Direct naar artikelinhoud
Interview

"Niet de vluchtelingen, maar onze politici moeten in Albanese quarantaine"

Bob Pleysier, voormalig directeur van Fedasil en Klein Kasteeltje vindt dat politici én universiteiten vluchtelingen-en migratiethema met meer doortastendheid, moed en creativiteit moeten aanpakken.Beeld Filip claus

‘Opvang in de regio van herkomst’: het is de nieuwe mantra van het asieldebat. Bob Pleysier, voormalig directeur van Fedasil, verdedigt dit idee al twintig jaar en hoopt vurig dat politici én universiteiten eindelijk het niveau van de platitudes overstijgen.

‘We moeten vluchtelingen en migranten opvangen in hun regio van herkomst.’ De jongste dagen waren er weinig tv-debatten over asiel en migratie waar deze zinsnede niet werd gebezigd. Opmerkelijk: de ene keer was het Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA), de andere keer Groen-Kamerlid Kristof Calvo die ‘opvang in de regio’ als een van de korte termijnoplossingen poneerde: ook al bedoelen beide politici er heel andere dingen mee.

Maar Francken noch Calvo zijn de eersten die het idee naar voor schuiven. Bob Pleysier, voormalig directeur van Fedasil en opvangcentrum Klein Kasteeltje, was misschien wel de eerste Belg die in 1999 vond dat het niet langer te verantwoorden was dat vluchtelingen- en migranten via levensgevaarlijke routes naar Europa kwamen.

Vier jaar geleden ging Pleysier nog een stap verder en lanceerde hij de prikkelende provocatie van New Lampedusa: een nieuwe stad in Afrika waar mensen de Europese asielprocedure kunnen doorlopen. Zij die als vluchtelingen erkend worden, mogen via een spreidingsplan naar Europa, de afgewezen asielzoekers mogen in New Lampedusa blijven waar onderwijs, medische zorgen en een economie worden uitgebouwd.

In tijden van Mawda, artikel 3-heisa en dramatische schipbreuken op de Middellandse Zee wil Pleysier zijn visie nog wel eens in de discussie gooien. “Er wordt dezer dagen misschien veel over ‘opvang in de regio’ gesproken, maar ik krijg de indruk dat Theo Francken en ook de Oostenrijkse premier Sebastian Kurz het dan vooral over kampen hebben. Ik lees zelfs dat er een idee bestaat om Afrikaanse vluchtelingen en migranten naar kampen in Albanië te sturen. Het spijt me, maar alleen het woord ‘kamp’ maakt me al kregelig.”

Waarom maakt de term ‘kamp’ u kregelig?

“Omdat het leven van al die vluchtelingen in zo’n kamp de facto tot stilstand komt. Wij hebben niet het recht om tienduizenden Afrikanen in quarantaine te plaatsen en generaties te blokkeren. Als we vluchtelingen in hun eigen regio willen opvangen, moeten we geen kampen bouwen maar echte steden waar die mensen een toekomst kunnen uitbouwen. We moeten ook durven leren uit het verleden: we hebben al veel ervaring met mega-vluchtelingenkampen. In Kenia had je heel lang het Dadaab-kamp waar op een bepaald moment 400.000 voornamelijk Somalische vluchtelingen samen zaten. Gedurende meer dan tien jaar konden die mensen met hun leven geen kant uit. Het hoeft ons niet te verwonderen dat velen van hen op een bepaald moment met zware psychische problemen kampten.”

Hoe ziet New Lampedusa er uit?

“Niet als een kamp maar meer als een middelgrote centrumstad waar vluchtelingen een economisch leven kunnen uitbouwen. Mijn eerste lapidaire idee was een megapolis in het noorden van Afrika. Maar anderen zien meer heil in kleinere start-up cities. Afrika heeft voldoende grondstoffen en jonge talent om in die vluchtelingensteden, in samenwerking met Europa, economische hubs uit te bouwen. Europa moet er zich dan wel voor hoeden niet enkel in eigenbelang te handelen. Er moeten harde afspraken gemaakt worden met Afrikaanse landen. En last but not least moeten ook de vluchtelingen er wel bij varen. Dat lukt enkel als je win-win-win-situaties creëert.”

Toen u dit idee voor het eerst lanceerde, werd u afgedaan als een utopist. Wat is uw repliek daarop?

“Mijn eerste antwoord is dat ik van de ‘realisten’ in de jongste twintig jaar geen beter antwoord heb gezien. Het tweede is dat dat Europa toch wel in staat moet zijn om een ambitieus vluchtelingen- en migratieplan te formuleren. Ter vergelijking: over de steden van de toekomst durven veel denkers wél ideeën, visies en utopieën lanceren. Met resultaat: want veel steden gaan erop vooruit en worden steeds aangenamere plekken om te wonen en werken. Waarom kunnen we niet hetzelfde doen met het vluchtelingen- en migratiebeleid? Ik laat me hier vooral inspireren door Kilan Kleinschmidt, voormalig expert van de VN-vluchtelingenorganisatie. Hij lanceerde een samenwerking tussen de stad Amsterdam en het Jordaanse vluchtelingenkamp Zataari waar 80.000 Syriërs wonen: de basisgedachte was dat een succesvolle stad als Amsterdam ook heel veel expertise in huis heeft om een vluchtelingenstad uit te bouwen. Dat vind ik interessant; inspirerender dan onze rectoren die naar aanleiding van de zaak Mawda een open brief lanceren voor meer menselijkheid.”

'Theo Francken mag dan wel veel lawaai verkopen, meer dan zijn eigen asieltuintje een beetje op orde houden doet hij niet'

Hebt u een probleem met die brief van de rectoren?

“Die brief was ongetwijfeld nobel en genereus bedoeld. Maar van onze topuniversiteiten mag je toch meer verwachten. Kunnen onze academici in samenwerking met Afrikaanse collega’s geen masterplan New Lampedusa bedenken waarbij we onze economisten, architecten, taalkundigen, landbouwingenieurs, mobiliteitsexperten enzovoort inzetten om de Orbans, de Franckens en de Kurz’en van deze wereld concrete oplossingen aan te reiken?”

Omwille van de aard van het beestje, hoor je politici niet zo vaak over lange termijnoplossingen. Uzelf bent al sinds de jaren negentig met dit thema bezig. Wat zou er gebeurt zijn indien politici toen al een echte aanzet hadden gegeven tot een Marshallplan voor Afrika?

“Wel, dan waren er nu al modelsteden in Afrika waar vluchtelingen hun thuis en toekomst zouden vinden en waar mijn kleinkinderen naartoe zouden willen om daar van de nieuwe wereld te proeven. Ik hoor zelden boeiende en doortastende voorstellen van politici. Theo Francken mag dan al veel lawaai verkopen, meer dan zijn eigen asiel-tuintje een beetje op orde houden doet hij niet. Als we in deze discussie mensen in quarantaine moeten plaatsen, zijn het niet de vluchtelingen maar onze politici. Naar Albanië ermee! En ze mogen pas terug als ze met echte oplossingen komen.”