Fonds voor Medische Ongevallen flopt over de hele lijn, minister De Block grijpt in

© BSIP

Het overheidsfonds voor medische ongevallen blijkt na vijf jaar een flop. Minister Maggie De Block (Open VLD) beval een audit om uit te zoeken wat er fout loopt.

Simon Grymonprez

Yvonne ondergaat een standaardoperatie aan de milt wegens een tekort aan bloedplaatjes. Een derdejaarsassistent maakt een fout, waardoor de aorta wordt geperforeerd. De 38-jarige vrouw overlijdt. Of: de 52-jarige Sarah ondergaat een endoscopisch onderzoek van de dikke darm wegens aanhoudende waterige diarree. Ze wordt wakker, maar zonder gevoel in armen en benen. Ze heeft het gevoel te stikken en verliest het bewustzijn. Hoewel het gevoel in armen en benen later terugkeert, lijdt ze aan blijvende angstaanvallen en nachtmerries.

Grote gevolgen na schijnbaar routineoperaties zijn het schrikbeeld van iedere patiënt én zorgverstrekker. Wie vóór 2010 het slachtoffer was van een medisch ongeval, moest steevast naar de rechtbank voor een vergoeding. Door de wet op medische ongevallen werd een fonds in het leven geroepen als laagdrempelig, snel en gratis alternatief: binnen de zes maanden moest het een advies over het ongeval verlenen. Bovendien kon het Fonds voor Medische Ongevallen (FMO) een vergoeding uitkeren bij ‘abnormaal’ en ernstige schade waar niemand voor verantwoordelijk kon worden gesteld. De verhalen van Yvonne en Sarah zijn niet fictief, maar publiek en geanonimiseerd beschikbaar op de website van het Fonds.

Een flop

Het FMO heeft de hoge verwachtingen nooit waargemaakt, onder meer door een duur en mislukt ICT-project, onderbemanning, te weinig competent personeel en een groot probleem met het vinden van medische experts. Het Fonds bouwde een gigantische achterstand op, waardoor dossiers jarenlang aansleepten, soms zelf even lang als bij de rechtbank.

Het FMO is na vijf jaar een flop en blijft zo hét zorgenkind van het Riziv. In 2013 dienden nog 1.102 mensen een dossier in bij het Fonds. Voor het vierde jaar op rij daalt het aantal ingediende dossiers. Dat blijkt uit documenten die De Standaard kon inkijken via de wet openbaarheid van bestuur. In 2017 werden ‘slechts’ 507 dossiers ingediend. Doelstellingen om de achterstand weg te werken, worden nooit gehaald. Er zijn nog steeds 43 actieve dossiers uit 2012 en 244 uit 2013.

Enorme belasting

De malaise bij het Fonds krijgt nu ook serieuze gevolgen. Uit interne documenten blijkt dat, indien de ziekenfondsen vermoeden dat er iemand verantwoordelijk is voor het ongeval, ze soms toch liever meteen naar de rechtbank stappen. Een van de redenen? ‘De termijnen bij het Fonds zijn langer dan bij de rechtbank.’

Zowel de Christelijke als Socialistische Mutualiteiten bevestigen dat ze steeds minder dossiers indienen bij het Fonds als er een vermoeden is van aansprakelijkheid. In die gevallen blijkt het Fonds gewoon tandeloos, want de verzekeraars hoeven zich niet te houden aan de vraag om een vergoeding. Als de verzekeraar dat weigert, geeft het Fonds alleen een schadevergoeding als de schade van het ongeval ‘ernstig’ genoeg is. Is de schade niet voldoende ernstig, dan moet je als slachtoffer alsnog naar de rechtbank als je een vergoeding wil. In dat geval riskeer je dus een tweede, lange en uitputtende procedure.

FMO-Directeur Mia Honinckx erkent de situatie: ‘Het klopt dat er verzekeraars zijn die gewoon niet betalen.’ Volgens de ziekenfondsen gebeurt dat bij de meeste dossiers. Wauthier Robyns van de verzekeringskoepel Assuralia zegt in een reactie dat de verzekeraars er geen baat bij hebben de procedure nodeloos te rekken, maar geeft wel aan dat er een ‘grijze zone’ bestaat waarin de aansprakelijkheid onduidelijk is. ‘De verzekeraars staan natuurlijk achter hun verzekerde. In dat geval zeggen we: overtuig ons. Dat moet via de rechtbank.’

Minister De Block beval een audit

Bevoegd minister Maggie De Block (Open VLD) laat bij monde van haar woordvoerder weten dat ‘ze zich bewust zijn van het niet-optimaal functioneren van het FMO. Daarom hebben we ook midden 2017 sterk aangedrongen op enkele hervormingen’. Volgens De Block zitten er enkele aanwervingen in een stroomversnelling en wordt nu sneller gekeken naar ernstige dossiers. ‘Het Fonds heeft een lange en gebrekkige werking gehad. Wij willen er structureel iets aan doen, maar dat gaat niet zonder slag of stoot.’

Toch lijkt ook De Block genoeg te hebben van de malaise bij het Fonds: ze beval een audit om het door te lichten. Vorige maand startte een auditor van Delta Consulting gesprekken met medewerkers van het Fonds om ‘de processen binnen het Fonds te analyseren en voorstellen te doen voor verbetering’. De resultaten worden verwacht in september.