Direct naar artikelinhoud
Rock Werchter

Hoe Werchter erin slaagt Sportpaleis en stadsfestival in één te zijn

Hoe Werchter erin slaagt Sportpaleis en stadsfestival in één te zijn
Beeld Illias Teirlinck

Rock Werchter gaat dit jaar in elegante spreidstand. The Barn wordt opgerekt tot een in tentvorm gegoten Sportpaleis, terwijl The Slope je het gevoel geeft dat je op een charmant stadsfestival verzeild bent geraakt. Dat beide formules aanslaan bij het publiek, geeft aan dat elk mega-evenement liefst inzet op kleinschalig avontuur én episch entertainment.

“Zalig… eindelijk scháduw,” verzucht de negentienjarige Tine, terwijl ze zich in de lommerte van de bar aanschurkt tegen haar vriendin. Dat ze voortdurend vlokken bierschuim op haar zomerjurkje onderschept aan de nagelnieuwe The Slope neemt ze er voor lief bij. Schaduw is luxewaar op dit ogenblik. Ze geeft schroomvallig toe Werchter-maagd te zijn, maar wel als barmeid op een klein Limburgs festival te werken. Ze was eerlijk gezegd een beetje schuw voor een onpersoonlijk massa-evenement als Werchter. Maar die vrees blijkt dit jaar ongegrond. Wie houdt van ontdekking én braderie zit alleszins gebeiteld bij The Slope, waar ambitieuze debutanten hun vuurdoop beleven.

Het decor voelt aan als een dorpsfeest op Rock Werchter, maar is tegelijk ook grootser opgezet. Aan de achterzijde van het podium klim je een grasgroene ramp op waar het volgens Lena (17) zalig zonnen is, maar waar je ook de concerten op de Main Stage kunt meepikken. “Ik denk niet dat ik dit weekend meer dan een kilometer per dag afleg,” lacht ze. “Ik wil zowel de belangrijkste concerten meepikken als iets nieuws zien. Dit is geweldig. Bovendien kun je onder The Slope ook even schuilen voor de zon.”

'Ik wil zowel de belangrijkste concerten meepikken als iets nieuws zien. Dit is geweldig'
Lena (17)

Moordend

The sun is shining, people are having a good time,” zegt Tom Grennan met een brede grijns wanneer hij op The Slope speelt. De koperen ploert die een loden hitte afgeeft, is moordend. Zélfs tegen valavond. Maar onder het podium kun je een zonneslag nog even afzweren. In het stalen buizengeraamte onderaan lijkt tijdens de middag zelfs een nieuwe mogendheid opgericht. Alle tafeltjes onder het podium worden drukbevolkt, en tegen de wanden liggen festivalgangers en masse te luilakken. 

Moordend
Beeld Illias Teirlinck

Iris (17) is vooral onder de indruk van de inrichting. “Ik ga volgend jaar marketing studeren, en ben volgens mijn vrienden een detailfreak. Op dat vlak vind ik Rock Werchter de slimste van de klas. Ik zit nu op een bankje in mosgroen gras, onder groene ledverlichting en ik heb het idee dat ik in de natuur zit, terwijl ik wéét dat het niet zo is. Die mindfuck is goddelijk. Dit is het eerste jaar dat ik op Rock Werchter kom en het gevoel heb dat ik op Tomorrowland zit. Maar dan met betere muziek (lacht).”

'Ik heb het idee dat ik in de natuur zit, terwijl ik wéét dat het niet zo is. Die mindfuck is goddelijk'
Iris (17)

Een kilometer lichtjes

Aan de andere kant van het spectrum bevindt zich The Barn. Die werd al in 2015 opgevat als een concertzaal op de wei van Werchter. Maar deze editie is de capaciteit opgetrokken tot Sportpaleis-niveau. Er is 1.150 vierkante meter bijgekomen waardoor The Barn uitgroeide tot 6.900 m²: 115 meter lang, 60 meter breed en 19 meter hoog. En voor de cijferfetisjisten: er slingert zo’n kilometer aan lichtjes in de nok, terwijl de afzuiging van warme lucht in The Barn voldoende krachtig is om 200.000 kubieke meter lucht per uur te verversen. 

The Barn.Beeld Illias Teirlinck

“Ik weet niet wat die cijfers betekenen,” grinnikt een fan die buitenkomt bij het volzette (!) Black Rebel Motor Cycle Club dat rond vijf uur de tent in lichterlaaie zet. “Maar ik kom eigenlijk liever hier dan in dat godverdomde Sportpaleis. Fuck de cijfers. Leve De Schuer!”

Black Rebel Motorcycle Club zet The Barn in lichterlaaie.Beeld Illias Teirlinck

Binnenin staan twee lange tribunes langszij voor de gezapige festivalgangers, maar wanneer de tent volzet is, kun je buiten The Barn net zo goed het concert beleven op een tribune voor een groot scherm. “Ik ben ongelooflijk kwaad op mezelf dat ik te laat naar binnen ben gegaan,” zegt Yves (25). “Maar eigenlijk is dit ook best. Ik kan makkelijk naar de bar trekken, en op mijn gemak het concert zien. Of je een festival in levende lijve moet zien? Tja… Misschien wel. Maar ik kom hier gewoon om plezier te beleven. Als je de Rode Duivels op het scherm ziet, leef je toch ook mee? Is er écht een verschil?”