Direct naar artikelinhoud
Misdaad

‘Fraudeurs breken de regels op het werk, maar ook in privésferen’

Themabeeld.Beeld ANP XTRA

Zoveel als we weten over de doorsnee crimineel (slechte jeugd, weinig zelfcontrole, armoede) zo weinig weten we van fraudeurs. Wat bezielt een boekhouder, bankier of bestuurder om geld achterover te drukken, facturen te vervalsen of drugsgeld wit te wassen? Psycholoog en criminologisch onderzoeker Joost van Onna verzamelde gegevens van 644 witteboordencriminelen en sprak 26 veroordeelde fraudeurs voor zijn promotieonderzoek Vervagende grenzen. ‘Fraudeurs voelen minder binding met de maatschappij.’

Waarom weten we zo weinig over de achtergronden en motieven van fraudeurs?

‘De wittenboordencriminologie doet vooral onderzoek naar de omstandigheden binnen bedrijven en economische sectoren die fraude mogelijk maken. Denk aan een slechte bedrijfscultuur of onvoldoende toezicht. Naar de persoonlijke factoren wordt nauwelijks gekeken. Wat we weten is dat er sociaal en economisch niets bijzonders met ze aan de hand is. Ze lijken ook niet echt persoonlijke problemen te hebben en het zijn overwegend volwassenen. Maar de vraag wat hun achtergronden, denkbeelden en motieven zijn, blijft al decennia hangen.’

Blijkbaar gaat men ervan uit dat de gelegenheid de dief maakt.

‘Ja, en dat is ook een belangrijke verklaring. Maar het verklaart niet waarom de meeste bankiers, ondernemers, bestuurders en boekhouders niet over de schreef gaan en sommige anderen wel. Deze studie laat zien dat de meeste fraudeurs pas beginnen met hun criminele activiteiten na grote veranderingen in hun leven, zoals een scheiding, de dood van een geliefd iemand of een overrompelend zakelijk succes. Dat soort ervaringen kunnen de band met de directe omgeving en de maatschappij verzwakken waardoor ze meer ruimte voelen om maatschappelijke regels te overtreden.’

'De meeste fraudeurs beginnen pas met criminele activiteiten na grote veranderingen in hun leven'
Joost van Onna

Leidt rijkdom, macht en status er niet sowieso toe dat je je minder hoeft te verhouden tot je omgeving?

‘Daar zijn wel theorieën over, ja. Door status en macht voel je je minder afhankelijk van anderen, heb je minder de neiging je wat aan te trekken van je omgeving. In mijn gesprekken met fraudeurs zag ik dat ook voorbij komen. Sommigen waren door hun enorme zakelijke succes naast hun schoenen gaan lopen en op die manier van het pad geraakt. In die zin is zakelijk succes ook een levensgebeurtenis die je band met de samenleving kan aantasten. Net zo goed als een faillissement. Of in een bedrijfscultuur terechtkomen waar men het niet zo nauw neemt met de regels. Of de dood van een vaderfiguur.’

Fungeren morele overwegingen niet als een rem?

‘Veel fraudeurs hebben al langere tijd minder boodschap aan normen en waarden. Ze overtraden eerder regels of zochten eerder risicovolle situaties op. En de fraudeurs die wel gezagsgetrouw zijn, ontwikkelen denkpatronen om hun gedrag goed te praten. Ik herinner mij een jonge ondernemer die ik in de gevangenis sprak en die vertelde dat hij fraude ging plegen nadat hij in de financiële problemen kwam. Op de vraag waarom hij de fout in was gegaan zei hij: ‘Ik vind regels superbelangrijk, maar toen ik mezelf moest redden en mijn klanten moest behouden, ging dat voor alles.’

Uw studie laat zien dat witteboordencriminelen ook buiten het werk een lossere moraal hebben.

‘Ja. In vergelijking met een controle-groep zie je dat fraudeurs niet alleen minder stabiele banden hebben met hun omgeving, maar ook dat ze vaker verkeersregels overtreden en in de privésfeer frauderen met de inkomstenbelasting. Het zijn dus lang niet altijd one-shot offenders, zoals vaak wordt gedacht.’

'Het zijn lang niet altijd one-shot offenders, zoals vaak wordt gedacht'
Joost van Onna

Wat betekent dit voor de preventie en opsporing?

‘Mijn aanbeveling zou zijn om witte boorden niet alleen bij sollicitaties te vragen naar hun maatschappelijke betrokkenheid en morele opvattingen, maar dat ook tussentijds te blijven doen. Een aanbeveling is ook om fraudeurs die hun straf uitzitten, te helpen hun band met de samenleving te versterken of te herstellen, zeker als de familie niets meer met de fraudeur te maken wil hebben.’

Joost van Onna.Beeld RV