© Luc Daelemans

Eric Gerets over Standard, Marc Coucke, de Rode Duivels en zijn aanstaande bruid: “Rode Duivels halen de finale”

De Belgische landskampioen is gekend, de Rode Duivels starten over twee weken hun WK en Eric Gerets (64) trouwt eind augustus met zijn Luikse vriendin. Genoeg redenen voor een uitgebreide babbel met De Leeuw. Het onbetaalbare uitzicht op de binnenkoer van zijn vierkantshoeve in Boorsem krijgen we er gratis bij.

Kristof LIBERLOO

Als we in Boorsem aanbellen, blijft de voordeur op slot. Dus wandelen we voorzichtig de imposante binnenkoer op. De zon is er vandaag de baas. Toch is het opvallend druk. Er worden deuren gepoetst, kasseien geveegd en planten bewaterd. Meteen achter het hoekje zit Eric Gerets rustig zijn krant te lezen. “Welkom!”, lacht De Leeuw, die twee weken geleden zijn 64ste verjaardag vierde. We hebben nog een laat cadeautje bij. Gerets grijnst als hij de geschenkverpakking van het boek ‘Hengelsport, de complete gids’ heeft gescheurd. “Erg bedankt, ik zou opnieuw meer moeten vissen, want het komt er de laatste tijd niet meer van.”

Laat ons starten met die andere sport. Voetbal. Wat vond je van de competitie 2017-2018.

“Geslaagd, zeker de play-offs. Mooi voetbal, veel spanning en genoeg goals.”

Het werd inderdaad nog spannend omdat Club het in de play-offs even liet afweten.

“Dat had ik niet meer verwacht, maar ik vind Club Brugge wel de terechte kampioen.”

Toch vermoed ik dat je gevloekt hebt toen Vormer tegen Standard handspel beging en Vossen scoorde.

“Lichtjes. (lacht) Je kan fluiten voor die fase. Ik zeg niet dat het moét. Maar toen was het wel voorbij voor ons.”

Je bent nóg meer Standard-supporter geworden dan vroeger.

“Ik ga naar alle thuismatchen kijken. Met Sa Pinto had ik een goede band en ook sommige spelers ken ik goed. Niet dat ze me raad vragen, maar ik voel wel respect.”

Lig je er wakker van als Standard verliest?

“Neen, ik blijf daar vrij rustig onder. Natuurlijk ben ik dan ontgoocheld, maar die ontgoocheling verdwijnt snel.”

Spreek je vaak met voorzitter Bruno Venanzi?

“Niet zo dikwijls. De dag van de match natuurlijk wel. Hij zit achter mij in de tribune.”

Op welk stoeltje in die eretribune zit jij precies?

“Op plaatsen 22 en 23. Leon Semmeling en zijn vrouwtje zitten naast ons, dan heb je Christian Piot en zijn vrouwtje. En vervolgens Wilfried Van Moer.”

Indrukwekkend gezelschap op een rij.

(grijnst) Als je die selecties optelt... (218 in totaal, nvdr)”

Je sprak net al even over Sa Pinto. Laat me hem diplomatisch omschrijven: een speciale coach.

“Ik mocht hem wel. Buiten die domme dingetjes in Anderlecht kan je hem weinig aanwrijven. Op tactisch vlak heeft hij het bijvoorbeeld uitstekend gedaan.”

Heeft hij zijn eigen ruiten dus ingegooid?

“Misschien hebben ze bij Standard op dat moment wel getwijfeld en zo is Michel Preud’homme in beeld gekomen.”

Wat spreekt je dan zo aan bij Sa Pinto, het vuur dat in hem zit, net zoals jij dat als coach had?

“Zeker. Een trainer die negentig minuten op de bank blijft zitten, ik denk niet dat dit werkt bij ons.”

Michel Preud’homme volgt hem op. God in Luik.

“Het hele plaatje is duidelijk, dat is beter voor iedereen. Michel is de grote baas, die over alles mee zal beslissen.”

Maar hij draagt wel drie petten en heeft ook maar één hoofd.

“Eén, twee of drie petten, maakt niet uit. Het is de verantwoordelijkheid die je krijgt en die is groot in het geval van Michel. Hij zal niet ontgoochelen, ik hoop dat hij de titel pakt.”

Even terug naar Club, Hans Vanaken werd profvoetballer van het jaar. Terecht?

“Vind ik wel. Hij is belangrijk geweest voor Club, ik hoop dat hij nu definitief gelanceerd is. Want hij kreeg ook al eens kritiek. Maar neem nu Jan Ceulemans, dat was schijnbaar ook niet de kwiekste voetballer, maar als hij aan de bal kwam, gebeurde er wel iets.”

Nu we het toch over Limburgers hebben, wat vond je van Genk?

“Het kende ups en downs, gelukkig werd het seizoen toch nog mooi afgesloten. Ik ben Limburger in hart en nieren, echt waar, dus hoop ik ook steeds dat Genk het goed doet.”

Welke speler van KRC Genk zou je graag bij Standard zien spelen?

“Malinovskyi vind ik een topper. Ik was, voor zijn blessure, ook aangenaam verrast door Berge, wat hij toonde op zijn leeftijd, dat was abnormaal goed. Trossard is eveneens helemaal ontbolsterd. Ik vond hem voordien een degelijke voetballer, maar de laatste wedstrijden heeft hij me echt overdonderd.”

Is het goed dat Trossard bij Genk blijft?

“Zéér goed. Je kan wel naar een middelmatige ploeg in het buitenland vertrekken, maar dan blijf je beter nog een jaartje om nadien twee stappen vooruit te zetten.”

Bij Genk is je bijna-naamgenoot Erik Gerits de grote baas.

“Erik is een capabele kerel, geen dommerik. Soms maken we wel eens een grapje over onze namen, die wat uitspraak betreft voor sommige mensen al eens verwarrend zijn.”

Marc Coucke. Met die naam is geen verwarring mogelijk.

“Coucke heeft de kwaliteiten om iets te veranderen bij Anderlecht. Wat niet vanzelfsprekend is.”

Als er iemand het aandurft, dan Coucke wel.

“Schrik heeft hij niet. Ik heb hem vorig seizoen een keer ontmoet toen ik uitgenodigd was voor Oostende-Standard. Hij maakte indruk. Leuke man ook.”

Gaat hij in zijn opdracht slagen?

“Ik hoop van niet. (lacht)

Over naar het WK, begint het al te kriebelen?

“Dat is veel gezegd, maar ik voel toch een gezonde spanning.”

De vraag van één miljoen: hoe ver geraken de Rode Duivels?

“Beter doen dan mijn generatie, dat betekent de finale halen. Daar ga ik van uit.”

© Jeffrey Gaens

Wat kan er mislopen in Rusland?

“Te veel blessures. Zoals twee jaar geleden tegen Wales, drie verdedigers out, begin maar. Als iedereen fit is, maak ik me geen zorgen. Maar als er weer drie uitvallen, houd ik mijn hart vast.”

Is de kans op een blessure groter tijdens een druk WK?

“Neen, dat niet. Ik raakte wel geblesseerd in 1982 in Spanje. Omdat Jean-Marie Pfaff toen zo lief was om tijdens de wedstrijd tegen Hongarije een knie in mijn oor te plaatsen. Hersenschudding en ik kon naar huis.”

Wat denk je dan in het vliegtuig op weg naar huis?

“Dan stuikt je wereld even helemaal in mekaar. Zeker omdat ik in 1982 op de top van mijn kunnen was. Dat deed toen echt pijn.”

Wat vind je van Roberto Martinez?

“Sterk. Zijn aanpak, communicatie en tactiek zijn prima.”

Toen hij Nainggolan thuisliet, werd hij bijna staatsvijand nummer één.

“Zoiets gebeurt altijd als je beslissingen neemt die niet populair zijn. Maar daar mag je geen rekening mee houden. Er zit nu wel wat druk op de match tegen Portugal. Hopelijk doen we het goed, dan is die druk in één keer weer weg.”

Vond je de reacties op de niet-selectie van Nainggolan overdreven?

(Gedecideerd) Ja. Nainggolan is een belangrijke speler, maar hij is Messi niet.”

Een ander discussiepunt: waar zou jij Kevin De Bruyne zetten op het terrein?

“In ieder geval centraal. Meer aanvallend of controlerend, dat maakt niet zo heel veel uit. Maar dus zeker niet op de zijkant.”

Wordt De Bruyne de bepalende factor voor de Rode Duivels, meer nog dan Eden Hazard?

“Vind ik wel. Als hij in de buurt komt van zijn niveau bij Manchester City, dan staan we er goed voor.”

Hoe volg je de wedstrijden van de Rode Duivels, thuis, bij vrienden of op café?

“Rustig thuis met vrienden. Ik kijk ook uit naar de jonge Duitse lichting. Mijn zaakwaarnemer is een Duitser van Turkse origine en is me gek aan het maken om een wedstrijd van de Mannschaft te gaan bekijken in Rusland, maar ik denk niet dat ik zal gaan. Het is wel goed zo, ik blijf liever hier bij mijn vriendin.”

Als het WK bezig is, denk je dan nog terug aan Mexico 1986, waar je de halve finale haalde?

“Jullie, journalisten, doen me daar altijd aan denken tijdens jullie klote-interviews! (schatert)

Er zijn toch ergere zaken om aan herinnerd te worden?

“Absoluut. Maar ik vond ons in 1990 in Italië beter voetballen dan in Mexico. Als die bal van Platt niet binnen was gevlogen, hadden we het ook daar ver geschopt. Het WK 1986 blijft natuurlijk een schitterende herinnering.”

Heb je je shirt van dat WK nog?

“Neen, geen enkel shirt. De medaille ook niet.”

Jacky Munaron gooide de zijne bij thuiskomst op de Brusselse Grote Markt in het publiek.

“Klopt. Ik weet niet meer waar ik die van mij gelaten heb, waarschijnlijk weggegeven.”

Je zei eerder al dat je nu met pensioen bent. Eric Gerets en pensioen, dat zijn voor mij twee woorden die botsen.

“Ik ben verplicht met pensioen gegaan omdat ik met een aantal medische akkefietjes sukkel. (Gerets heeft twee aneurysma’s, bloedklontertjes op een ader, nvdr) Ik doe wat ik graag doe en wat ik kan. Tijd om te vissen, heb ik niet zo heel veel meer. We hebben nu pas ook een huis in Luik gekocht en de tuin is daar groter dan ik verwacht had. (lacht)

Maar je krijgt hulp.

“Ik heb hier in Boorsem twee tuinmannen, mijn oudste zus doet haar ding en mijn schoonbroer hoor je op dit moment het gras afrijden. Zelf probeer ik ook de nodige klusjes op te knappen en wat te rotzooien. Gisteren was ik begonnen met het scheren van de haag, vrij hoog op een ladder. Gezien mijn medisch verleden bleek dat geen geslaagde operatie.”

Omwille van evenwichtsproblemen, waar je mee sukkelt.

“Die heb ik constant. Ik ben nu aan het wachten om in het ziekenhuis van Maastricht nog maar eens onderzocht te worden, eerder gebeurde dat al in Genk, Hasselt en Luik. Vervolgens zou ik in Hoensbroek (nabij Heerlen, nvdr) kunnen revalideren. Hopelijk verbetert mijn toestand dan toch een beetje. Helemaal genezen zal ik nooit meer, dat weet ik. Maar het is erg vervelend als je voortdurend op je flikker gaat. (grijnst)

Heb je schrik voor wat er gaat komen, dat je helemaal afhankelijk wordt van anderen?

“Ja, want ik ben altijd een ondernemend iemand geweest. Neem nu deze hoeve, die heb ik jarenlang zelf gerestaureerd. Het is frustrerend dat ik bepaalde dingen gewoon niet meer kan.”

Geniet je anderzijds meer van het leven nu, zonder die stress van topvoetbal?

“Natuurlijk geniet ik van het leven, maar het feit dat ik constant last van mijn gezondheid heb, is een hindernis en niet aangenaam.”

Het is moeilijk om te accepteren.

“Ik kan niet anders.”

Rook je eigenlijk nog sigaren?

“Ja, ik heb net nog een voorraad ingeslagen. Daar kan ik van genieten. Misschien te veel.”

Er is me altijd verteld dat sigaren minder kwaad kunnen omdat je niet inhaleert.

“Tja, vitaminen zijn het nu ook weer niet. (lacht)

In het tv-programma ‘De Kleedkamer’ zei je begin vorig jaar nog dat je jezelf een vijf op tien gaf op vlak van gelukkig zijn.

“Dat is intussen behoorlijk bijgesteld. (grijnst)

Een cijfer?

“8,5 op 10.”

Dankzij je nieuwe vriendin Virginie?

“Uiteraard.”

Ze is een stuk jonger.

“Dat speelt geen rol. We voelen dat niet zo aan.”

Ik mag je zelfs feliciteren, heb ik vernomen. In augustus stap je in het huwelijksbootje.

“Ja, dat klopt. Niet dat het een must was voor mij, maar waarom ook niet? We zijn heel gelukkig samen.”

Dan moet je nog op zoek naar een trouwkostuum.

“Dat zal wel lukken. (grijnst)

Wat maakt Virginie zo speciaal voor jou?

“Ik mag haar gewoon graag. Ze heeft Italiaanse roots en daar hoort een Italiaanse temperament bij. Niet altijd even makkelijk, maar zo heb ik het graag.”

Complimenti!

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer