Direct naar artikelinhoud
Interview

Marine investeert miljarden in nieuwe schepen maar "als Belgen zijn we nog te blind voor de zee"

Admiraal Wim Robberecht over het belang van alert zijn over wat er zich op en onder water afspeelt
Beeld BAS BOGAERTS

Terwijl een storm woedt over de opvolging van de F-16 verzekerde de Belgische marine zich, zonder deining, van de aankoop van twee nieuwe fregatten en zes mijnenbestrijdingsschepen. Waarde: 2,2 miljard euro. Admiraal Wim Robberecht, bevelvoerder van onze marine: "We realiseren ons te weinig dat onze economische welvaart in Europa voor 90 procent vervoerd wordt over de zeeën, die terug gevaarlijker worden."

Nieuwe mijnbestrijdingsvaartuigen én nieuwe fregatten. U moet op dit moment de gelukkigste commandant zijn van de Belgische Defensie?

Admiraal Wim Robberecht: “Als admiraal van de marinecomponent wel. Wij hebben het geluk dat er een goede politieke en militaire samenwerking is met Nederland, met wie we de aankoop samen coördineren. Tegenover mijn collega’s in de defensiestaf wil ik me dan weer niet onderscheiden. Ik zal maar écht gelukkig zijn als onze volledige Defensie uit de malaise komt waarin we verzeilden, want ook wij moeten op onze schepen nauw samenwerken met de land- en luchtcomponent.”

Wat voorafging

België en Nederland tekenden op 8 juni twee akkoorden waarmee ze samen zestien marineschepen aankopen voor meer dan 4 miljard euro. Het gaat telkens om zes mijnenbestrijdingsvaartuigen en twee fregatten voor elk land, met de eerste ingebruiknames in 2023. België investeert voor die acht vaartuigen samen 2,2 miljard euro. Nederland zorgt voor de fregatten en België voor de mijnenbestrijdingsvaartuigen. 

Hoe verklaart u dat deze aankoop nauwelijks deining veroorzaakt in vergelijking met de F-16-opvolger?

“De opvolging van de F-16 tekent zich af tegen andere politieke realiteiten. Wij hebben ook altijd minder aandacht gekregen dan onze piloten, wat ik wel betreur, want ook wij moeten op een kwalitatief niveau blijven om onze regeringstaken uit te voeren.”

Nederland besliste dat Damen Schelde Naval Shipbuilding (DSNS) uit Vlissingen vier fregatten zal bouwen. Wie doet wat in België?

“In Nederland pakken ze het aan als ontwikkelingstraject waarbij enkele grote firma’s vier fregatten gaan bouwen, waarvan wij er twee kopen. We kopen geen kat in een zak. Er zijn vooraf duidelijke afspraken gemaakt met de Nederlanders, aan wie wij dan zes mijnbestrijdingsvaartuigen leveren."

Loopt er een openbare aanbesteding?

"Onze regering koos voor de bouw van de mijnbestrijdingsvaartuigen voor een zogeheten ‘onderhandelingsprocedure met bekendmaking’. Alleen scheepswerven die aan bepaalde kwaliteitscriteria voldoen krijgen dan het lastenboek, in tegenstelling tot een openbare aanbesteding waarbij gelijk wie in Europa in een procedure mag stappen. Nu blijven er nog vier consortia over (zie inzet onderaan). Ze krijgen tot na de zomer om een ‘best and final offer’ in te dienen, waarna de evaluatie volgt. Tegen het einde van het jaar beslist de ministerraad over de gunning.”

'We kopen geen kat in een zak'
Admiraal Wim Robberecht

Nederland verzekerde zich al van economische terugverdieneffecten. Hoe zit dat bij ons?

“Europa laat economische compensaties niet meer toe maar  de FOD Economie zal de regering per offerte wel een advies geven. Het is in elk geval niet zo dat we hier geen economisch voordeel zullen hebben als we samen met een buitenlandse werf schepen gaan bouwen. De hoogwaardige afwerking van schepen kan perfect nog in België gebeuren.”

U hebt 600 nieuwe manschappen nodig over vier jaar. Vindt u ze nog, nu Defensie de voorbije jaren negatief in het nieuws kwam omwille van besparingen?

“Personeelstekort bezorgt niet alleen ons maar de hele Defensie een kater. Het kader officieren en onderofficieren van onze babyboomgeneratie, die begon in een 100.000 man tellend leger met dienstplichtigen, zal de komende jaren vertrekken. Iedereen vervangen wordt een gi-gan-tische uitdaging.

"Op maritiem vlak is ons specifiek probleem wat ik ‘sea blindness’ noem. Als Belgen zijn we nog te blind voor de zee. Eens wij met onze schepen de haven uitvaren beseffen slechts weinig mensen wat wij allemaal kunnen doen, en dat maakt het ook moeilijker om personeel aan te trekken.”

Admiraal Wim Robberecht: 'Ik zal maar écht gelukkig zijn als onze volledige Defensie uit de malaise komt waarin we verzeilden.'Beeld BAS BOGAERTS

Waarom zijn mijnenbestrijdingsvaartuigen nog belangrijk?

“Het verleden blijft ons nog een tijd achtervolgen. Soms liggen mijnen uit de Tweede Wereldoorlog op een verdomd slechte plaats. Als in Vlissingen een mijn wordt gevonden, stremt het scheepvaartverkeer voor de haven van Antwerpen. De economische gevolgen van zo’n blokkades zijn niet te onderschatten. Tegelijk blijft ook in de toekomst het bemijnen van zeeën om anderen toegang te ontzeggen een beproefde tactiek. Om ze op te sporen gaan we nu wel nieuwe technologieën inzetten, zoals drones.”

Is de Belgisch-Nederlandse marinesamenwerking volgens u ook het toekomstmodel voor de Europese defensie?

“De Belgisch-Nederlandse samenwerking is meer dan twintig jaar gegroeid. Uit elkaar drijven is nu niet meer mogelijk. We delen het commando en kunnen opleidingen en bemanningen uitwisselen. Als we dit op grotere Europese schaal willen doen zijn er wel hindernissen. Je kunt niet alles van een kleinschalige samenwerking zomaar uitvergroten, omwille van de taal- en geografische verschillen. Regionale clusters, wat wij nu doen, zijn wel mogelijk.”

Antwerpen en Rotterdam zijn wereldhavens én economische concurrenten. Wat doe je als beide havens de gedeelde marine nodig hebben en er zijn door omstandigheden te weinig middelen beschikbaar?

“Dat is een goed voorbeeld waarom je jezelf als land niét te véél mag specialiseren. Leg niet al je troeven in een ander land want dan kom je tot het moeilijke antwoord op uw vraag. We hebben allebei een koopvaardijvloot in de top 20 van de wereld. Om die te beschermen moeten we elk over specifieke zeestrijdkrachten blijven beschikken.”

Admiraal Wim Robberecht: 'We hebben een koopvaardijvloot in de top 20 van de wereld. Om die te beschermen moet je wel over eigen zeestrijdkrachten beschikken'.Beeld BAS BOGAERTS

Deelt u de vrees van Jonathan Holslag dat ‘Europa de controle over zijn nabije zeeën’ verliest, met als voorbeeld de maritieme poort tussen Indische Oceaan en de Middellandse Zee waar een economische rivaal als China onze koopvaardij moet beschermen?

“Ik steun zijn mening volledig. Het is een trend. Ook daar komt onze zeeblindheid terug naar voor. Mensen realiseren zich niet dat onze welvaart in Europa voor 90 procent (externe handel) vervoerd wordt over zee.

"De wijze waarop je je koopvaardijlijnen kunt beschermen is cruciaal. Zo zitten onze middelen die we vier jaar lang aanwezig hadden in de Indische Oceaan nu plots in de Middellandse Zee (omwille van bootvluchtelingen, Syrië en Rusland). In de Indische Oceaan doen we nu nog wel aan een beetje symptoombestrijding tegen piraterij maar strategisch zijn we er niet meer. We trokken ons terug in de Middellandse Zee en hebben er minder impact op wat China en Rusland uitvoeren.”

'Als Europa zijn zeestrijdkracht niet opnieuw uitbouwt, zullen anderen zich assertiever opstellen. Onze stok achter de deur wordt dan een stokje'
Wim Robberecht, admiraal Belgische marine

Lees ook "We moeten allemaal strijders worden": waarom Jonathan Holslag bij het leger gaat

Tegen 2030 zal China zo'n 450 grote oorlogsbodems hebben, de VS rond de 350 grote marineschepen; de EU samen iets meer dan 160... meer dan 40 minder dan nu. Wat betekent dit voor onze slagkracht?

Numbers do matter, vertellen ook collega-admiraals mij. Elk defensieapparaat is een instrument voor buitenlands en economisch beleid, dat gelinkt is aan onze welvaart. Het helpt om strategisch mee te praten in de wereld. Europa kan momenteel zijn Europees veiligheidsbeleid niet laten rijmen met zijn economisch gewicht. De politiek zal moeten nadenken hoe ze daarop een antwoord biedt.

"Als wij onze marines niet opnieuw uitbouwen zullen anderen zich assertiever opstellen. Onze stok achter de deur wordt dan een stokje. Daarom schreven zowel de EU als de NAVO een nieuwe maritieme strategie. Nu moet men daar ook naar handelen.”

Admiraal Wim Robberecht: 'Dicht bij elkaar varen, schaduwen, wat jennen,… is op zee van alle tijden. Zo varen de Russen nu weer assertief door het Kanaal.'Beeld BAS BOGAERTS

Vreest u een incident tussen de grootmachten?

“Dicht bij elkaar varen, schaduwen, wat jennen,… is op zee van alle tijden. Zo varen de Russen nu opnieuw assertief door het Kanaal. Toch denk ik dat aan alle zijden de nodige professionaliteit aanwezig is opdat niemand de confrontatiekoers laat ontaarden in een escalatie.”

Blijven ook milities een bedreiging vormen?

“Zeer zeker. De onberekenbaarheid van milities, terroristen of piraten blijft groot, vooral in de buurt van conflictgebieden. Ook voor piraterij vrezen we een heropflakkering aan de oostkust van Afrika als we onze middelen weghalen. Het businessmodel van Somalië inspireerde ook West-Afrika. Van Ivoorkust over Benin naar Congo is zeeroverij nu ook een probleem. Dat proberen we te verhelpen door er lokale zeemachten op te leiden.”

Hoe ziet u de rol van de marine tegenover bootvluchtelingen enerzijds en mensensmokkelbendes in de Middellandse Zee anderzijds?

“In de Middellandse Zee blijven wij het instrument van de Europese politici. Bij de EU-operatie Sophia stelden we vast dat we helaas niet efficiënt genoeg konden zijn omdat er geen politiek mandaat was om actief te zijn in de Libische territoriale wateren. De les die ik daaruit trok is dat een militair fregat niet het juiste middel is om in te zetten te midden van pure migratiestromen op zee, al doen wij uiteraard onze plicht om mensenlevens te redden op zee.

“Bij de NAVO-operatie Sea Guardian in de Middellandse Zee kunnen wij met onze ervaring nuttiger dingen doen, omdat we mensen- en wapensmokkelnetwerken in kaart brengen die men dan aan land kan aanpakken. Nog een voordeel van deze NAVO-operatie is dat onze schepen dan ook militaire taken kunnen trainen, zoals onderzeebootbestrijding.”

'Bij EU-operatie Sophia in de Middellandse Zee kan de marine niet efficiënt werken omdat er geen mandaat is om actief te zijn in de Libische territoriale wateren'
Admiraal Wim Robberecht, Belgische marine

Worden onderzeeërs een grotere dreiging?

“De Russen hadden en hebben grote aantallen duikboten. Ook in Azië groeit hun aantal snel. In het defensiebeleid van de NAVO en de EU moet dit de passende aandacht krijgen. Onder water blijven er veel clandestiene operaties plaatsvinden. Zo staan we er nog te weinig stil bij dat alle kabels voor ons internet op de zeebodem liggen. Naties met duikboten brengen dat al twintig jaar lang clandestien in kaart. We moeten meer dan ooit assertief kijken wie er zich in onze wateren bevindt. Heus niet alleen maar vissers varen daar langs. In onze exclusieve economische zone mogen schepen ook stationair voor anker liggen. Soms moeten we de vraag stellen: wat doen die daar?”

Zegt u nu: vijandige schepen zijn ook al onze onderwaterkabels komen bespioneren?

“Daar kan ik niet in detail op ingaan. Maar waar wij onderwaterkabels in kaart brengen om te verhinderen dat schepen met ankers ze kunnen beschadigen doen anderen dat met als doel om, in geval van conflict, ze te kunnen vernietigen. Waakzaamheid blijft op zijn plaats.”

'Onder water blijven er veel clandestiene operaties plaatsvinden, zo staan we er nog te weinig stil bij dat alle kabels voor ons internet op de zeebodem liggen'
Admiraal Wim Robberecht

Heeft Belgie straks onderzeeboten nodig, zoals Nederland er al laat bouwen?

“Als we het ons kunnen veroorloven? Waarom niet, zeg ik vanuit mijn maritieme ervaring. Budgetten en personeel vinden is dan wel een paar ander mouwen. Maar toch, ik heb vorige week alvast nog eens de film Das Boot herbekeken. Dat blijft je een goed inlevingsvermogen geven wat er zich in de toekomst allemaal onder water kan afspelen.”

Dit weekend vinden in de Haven van Zeebrugge de NAVY DAYS van Defensie plaats. Er kunnen marineschepen uit binnen- en buitenland bezocht worden.

Nog vier Europese consortia ‘onderhandelen’ over miljardencontract voor mijnbestrijdingsschepen

Nog vier consortia dingen mee naar het lucratieve contract om de mijnbestrijdingsschepen te bouwen, dat België in handen nam. Dat vernam De Morgen.

Een joint venture van de Nederlandse scheepswerf DAMEN Schelde en het Belgische IMTECH; de Franse NAVAL Group; het Belgisch-Franse consortium NAVAL Sea Solutions en het Zweedse SAAB Kockums AB maken vanaf nu hun finale offertes op.

In tegenstelling tot de keuze voor de F-16-opvolger wordt er rechtstreeks met de bedrijven onderhandeld en niet met exportagentschappen. Er is ook niet gekozen om een openbare aanbesteding uit te schrijven maar voor een ‘onderhandelde procedure met bekendmaking’, die sneller werkt maar wel minder transparant is.

Volgens het kabinet van defensieminister Steven Vandeput (N-VA) is deze aanpak niet uitzonderlijk. "Binnen de opties die de wet toelaat werd gekozen voor een onderhandelingsprocedure – met akkoord van Inspecteur van Financiën en de ministerraad”, zegt woordvoerster Laurence Mortier. “Dit laat toe rekening te houden met tegenvoorstellen van de constructeurs en omgekeerd. Zo kan men voor de marines tot de meest geavanceerde oplossing komen binnen de limieten van de begroting, die in België en Nederland al werd goedgekeurd.”