren. Al-Qaida-groepen in het Westen van Irak wisselden wapenleveringen systematisch uit voor kunstvoorwerpen.”

Bogdanos presenteerde zijn resultaten aan de Verenigde Naties, Interpol, en het Britse en Amerikaanse parlement, maar concrete actie bleef volgens hem uit. Pas in 2015 kwam de G7, de groep van zeven rijke industrielanden, samen om het probleem te bespreken en veroordeelde een VN-resolutie de smokkel van cultureel erfgoed en de vernieling van historische sites.

“Ondertussen had IS de smokkel tot ongekende proporties gebracht”, zegt Bogdanos. “Ze brachten systematiek in wat bij Al-Qaida nog erg ad hoc was. Voor het kalifaat hadden ze een apart 'Departement Natuurlijke Rijkdommen' opgericht, want de grond zit er niet alleen vol olie, maar ook voorwerpen uit de oudheid.”

'Bij een raid van special forces op IS-leider Abu Sayyaf vond men plundervergunningen voor een bepaald gebied ter waarde van 1,5 miljoen dollar'
Kolonel Matthew Bogdanos, exx-marinier VS

Het departement van IS stelde taksen in voor de verkoop van antiquiteiten, zich baserend op een vers uit de Koran dat stelt dat een vijfde van de oorlogsbuit naar Allah gaat. Maar het departement verkocht ook vergunningen om opgravingen of plunderingen te doen, waardoor hun ‘staat’ er een tweede keer aan verdiende.

Een exacte omzet van deze clandestiene handel bestaat niet maar de cijfers van enkele raids in Irak spreken boekdelen. “Bij een raid van special forces op IS-leider Abu Sayyaf vond men plundervergunningen voor een bepaald gebied ter waarde van 1,5 miljoen dollar”, zegt Bogdanos. 

Hameeuw denkt daarom dat we nu nog maar het topje van de ijsberg aan geplunderde oudheden uit Syrië en Irak te zien krijgen. “Wat de tabletten betreft zien we zelfs nu nog veel materiaal opduiken uit de jaren negentig, toen er in het zuiden opstanden waren tegen toenmalig dictator Saddam en zijn regime de archeologische sites niet meer beschermde. Met andere woorden, het kan nog een paar jaar duren vooraleer de grote hoeveelheden geplunderde stukken vanuit IS-gebied, en waarvan velen nu al in handen van malafide tussenpersonen zijn, hun weg zullen vinden naar meer zichtbare markten”.

EU werkt aan dam tegen 'bloedkunst'

Nog in een gesprek met De Morgen waarschuwt Europees contraterreur-coördinator Gilles de Kerchove dat de EU dat we nog enkele jaren “zeer oplettend” zullen moeten zijn. “We gaan ervan uit dat IS-kaderleden nog veel geplunderde antiquiteiten verborgen houden en zullen wachten tot alles afkoelt om het op de markt te brengen en zichzelf opnieuw te financieren. Nu is iedereen nog waakzaam maar binnen een paar jaar dreigt men dit te vergeten.”

Om te verhinderen dat IS zo een nieuwe oorlogskas spekt, is actie nodig. De Kerchove organiseert volgende woensdag en donderdag een EU-conferentie over de band tussen de smokkel van oudheden en terreurfinanciering. Politie- en douanediensten zullen er samenzitten met archeologen, de private antiquairsverenigingen, veilinghuizen en Iraakse archeologen.

Europees contraterreur-coördinator Gilles de Kerchove wil actie om te verhinderen dat IS een nieuwe oorlogskas spekt.Beeld BELGA

De EU wil zo snel mogelijk de import van 'bloedkunst' gecoördineerd tot staan te brengen. Naast het opvoeren van actieve opsporing, zoals het sturen van hondenteams die op de grens voorwerpen uit de oudheid kunnen ruiken, wordt er ook gewerkt aan preventieve controle.

'We gaan ervan uit dat IS-kaderleden nog veel geplunderde antiquiteiten verborgen houden'
Gilles de Kerchove, Europees contraterreur-coördinator

“Europa probeert een systeem op het getouw te zetten voor importcertificaten, zodat iedereen die kunstvoorwerpen invoert die ouder zijn dan 250 jaar meteen de juridische legaliteit moeten aantonen", zegt De Kerchove. Het principe is te vergelijken met het Kimberley-proces, dat de handel in conflictdiamanten wist te beperken omdat er enkel nog gehandeld mag worden met oorsprongscertificaten.

In beslag genomen illegale oudheden moeten volgens De Kerchove ook sneller in de gegevensbank van Interpol terechtkomen. Een probleem is dat slechts een op de drie nationale politiediensten daaraan goed meewerkt. De reden is dat te weinig landen beschikken over kunstroof-eenheden of gespecialiseerde agenten.

Geen goede beurt

België maakt op dat vlak geen goede beurt. In 2016 ontmantelde minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) de Cel Kunst en Antiek van de Federale Politie. Ze waren maar met twee mensen maar het waren wel gewaardeerde experts.

De Kerchove: “Ik begrijp dat hier in België discussie over is. Het is niet aan mij om te oordelen over beslissingen van minister Jambon maar ik hoop dat er ook in België opnieuw een formule wordt gevonden om de waakzaamheid te verhogen, met behulp van een speciale eenheid, of door specifieke opleiding van agenten. We zien dat landen met kunstroof-eenheden – zoals de Italiaanse carabinieri er een hebben – betere resultaten boeken. Ze hebben immers betere expertise en motivatie.” Zo ontwikkelden de carabinieri een app waarmee politie en douane een foto kunnen nemen van verdachte kunst, die dan vergeleken wordt met databases.

In een reactie zegt de woordvoerder van minister Jambon dat kunstroof- en -smokkel een aandachtspunt blijft voor de federale politie. “Het is niet omdat er geen aparte cel kunstroof is dat de smokkel van illegale oudheden onze aandacht niet heeft. Wij hebben vooral ingezet op een wendbare politie wier experts zich ook moeten toeleggen op de verbanden tussen malafide netwerken, eerder dan allemaal apart hun fenomenen te onderzoeken. Denk ook aan het eerdere verband tussen de terreurcel van de Brusselse aanslagen en drugshandel. Als op een dag zou blijken dat er weer nood is aan een centralere kunsteenheid, dan kan het zijn dat we daarop inzetten”.

'Het is niet omdat er geen aparte cel kunstroof is dat de smokkel van illegale oudheden onze aandacht niet heeft'
Woordvoerder van binnenlandminister Jambon

Niet alleen de twee smokkelzaken die recentelijk op Brafa zijn ontdekt, zetten aan tot een debat hierover maar ook het onderzoek naar de zelfmoordterroristen van de bloedige aanslagen op 22 maart 2016. Khalid El Bakraoui, die zichzelf opblies in Maalbeek, bleek in 2013 betrokken bij de diefstal van een tiental schilderijen ter waarde van 1,3 miljoen euro uit het Van Buuren-museum te Ukkel, waaronder een James Ensor. Hij voerde mee onderhandelingen over losgeld tussen ’13 en ’15, waarna die afsprongen. De schilderijen werden nooit teruggevonden. 

De vraag of de Brusselse en Parijse IS-terreurcel zich ook kon financieren dankzij de verkoop van de Ukkelse schilderijen, of intussen ook profiteerde van illegale handel in oudheden, blijft relevant.