Belgen na uitschakeling individueel koningsnummer 100m vrij: “Aflossing is belangrijker” - Louis Croenen: “Deze namiddag nog iets rapper”

Voor Aerents een afknapper na zijn sterke prestatie op de aflossing een dag eerder. “Ik voelde me wel goed hersteld van gisteren, maar ik ben toen wel heel diep gegaan met een goeie tijd eraan gekoppeld. Dat kan deels verklaren waarom het nu wat minder was. Ik zwom ook in baan nul en lag totaal niet in de race. Op de weg terug ademde ik van de andere zwemmers en kreeg ik niets mee van de wedstrijd. Misschien had ik anders competitiever kunnen zijn. Het is nog een opsteker dat ik onder de vijftig seconden bleef en ik viel op het einde ook niet plat als een steen, maar het was niet de tijd die ik voor ogen had.”

Maar Aerents verdient wel een compliment voor zijn prestatie in de aflossing waarin hij in de buurt kwam van zijn olympisch niveau. “Dat was ook mijn doel op dit EK, en daarin heb ik het goed gedaan. De aflossing is voor mij het belangrijkste. Daar zet ik het meest op in voor de toekomst. Ik heb daar toch twee olympische finales in gezwommen.”

Vanluchene was er het hart van in dat hij boven de vijftig seconden bleef. “Het is eigenlijk een schande, ik denk dat ik straks nog traantjes ga laten”, zei hij op Sporza. “Ik heb er weinig woorden voor. Ik ben het goede gevoel kwijtgeraakt tijdens de wedstrijd. Ik weet dat ik sneller kan en een halve finale waard ben.”

Valentin Borisavljevic (21) zwemt zijn eerste EK en bleef enkele tienden onder zijn besttijd waarmee hij zich voor dit EK geplaatst had. “Ik wou weer onder de vijftig duiken, maar dat is net niet gelukt. Ik ben trots dat ik op dit EK ben, maar ook teleurgesteld want je wil altijd wat beter doen. Mijn race was niet slecht, maar technisch zijn er nog veel dingen waar ik aan moet werken om te verbeteren.”

Louis Croenen hoopt zich op dit EK weer in de kijker te zwemmen. Met de achtste tijd (1:57.11) in de reeksen van de 200m vlinder – uitgezuiverd naar de zesde plek door het wegvallen van twee Hongaren – nam Croenen een gezwinde start. Vanavond wil hij onder de 1:57 duiken om een finale te zwemmen: voor zijn status een must om het EK geslaagd te noemen.

Croenen had nog duidelijk marge bij de reeksen. “Ik ben wat traag gestart, maar daarna kwam ik beter in mijn slag. De tweede honderd meter heb ik kunnen doorduwen. We moeten eerlijk zijn: er zou al iets heel fout moeten gaan om er niet bij te zijn voor de halve finales. Rapper dan dit moest het niet zijn, dat zal het straks wel moeten zijn.”

In de halve finale (18u40 Belgische tijd) wil Croenen onder de 1:57 duiken. Hij acht dat nodig om bij de topacht te zijn. “Als ik nu de tijden bekijk, zijn er vijf veel sneller en is er na mij ook een gat. Maar het is altijd moeilijk te voorspellen. Het maakt mij niet uit of ik als eerste of als achtste doorga, maar ik wil er wel bij zijn. Ik mag ook niet te relaxed zijn. Ik heb vooral de indruk dat dit nummer in de de breedte sterker is. Er zijn er nu toch al een stuk of vijf die onder de 1:56 gezwommen hebben, vier jaar geleden had je een medaille met 1:55.9. De trend is nu eenmaal dat het steeds sneller gaat.”

En daar is de 18-jarge Hongaar Kristof Milak een voorbeeld van. We mogen hem nu al opschrijven als de man die goud gaat pakken op dit EK. Een nieuw fenomeen. In de reeksen van de 200m vlinder liet hij de rest al een poepje ruiken met een tijd van 1:54.17. “Daar zal niemand aankunnen”, zegt Rik Valcke, trainer van Croenen. “Hij heeft van in het begin duidelijk gemaakt dat goud voor hem zal zijn. Maar vanaf de derde plek is het spannender.” Ook Croenen ziet Milak als buiten categorie. “Ik kende hem niet zo goed, omdat hij van de jeugd overkomt. Maar als je hem ziet zwemmen, ziet dat er redelijk indrukwekkend uit. En hij is niet alleen goed in de vlinderslag. Hij kan ook de vrije slag, de wisselslag en het maakt niet uit of het de 100m, 200m of 400m is.” Met die polyvalentie lijkt hij wel Phelps-achtig. “Het is altijd moeilijk te vergelijken, maar hij zal er niet ver van zitten”, zegt Croenen: “Milak zal ook in de Spelen van Tokio al medailles willen halen.”

Sowieso zijn de Hongaren sterk vertegenwoordigd in de vlinderslag op dit nummer. Liefst vier van de vijf beste resultaten in de reeksen zijn gezwommen door een Hongaar. omdat er slechts twee per land mogen doorgaan, vielen er twee af. Onder hen niemand minder dan Laszlo Cseh, jarenlang absolute wereldtop.

Schoolslagspecialiste Fanny Lecluyse stapte blijgezind uit het zwembad na haar 100m. Met een chrono van 1:08.17 plaatste ze zich als twaalfde voor de halve finales. Er kon zelfs een grapje af in de mixed zone van de pers: “Ik vind het lastiger te babbelen met alle journalisten dan de wedstrijd te doen.”

Maar ze was dus tevreden over haar tijd in de reeks, niet zo gek ver van het Belgisch record (1:07.29) dat ze drie jaar geleden op het WK in Kazan zwom. “De eerste race is altijd spannend – hoe gaat het zijn? – maar ik denk wel dat ik meteen in het goeie ritme zat. Ik startte zoals ik moest, en heb de tweede vijftig proberen aan te houden. Maar als ik wil doorgaan naar de finale, moet het nog een stukje sneller.” Lecluyse zet zichzelf niet onder druk: “Ik ga niet stressen en zeggen: ‘Ik moet dit of dat.’ Maar ik voel me goed en de zes weken voorbereiding zijn goed verlopen. Ik ga proberen hard te zwemmen en te genieten.”