Direct naar artikelinhoud
#WoordVanDeWeek

Voortaan elke laatste vrijdagavond van de maand ‘Hallo Hautekiet’. Alstemblieft, Jan?

Ann De CraemerBeeld Bob Van Mol

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week, per hoge uitzondering, een eigennaam: Hautekiet!

Welk woord had ik vandaag anders tot #WoordVanDeWeek kunnen uitroepen dan eentje dat tegelijk een eigennaam is? Wie anders komt nog meer lof toe dan hem de voorbije weken al werd toegewuifd? Van wie nemen we precies vandaag met droefenis afscheid maar hopen we stiekem dat hij zijn microfoon zodanig zal missen dat zijn stemgeluid spoedig weer in de ether zal weerklinken? Natuurlijk, absoluut, en driewerf ja: Hautekiet Jan!

Hautekiet trapt het af: dat is de titel waarmee radiolegende Jan Hautekiet deze week samen met zijn opvolgster Karolien Debecker afscheid nam van de luisteraar. Hij gaat met pensioen, hoewel je de dolle pret die hij beleeft aan radiomaken na decennia nog steeds in zijn stem hoort.

En decennia zijn het inderdaad geweest. Elke late dertiger, ikzelf inclusief, herinnert zich die woensdagmiddagen waarbij je je ouders wijsmaakte dat je op je kamertje braaf aan het studeren was, maar eigenlijk naar ‘Hallo Hautekiet’ op StuBru luisterde. Ik heb het over de prille jaren negentig, waarin sociale media nog niet bestonden en mensen werkelijk nog thuisbleven voor een radio- of televisieprogramma. En ook: ik heb het over een tijdperk waarin haast niemand zo vrank en vrij durfde te praten als Jan Hautekiet tijdens zijn verzoekprogramma. Als je de radio aanzette, had je, nog voor Hallo Hautekiet begon, al voorpret: je wist dat Jan zijn luisteraars weer, nou ja, geregeld te zeiken zou zetten, al deed hij dat altijd met de nodige humor.

Nog voor ‘Hallo Hautekiet’ begon, had je al voorpret: je wist dat Jan zijn luisteraars weer te zeiken zou zetten, al deed hij dat altijd met de nodige humor

Verlopen

Het leven maakt soms gekke sprongen: op een dag werd ik zelf opgebeld door die Hautekiet die ik zo bewonderde. In mijn hoedanigheid als taalcolumniste van deze krant werd mij de dag voor een uitzending van Hautekiet gevraagd of ik iets kon vertellen over de verkiezing ‘Weg met dat woord’. De ochtend nadien was ik bloednerveus. Jan! Hautekiet! Die! Mij! Zou! Bellen! Wat als ik een taalfout zou maken? Om halftien was het zover, en omdat de verbinding niet goed was, vroeg Jan of ik misschien in een aquarium zat. Ik antwoordde: "Ik zal even verlopen, dan gaat het misschien beter." Jan vroeg me lachend of verlopen West-Vlaams was voor ‘ergens anders gaan staan’, en ja, dat was het inderdaad — en het ijs was gebroken.

Een paar maanden later mocht ik voorzitter worden van de Heerlijk Helder-campagne van Hautekiet, en nog een paar maanden later schreef ik samen met Jan het gelijknamige boek. Ik heb hem toen leren kennen als een van de meest aimabele aller mensen. Zelfs als hij het razend druk had, liet hij niet na te vragen hoe het met me ging toen ik vorig jaar serieus in de put zat.

Beste Jan, ik ben zo gelukkig dat je vannacht nog één keer 'Hallo Hautekiet' zult presenteren

Beste Jan, ik ben zo gelukkig dat je vannacht nog één keer Hallo Hautekiet zult presenteren, en dat zowel op Radio 1 als Studio Brussel. Leer de Vlaming weer het verschil tussen ‘plaatsvinden’ en ‘doorgaan’, wissel van gedachten met Jos Bosmans en gooi een beller lekker de ether uit met de volgende woorden:

- ‘Dag Jan, ’t is voor ’t volgende….’

- ‘Ja, voor ’t vorige zal het niet zijn, hé.’

*klik*

Maar. Maar. Maar. Janneman. Als luisteraar durven wij iets meer te vragen. Die sofa thuis of dat fietszadel buiten gaat je na een paar maanden pensioen écht wel beginnen te vervelen. Wat dacht je van elke laatste vrijdagavond van de maand Hallo Hautekiet?

Alstemblieft, Jan?