Al 8,8 miljoen uitbetaald voor hinder door werken

© belga

Sinds de invoering op 1 juli vorig jaar hebben al 4.411 Vlaamse zelfstandigen een hinderpremie van 2.000 euro gekregen omdat ze ernstige hinder ondervonden bij openbare werken.

Kristof Simoens

Wegenwerken in hun straat, zelfstandigen zijn er als de dood voor. De werken leiden tot een moeilijkere bereikbaarheid, minder klanten en dus lagere omzetten, soms met een faillissement tot gevolg. Om de bittere pil wat te vergulden, voerde de federale overheid in 2007 een inkomenscompensatievergoeding in.

‘Die was niet alleen belachelijk laag – een kleine 80 euro per dag, bovendien beperkt in de tijd – maar je moest ook je zaak sluiten. Dat is zowat het ergste wat je een ondernemer kunt vragen’, zegt Sven Nouten van het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ). ’Geen wonder dus dat jaarlijks gemiddeld maar 235 Vlaamse ondernemers de vergoeding aanvroegen.’

Geen sluitingsplicht

Na de zesde staatshervorming heeft het kabinet van Philippe Muyters (N-VA) de compensatie hertekend. Met succes: in het eerste jaar van de Vlaamse hinderpremie (periode 1 juli 2017 tot 30 juni 2018) vroegen 4.411 ondernemers ze aan. Dat blijkt uit cijfers van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen. Dat is samen goed voor 8.822.000 euro.

Het NSZ ziet twee verklaringen: ‘Ten eerste is die fameuze sluitingsplicht gesneuveld: handelaars kunnen hun zaak nu tijdens de werken openhouden. Bovendien worden handelaars in de werfzone automatisch op de hoogte gebracht door de Vlaamse overheid. Het enige wat ze nog moeten doen, is de premie aanvragen via www.vlaio.be.’

En dat is een fluitje van een cent, aldus Erik Tuytens van Interim Car in Waregem. ‘Eind 2017 kregen we een brief over de geplande werken. Met de uitleg hoe we de premie konden krijgen. Die 2.000 euro stond vrij snel op de rekening. Al blijf ik het wat raar vinden dat het om een vast bedrag gaat, ongeacht het aantal medewerkers en de duur van de werken. Maar beter dat dan niets.’

Niet dat daarmee alle moeilijkheden van de baan zijn. ‘Volgens de brief zouden de werken eind maart beginnen en anderhalve maand duren. In werkelijkheid zijn ze pas op 1 juni gestart en zijn ze nog bezig’, zegt Tuytens. ‘Alles zou nu af moeten zijn tegen Waregem Koerse, eind augustus. Alleen zijn we daar nooit over geïnformeerd. En toen we bij het stadsbestuur langsgingen, trokken ze hun paraplu open: die Expresweg was een bevoegdheid van de provincie.’

Betere coördinatie

Net daarom pleit het NSZ voor een betere coördinatie tussen de bestuursniveaus en een pro­actieve communicatie naar de handelaars. ‘Alleen door de ondernemers zo vroeg mogelijk bij de plannen te betrekken en door hen continu op de hoogte te houden, kunnen ze de schade zo veel mogelijk beperken’, zegt Sven Nouten.