Eerste resultaten "Straatvinken": opvallend minder voetgangers geteld buiten de stad
De auto blijft het populairst, en ook heel wat mensen verplaatsen zich te voet. Maar hoe verder je weggaat van het stadscentrum, hoe minder voetgangers er zijn geteld. Dat blijkt uit de eerste resultaten van het burgerwetenschapsproject "Straatvinken".
Elk voertuig geteld
Meer dan 1.300 vrijwilligers in de stad Antwerpen en 30 andere gemeenten in de provincie Antwerpen telden onlangs een uur lang alle verkeer in hun straat, tijdens de spits. Ze telden elke auto, vrachtwagen, tram, bus, fietser en voetganger die een denkbeeldige lijn passeerde in hun straat. De eerste resultaten zijn nu bekend.
300.000 auto's
"In totaal hebben de vrijwilligers meer dan 470.000 voertuigen aangevinkt, en daar zitten bijna 300.000 auto's bij", vertelt Thomas Vanoutrive van Universiteit Antwerpen.
"In een straal van 2 km van het Centraal Station van Antwerpen is bijna de helft van de voertuigen auto's of bestelwagens. Maar als je meer dan 10 km van het centrum van Antwerpen gaat, zijn 84 procent van alle vervoersmiddelen auto's en bestelwagens."
Veel voetgangers
Er zijn ook meer voetgangers dan verwacht, en ook hier is er een groot verschil tussen het stadscentrum en de andere gemeenten. "In de hele regio hebben we 60.000 voetgangers geteld", zegt Vanoutrive.
"In sommige straten in het Antwerpse stadscentrum is één derde van alle vervoersmiddelen een voetganger. Gaan we 10 kilometer verder kijken, is dat nog maar 4 procent."
Jaarlijkse tellingen
Straatvinken is een initiatief van de Ringlandacademie. Het is de bedoeling om elk jaar opnieuw te tellen, om zo de evolutie van het verkeer in kaart te brengen.
Tegen 2030 zou de helft van de verplaatsingen moeten gebeuren met de auto, en de andere helft uit alternatieven voor de auto (zoals openbaar vervoer, fietsers en voetgangers). Op dit moment zijn er nog 70 procent auto's.
Op 9 september worden nog meer resultaten bekendgemaakt. Op deze website leest u meer over Straatvinken.
