Direct naar artikelinhoud
Opinie

Wint Erdogan of niet? Dat is bijzaak

Sarah LamoteBeeld rv

Sarah Lamote (1987) studeerde journalistiek en internationale politiek (UGent). Ze verhuisde eind 2017 naar Ankara waar ze zich toelegt op literatuur en journalistiek.

Hoewel Ankara elke dag gehuld is in ontelbare rode Turkse vlaggen, is rondrijden in de stad deze dagen extra spectaculair. Boven autowegen hangen vlaggen met de hoofden van de presidentskandidaten zo groot als huizen. Aan appartementsgebouwen blokken de bewoners al weken hun zicht af door gevelbrede banners. Zondag zijn er parlements- en presidentsverkiezingen. Het fiere Turkije beslist dan over zijn politieke toekomst.

Niet alleen de straten maar ook de protagonisten van de presidentsverkiezingen zijn bijzonder kleurrijk. Muharrem Ince, een voormalig fysicaleerkracht ontpopte zich in geen tijd tot een charismatisch campagnebeest (102 verkiezingsmeetings in 48 dagen). Hoewel hij de duimen legde voor het voorzitterschap van zijn partij, slaagde hij er als presidentskandidaat in om de in slaap gevallen seculiere CHP wakker te schudden. Meral Aksener, de ‘ijzeren dame’ die in de jaren 90 even minister van Binnenlandse Zaken was, richtte vorig jaar de rechtse, nationalistische IYI partij op en valt de president aan waar het pijn doet: zijn conservatieve flank. Minder een bedreiging, maar erg belangrijk voor de uitslag is Selahattin Demirtas, de gevangengehouden leider van de linkse, pro-Koerdische HDP, die een Twitter-campagne voert vanuit de cel.

Voor het eerst in jaren lijkt Erdogan politieke tegenwind te voelen. En dit ondanks een ongelijk speelveld waarin de regerende AK-partij de media domineert. Over het nieuwe presidentiële systeem, economie en Syrië – om maar enkele te noemen – is het tweedracht troef.

Niet alleen de straten maar ook de protagonisten van de presidentsverkiezingen zijn bijzonder kleurrijk

Cok sorun

Wanneer mijn taxi langs het hoofdkwartier van de belangrijkste oppositiepartij rijdt, vraag ik taxichauffeur Ahmet op wie hij zondag zal stemmen. Hij wijst naar de straat die is versierd met duizenden enthousiast wapperende CHP-vlaggetjes. "Ince?", vraag ik. Hij haalt de schouders op. Pas nu zie ik dat niet naar de versierde straat maar naar de teller in zijn taxi wijst. "Benzin çok sorun", zegt hij. Benzine is een groot probleem. "Erdogan?", vraag ik dan. Weer die schouders. "Ekonomi çok sorun."

Ahmet is niet de enige met frustraties. Selin, een documentairemaakster bij de Turkse staatszender TRT wil opnieuw reportages maken over wat haar interesseert. "We worden gemuilkorfd. Ze hebben liever dat we niets in plaats van iets doen." Ook Atilla, een muzikant, wil opnieuw kunnen zingen en spelen wat hij wil. Tussen zijn pianostuk klinkt de stem van Aksener vanuit de laptop die op de vleugel staat. "Het moet op zoveel vlakken anders. Wie is daartoe in staat? Ik weet het niet." En dan is er nog de goedlachse Omer, eigenaar van een bedrijf en steeds strak in het pak. De val van de lira en inflatiecijfers van meer dan tien procent komen hard aan. Hij wil zijn zaak draaiende houden en het schoolgeld van zijn dochter kunnen blijven betalen. Wie goed onderwijs voor zijn kinderen wil, kiest hier resoluut voor een dure, private school. "Het wordt elke maand moeilijker." Hoewel hij me aankijkt met een brede glimlach, parelt het zweet op zijn voorhoofd.

Als je de Turken vraagt op wie ze zondag zullen stemmen, komen frustraties sneller boven dan een naam. En dan hebben we het nog niet eens over de minderheden in Turkije en hun specifieke uitdagingen. De echte hoofdrolspeler in dit verhaal is daarom niet Erdogan maar wel de diepe economische malaise. De dichtslibbende wegen in de metropolen. De bedrijven die hun schulden in buitenlandse valuta zien groeien en over kop gaan. Jongeren die zich niet gehoord voelen en perspectieven missen. Dat diep ongenoegen zal heus niet als sneeuw voor de zon verdwijnen na de verkiezingen.

De frustratie bij velen heeft maar een klein duwtje nodig om tot protesten, chaos en zelfs doden te leiden. Velen zijn er niet gerust op

Good versus bad

Toch ligt in de Nederlandstalige berichtgeving over de Turkse verkiezingen de focus vooral op de tierende hoofdpersonages. En dan voornamelijk op Erdogan. Pro en contra worden voor de camera gezet en er wordt ingezoomd op met vlaggen zwaaiende Turkse Belgen. Los van de voorspelbare discussies over taal en identiteit, was de hamvraag telkens of ze voor of tegen Erdogan zijn. Een keuze trouwens die Erdogan ook in ‘zijn media’ zo scherp stelt.

Anders wat soms blijkt uit de media, is er in de realiteit zelden sprake van een ‘good-versus-bad’-verhaal. Vaak zitten de protagonisten in hetzelfde bad en zijn het democratie, mensenrechten en de rechtstaat die als eersten over de rand vliegen. Collaterale schade van machtsgewin.

Het ongenoegen in Turkije kan op heel korte termijn de kop opsteken. Volgende week om precies te zijn.

Jammer was daarom de gemiste kans op Terzake van 19 juni, toen Ercan Tok (Be.One) en staatsecretaris Zuhal Demir (N-VA) in debat gingen. Tok liet optekenen dat in Turkije niet de democratie van België mag worden verwacht. De context is er niet naar: Turkije, nog steeds in noodtoestand, zit in oorlog met de Gülenbeweging, PKK en IS en in de buurlanden woedt er oorlog, klinkt het vaak. Maar is democratie dan een relatief begrip, afhankelijk van de context in een land? Moeten de Turken water bij de wijn doen of op hun tanden bijten omdat het moeilijk gaat? Neen. En het is net dat wat iedereen – pro en contra Erdogan – stilaan beu is. Daarop ingaan, had de kern van de zaak blootgelegd. Helaas.

Niet gerust

Het ongenoegen in Turkije kan op heel korte termijn de kop opsteken. Volgende week om precies te zijn. Want wat als de legitimiteit van de uitkomst straks in vraag wordt gesteld omwille van mogelijke verkiezingsfraude? Of wat als Erdogan of de oppositie de uitslag niet erkennen?

De frustratie bij velen heeft maar een klein duwtje nodig om tot protesten, chaos en zelfs doden te leiden. Velen zijn er niet gerust op. Atilla, de muzikant, blijft de komende dagen binnen en vermijdt het centrum. "Ik heb het gevoel dat er iets zal gebeuren." De kans op een ontspoord Turkije is geen luchtspiegeling. Wat betekent dat voor Europa dat het land het liefst ziet als handelspartner, buffer voor vluchtelingen en – als het even kan – een stabiliserende factor in een woelige regio?

Daarom: of Edogan wint of niet is niet de belangrijkste vraag. De zorgen van Ahmet, Selin, Atilla en Omer onderbelichten, wegwuiven en laten ondersneeuwen zal de ondergang betekenen van elke president. Of hij nu de almachtige Erdogan heet of niet.