Direct naar artikelinhoud
Wecandance

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

Snobs en selfies, zo wordt Wecandance door festivalpuriteinen smalend omschreven. Maar voorbij die vooroordelen ontdekten wij vooral een bijzonder goed feestje, waar het westernplaatje klopte tot in de laatste glittercactus. 

Het is intussen bijna bon ton om te poneren dat het Zeebrugse strandfestival niet veel meer voorstelt dan een catwalk van selfiequeens en jetsetters van een dorp verder. Helemaal uit de lucht gegrepen is dat natuurlijk niet: met acid cowboys was de dresscode traditiegetrouw perfect afgestemd op de laatste Instagram-trends, en ook de tactisch aangeklede zandbak vol spiegels gooide hoge ogen op sociale media. 

En ja, zeker de eerste uren hadden de feestvierders liever hun telefoon in handen dan die aloude pint – de ogen eerder gericht op de eigen look dan op de muzikale aperitiefhapjes. Bijzonder pijnlijk was dat voor de Belgische Raw District, die het ondanks zijn positie op het hoofdpodium omstreeks 14 uur letterlijk moest stellen met twee cowboyhoeden en een neonverlichte paardenkop – het westernthema was in elk geval al op peil. Wél proppen en duwen was het op dat moment bij de make-up-, kapper- en glitterstandjes, die bijna de headliner van het festival leken te worden.

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

Maar voor alle duidelijkheid: dat werden ze dus niet. Laten we daarom eens niet beginnen met een analyse van die cowboyboots, veganistische kunstwerkjes en duurzaam bekerbeleid, maar met een ingrediënt dat wel degelijk de spil van het festival was: muziek. Akkoord, de kans is groot dat zo’n 70 procent van de namen op de affiche u minder zeggen dan wat er zoal op een Vietnamese menukaart staat. Dat levert u overigens helemaal niet het label van cultuurbarbaar of holbewoner op: bij een snelle rondvraag op het festivalstrand bleek ook het gros van de aanwezigen niet veel verder dan Tale of Us en Stephan Bodzin te geraken – “We zijn hier voor de sfeer, hé!” Des te meer knoppendraaiers om te ontdekken, dus. 

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

Zoals op het Kitsch Club-podium, dat naar jaarlijkse gewoonte dé broeiplaats was van basbezweringen die al je organen doen meetrillen, met de set van de Berlijnse dj Henrik Schwarz als opgefokt hoogtepunt. Bij Labyrinth kon je dan weer terecht voor even straffe als gitzwarte techno – een beetje zoals de versgemalen espresso een beetje verderop. En in de funky iglo die The Gardens of Babylon heette weerklonken bij momenten zelfs Afrikaanse beats, koppig kronkelend tussen de cactussen, strobalen en koeienvellen. Alleen het nogal ongelukkig gelegen Crevette-podium (van de gelijknamige platenwinkel in Brussel) bleef de hele avond zo goed als leeg.

Een welgekomen verademing tussen al die beeps en blops was de Bloody Louis-tent – thuishaven van al wie gewoon eens een goeie Kendrick of Tyler wilde horen. Het was ook in die hiphoptempel dat al vroeg op de dag de echte cool kids hun onderonsje hielden tijdens de set van Black Mamba. Terwijl het Knokke-volk nog gezapig langs de spiegels flaneert, reeg de Gentse schone onverstoorbaar de grime en afrohouse aan elkaar zonder één keer van haar draaitafel op te kijken. Dat was ook nergens voor nodig: cowboyhoeden, vlechtjes en veren zwierden gezwind in het rond, de telefoons bleven netjes in de buideltas.

Onder hen trouwens ook heel wat cowgirls die zelfs het ietwat verwarrende ‘acid’ goed begrepen hadden: meer dan de clichématige franjes en ruithemden, paradeerden ze met visgraatvlechten vol glitters, kosmische botjes en robuuste studs. Dat bleek niet voor iedereen evident: tussen de obligate hoeden troffen we ook heel wat verentooien – of we dat moeten verketteren als cultural appropriation mag u zelf bediscussiëren.

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

De prijs voor meest gedurfde outfit ging naar de man met het bontje die – op een gigantisch bizonvel na – louter een boxershort van Lucky Luke overhield. Ook het homokoppel dat zorgvuldig elkaars gezicht met veertjes en fluomascara decoreerde verdient een eervolle vermelding, net als de drie WCD-modellen die de hele namiddag lang dienstdeden als poseermaatje. Dat de bakzon had plaatsgemaakt voor een speels zeebriesje vonden we plaatsvervangend een godsgeschenk, want hun zilveren kostuum leek wel uit isolatiemateriaal te zijn gemaakt.

Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

Mode betekende op Wecandance 2018 overigens meer dan een paar secuur gecureerde Pinterest-borden en dito modellen. Elk jaar opnieuw gaat het festival met nieuwe merken in zee die matchen met het thema, en die kleurden dit jaar opvallend Belgisch. Zo ontwierp Virginie Morobé een imposant paar knielaarzen voor de capsulecollectie, droegen Murielle Scherre (La Fille d’O) en model Cesar Casier elk een topje bij, en kwam mannenlabel Six Edges op de proppen met een fluweelzachte westernvest. Maar evengoed kon je op de site zelf gratis je jeansvestje laten pimpen door een sympathieke kunstenaar. 

Die lokale ontdekkingstocht ging ook in de food area vlotjes verder, al sinds het prille begin hét paradepaardje van Wecandance. Met een strikte no fast food-policy is een post-festival-detox hier niet aan de orde. Wel wonnen groentesapjes, kreefttaco’s en gouden pizza’s (geen grap) kostbare influencerzieltjes. Maar waar we zes jaar geleden nog vooral stootten op minimalistische bordjes aan minder minimalistische prijzen, moest het plebs gelukkig niet langer vluchten naar de pitazaak aan de overkant. Dat was grotendeels te danken aan de gloednieuwe plant-based corner, waar veganistische creaties aan opvallend schappelijke prijzen over de toonbank gingen. Tien euro voor een pad thai boordevol échte groenten – een mens is al erger afgezet geweest op festivals.

Tien euro voor een pad thaï boordevol échte groenten - een mens is al erger afgezet geweest op festivals
Wecandance: meer dan een potje m'as tu vu
Beeld Karmen Ayvazyan

Wanneer de zon met een bloemlezing aan de kleur rood ondergaat, verwachten we opnieuw een hoogmis aan narcistische fotoshoots. Maar die blijven wonderwel uit. De festivalgangers hebben hun hoeden al lang op de grond gegooid, en smijten zich vol overgave tussen de rookwalmen en vlammenspuwers. Het feestje zit snor en het plaatje klopt tot in de laatste details – of je daar nu ironisch over wil doen of niet.