Direct naar artikelinhoud
Opinie

Wat we in geen geval mogen doen, is luisteren naar gevaarlijke utopisten en activisten als Leo Lucassen

Geredde migranten in de haven van het Spaanse Tarifa.Beeld REUTERS

Koen Tanghe is postdoctoraal onderzoeker in de geschiedenis en de filosofie van de levenswetenschappen (UGent).

Het was bijna een fait divers: vorige week  kregen we te horen dat bij een nieuwe schipbreuk op de Middellandse Zee de lijkjes van drie baby’s gevonden werden. Daarnaast verdronken ook nog eens 3 kinderen en 10 tot 15 vrouwen. Honderd schipbreukelingen zijn vermist. Uitgerekend diezelfde dag kwam een breed lachende Leo Lucassen ons vertellen dat er geen sprake is van een migratiecrisis. Dat is op zijn zachtst gezegd een onfortuinlijke uitspraak: ons vluchtelingensysteem is de jongste decennia wel degelijk uitgegroeid tot een regelrechte, humanitaire ramp. Want dit soort gemediatiseerde schipbreuken vormen maar het topje van de ijsberg: vele duizenden vluchtelingen en migranten ondergaan een vergelijkbaar, vreselijk lot op weg naar Europa. Een dergelijk systeem tolereren is, hoe je het ook draait of keert, volslagen immoreel.

Koen Tanghe.Beeld RV

Het is niet omdat sommige mensen gegronde redenen hebben om op de vlucht te slaan, dat we ze moeten verplichten om hun leven op het spel te zetten, hun lot te verbinden aan een gewetenloze mensensmokkelmaffia en daarbij, naar hun normen, bovendien ook nog eens een klein fortuin te spenderen. Een asielaanvraag moet kunnen in het land of de regio van oorsprong, in een door de VN of de EU georganiseerd centrum. Daar kan die aanvraag bovendien ook het best beoordeeld worden. Wat dit betreft vormen de ontschepingsplatformen waarin tijdens de jongste EU-top over migratie voorzien werd, slechts een schamel doekje voor het bloeden. Eens goedgekeurd, moeten vluchtelingen vervolgens via een legale en veilige route vervoerd worden naar een opvangland.

Welk werk?

Lucassen heeft wel gelijk dat de gestage komst van vluchtelingen en migranten nog lang geen ramp inhoudt voor Europa. Dat betekent echter zeker niet dat ze niet problematisch is. Of dat ze niet kan uitgroeien tot een regelrechte ramp. De combinatie van een soms met ‘zelfdoding’ vergeleken bevolkingsexplosie in Afrika en een opwarmend klimaat dat bepaalde delen van dat continent onbewoonbaar dreigt te maken, voorspelt in dit verband weinig goeds. Maar dat toekomstscenario ziet Lucassen gemakkelijkheidshalve over het hoofd. Hij wil de grenzen zelfs helemaal opengooien, in combinatie met een trapsgewijze toegang tot de sociale zekerheid voor migranten. We zouden er daarbij moeten voor zorgen dat die miljoenen migranten “snel aan het werk kunnen.” Welk werk, mijnheer Lucassen? De kranten berichten bovendien nu al met de regelmaat van een klok over problemen met (trans)migranten en over talloze fricties met onvoldoende geïntegreerde mensen van vreemde afkomst. Om nog niet te spreken over jihadistische aanslagen en moorden door afgewezen asielzoekers.

De vervelende realiteit is dat de frase ‘multiculturele samenleving’ een misleidend eufemisme is voor een vervaarlijk ‘verbrokkelende maatschappij’

Wat dat terrorisme betreft, bespeurt Lucassen een verbetering. Die is er natuurlijk ook: de aanslagen waren minder gesofisticeerd en er vielen minder doden. Toch steeg het aantal jihadistische aanslagen van 13 in 2016 tot 33 in 2017. Ze waren bovendien verantwoordelijk voor bijna alle dodelijke slachtoffers van terroristisch geweld (62 van de 68). Voor elke aanslag die de tabellen haalt, is er daarnaast ook nog eens een veelvoud aan verhinderde aanslagen. Ze kunnen geïnterpreteerd worden als een heikel symptoom van een meer fundamenteel probleem: het failliet van de zogenaamde multiculturele samenleving. Iets wat zelfs Frau Merkel een aantal jaren geleden toegaf. Daarin prompt gevolgd door onder meer toenmalig premier Yves Leterme. De naakte en vervelende realiteit is dat de frase ‘multiculturele samenleving’ een misleidend en schier orwelliaans eufemisme is voor een vervaarlijk ‘verbrokkelende maatschappij’.

Quota

Europa kan en moet het gewicht van de wereld niet dragen: je zou het het non-Atlas-principe kunnen noemen. Dat doet het natuurlijk ook niet. We stellen onze grenzen open voor vluchtelingen omdat we zeventig jaar geleden zelf met veel Europese vluchtelingen geconfronteerd werden, maar doen verder relatief weinig aan de wijdverspreide en rijkgeschakeerde menselijke ellende in de wereld, iets wat als etnocentrisch of zelfs neokolonialistisch omschreven kan worden. En wat die vluchtelingen betreft, laten we, hopeloos hypocriet als we zijn, het vuile werk opknappen door woestijnen, bergketens en zeeën. Dat moet dus veranderen. 

We moeten het non-Atlas-principe op een andere manier toepassen op de vluchtelingenproblematiek. Bijvoorbeeld door met quota te werken, door groepen mensen die op de vlucht zijn voor oorlogen enkel lokaal op te vangen en/of door tijdelijke vluchtelingenstatuten toe te kennen. Wat we in geen geval mogen doen, is luisteren naar gevaarlijke utopisten en activisten als Lucassen. Want in dat geval wordt Europa onherroepelijk verder in de armen van (extreem)rechts gedreven.