Direct naar artikelinhoud
Venezuela

Venezuela, het land waar niemand nog wil wonen

Venezolaanse dagloners trekken ­richting Cúcuta in ­Colombia via de Simon Bolívar-brug. Dagelijks zijn het er zo’n 25.000.Beeld AFP

De hyperinflatie in Venezuela zorgt voor een dramatische exodus naar de buurlanden. Maar Colombia, Brazilië en Ecuador zijn de honderdduizenden vluchtelingen liever kwijt dan rijk. "Het is de schuld van de Venezolanen dat wij geen werk meer vinden."

Het incident werd aangehaald in het Colombiaanse blad Semana: hoe via de sociale media een audioboodschap verspreid werd waarin een sinistere stem de Venezolaanse vluchtelingen in het stadje Subachoque, bij Bogotá, een ­ultimatum oplegde.

“Jullie krijgen twee weken om op te hoepelen. Daarna zullen we elk van jullie die zich hier nog bevindt doden. Of hij nu werkloos is of niet, gestolen heeft of niet.”

Aanleiding voor de boodschap was een tragisch fait divers: een stikjaloerse man die zijn vriendin had omgebracht en daarna de hand sloeg aan zichzelf. Op zich geen unicum in Colombia, dit drama, ware het niet dat de dader Venezolaan was.

Subachoque was te klein, zelfs burgemeester Cortés deed aan xenofobe stemmingmakerij. Hij legde zijn burgers prompt een verbod op om nog langer Venezolaanse arbeiders in dienst te nemen. “Het is de schuld van de Venezolanen,” vertelt ons een arme Colombiaan, “dat wij geen baan meer vinden. Die lui werken ver onder de normale lonen!”

Een man duwt bidons voort langs een muur met daarop ‘Hambre!’ of ‘Honger!’ in graffiti.Beeld AFP

Ook het VN-vluchtelingenagentschap UNHCR, dat door het decennia oude conflict in Colombia een lange staat van dienst heeft in het land, maakt zich zorgen. Volgens recent onderzoek staan Facebook, Twitter en andere digitale media bol van de haat jegens Venezolanen. Colombianen noemen hun buren in één adem met werkloosheid, criminaliteit, drugs en prostitutie. In diverse grensplaatsen, met de stad Cúcuta als brandpunt, doen pamfletten de ronde met dreigende taal.

Gooien met stenen

Een bulletin dat de Colombiaanse regering eind juli publiceerde stelt dat, met of zonder papieren, 870.000 Venezolanen inmiddels in Colombia verblijven, 57 procent meer dan vorig jaar.

Ook in Brazilië, in de grensstaat Roraima, is het alles ‘Venezuelofobie’ wat de klok slaat. In het plaatsje Pacaraima vielen duizenden dorpelingen vorige week een groep weerloze Venezolaanse vluchtelingen aan. Ze gooiden met stenen naar ze, staken de schuur in brand waar ze onderdak gevonden hadden en joegen hen de grens weer over.

Zoals Colombia volgens critici het onderste niet uit de kan haalt om uitgeputte Venezolanen hulp te bieden, zo belastte Brazilië zijn leger met humanitaire taken veeleer dan professionele burgerlijke hulpverleners. Bondgenoten van de felomstreden conservatieve president Michel Temer stellen zelfs voor om soldaten te posteren op de grens, en die hermetisch af te sluiten.

‘De armen en de lagere middenklasse verkopen alles wat ze bezitten om de grens over te raken’
Phil Gunson, international crisis group

Niet alleen Colombia en Brazilië weten met de exodus geen blijf, ook Ecuador, een van de armste en kleinere landen van het continent, telt 4.000 aankomsten per dag. In Peru en Argentinië neemt de instroom hand over hand toe, in Curação en Trinidad al evenzeer.

De beelden die ons de jongste dagen uit de regio bereiken, spreken boekdelen: eindeloze slierten voetgangers die gepakt en gezakt over lege wegen schuifelen. “Ik kan niet meer”, zegt een jonge vrouw, Inés, op Caracol TV als ze de internationale brug tussen haar land en Colombia oversteekt. “Als van het leven niets anders rest dan voedsel zoeken terwijl je weet dat je het geld niet hebt om te betalen, als je niets anders kunt dan bidden opdat je niet ziek wordt, dan moet je weg. Ik ga naar de overkant en hoop mijn familie na te sturen.”

Het oliepeil van 1947

Drie tot vier miljoen Venezolanen hebben de voorbije jaren gekozen voor de odyssee, een tiende van 's lands bevolking, met een onmiskenbare versnelling sinds juli 2017.

Syrische toestanden dan, in Zuid-Amerika? Toch niet. In Venezuela heerst chaos, maar geen oorlog. Veel meer doet de situatie denken aan de donkerste dagen in Zimbabwe, met een mix van inflatie, ondervoeding en repressie.

Voorstanders van de regering zijn blij met de komst van de bolívar soberano, de munt die het land zou moeten redden.Beeld NYT

Wat dat inhoudt? Dat de prijs van een simpel kopje koffie in Caracas in zes maanden tijd 40 keer aangepast is, bijvoorbeeld. Deze week liet president Nicolás Maduro vijf nullen schrappen van de bolívar-biljetten, de nationale munt, nadat er enkele jaren geleden al drie waren afgehaald. Maduro zei het niet met zoveel woorden maar gaf de facto een inflatie van 100 miljoen procent toe. Geen tomaat die nog verkocht raakt, bij zulke cijfers.

Dat alles terwijl OPEC-lid Venezuela – het klinkt grotesk – altijd het rijkste land van Zuid-Amerika geweest is en grotere oliereserves achter de hand houdt dan Saudi-Arabië. Totale politisering, fout management, precaire arbeidsomstandigheden, hoge schulden en gebrekkige investeringen, ziedaar het zootje dat het land te slikken kreeg. Naar cijfers vertaald: vorige maand pompte staatsoliegigant PDVSA nog 1,2 miljoen vaten per dag op, amper het niveau van... 1947.

Als de president daar tenminste nog de juiste politieke conclusies aan verbond. Maar dat doet hij in geen geval. Kon wijlen Hugo Chávez dankzij hoge olieprijzen de verkiezingen nog winnen zonder openlijke fraude, dan zijn onder zijn opvolger, Maduro, de laatste checks-and-balances verdwenen. Protestmarsen door de oppositie, vorig jaar, mondden uit in grootschalig geweld waarbij 125 doden vielen. Duizenden betogers raakten gewond of werden opgepakt. Berichten over ­foltering waren schering en inslag.

Links: één nieuwe bolívar soberano. Rechts: dezelfde waarde in de oude bolívar.Beeld NYT

Maar neen, niets is de schuld van Maduro en de straks 20 jaar oude Bolivariaanse revolutie. Volgens zijn regering ligt de volle verantwoordelijkheid voor de crisis bij, dat weten we, het Amerikaanse en imperialistische complot. Daar willen ze – kijk naar de recente drone-aanval tegen de president – de door Cuba geïnspireerde revolutie voor eens en altijd in de kiem smoren.

Sommige bronnen zeggen dat sinds de vermeende aanval, op 4 augustus, het repressie-apparaat een versnelling hoger is geschakeld. Anderen stellen dat er net scheuren in het systeem verschenen zijn. Voormalig BBC-journalist Phil Gunson, die voor de denktank International Crisis Group in Caracas werkt, blijft voorzichtig. “Ik heb geen waarneembare verandering gezien”, zegt hij. “Daartoe moet ook de oppositie eenheid en samenhang vertonen, maar daar merk ik niets van. Net zomin als van een duidelijke breuk in het regime. Er zijn wat barsten, meer niet.”

Bloeden

En dus blijven de Venezolanen bloeden. Bestonden de eerste migratiegolven, jaren geleden, vooral uit zakenlui en vrije beroepen, dan heeft de ineenstorting van de economie er een massafenomeen van gemaakt.

“Vandaag zien we hoe de armen en lagere middenklasse alles verkopen wat ze bezitten om de grens over te geraken”, getuigt Gunson. “Sommigen leggen reusachtige afstanden te voet af, anderen vertrekken in clandestiene bootjes naar de Antillen.”

Vluchtelingen slapen naast de Pan-Amerikaanse Weg tussen Túlcan en Ibarra in ­Ecuador.Beeld AFP

Ook pas afgestudeerden vertrekken massaal, al dan niet met de familie in hun kielzog. “Ik ken jonge dokters, juristen, tandartsen en ingenieurs. Sommigen slagen er nog net in om een vliegtuig­ticket te bemachtigen of legaal te ontkomen, maar de aankomstlanden doen steeds moeilijker. En Venezuela zelf? Dat levert geen paspoorten meer af.”

Colombia, Brazilië en Ecuador doen wat ze kunnen, meent Gunson, maar staan – zie de ongeregeldheden in Pacaraima – onder druk van hun burgers in de grensgebieden, die strengere controles eisen.

De bolívar is zodanig waardeloos geworden dat mensen zelfs bankbiljetten in de vuilnisbak kieperen. Beeld REUTERS

Criminele bendes

Compleet van de pot gerukt is dat laatste ook weer niet: Venezuela, waar in 2016 21.000 mensen vermoord werden, behoort tot de geweld­dadigste landen ter wereld. Bij de helft van die moorden bleken criminele bendes betrokken.

Volgens het Observatorium van de Georganiseerde Misdaad groeide het aantal meldingen van criminele feiten sinds juli 2017 met 80 procent. Ging het over afpersing, dan bleek vaak genoeg de Venezolaanse politie medeplichtig. Ook drugstrafiek, mensenhandel en wapensmokkel zijn aan de orde van de dag. Veiligheids­specialisten vrezen voor een ‘rimpeleffect’ dat, vanuit Caracas, de hele regio aansteekt. Terwijl Maduro rechtse, paramilitaire infiltranten uit Colombia de schuld geeft, vreest Colombia dat Venezolaanse criminelen zijn broze vredes­proces een spaak in het wiel steken.

Alsof dat alles niet ­volstond, laat de vanouds poreuze grens ook malaria, kroep en mazelen weer door, ziekten die Colombia al lang onder controle had.

“Dit is tropisch gebied én de overbevolking is totaal”, zegt woordvoerder Liduín Suárez van het Erasmo Meoz-ziekenhuis in Cúcuta. “We krijgen heel verschillende pathologieën binnen, tot kanker toe. Venezolaanse patiënten, neem zwangere vrouwen, blijken in eigen land volstrekt niet opgevolgd te zijn. Foetussen zowel als kinderen vertonen symptomen van ondervoeding. Hét probleem is dat onze kosten de pan uit rijzen, terwijl Bogotá niet met het beloofde geld over de brug komt.”

Schoenverkopers in de straten van Caracas, voor een muurschildering van president Nicolás Maduro.Beeld EPA

En Nicolás Maduro, intussen? Hij blijft zijn autocratische zelf en hoopt de crisis uit te zitten. Als de olieprijs stijgt, rinkelt vroeg of laat de kassa weer, denkt hij. Humanitaire hulp, bijvoorbeeld via de VN, wimpelt Caracas af: aan een loyaal en goed bewapend leger heeft het allang genoeg. De Groep van Lima, 17 landen uit de regio die door de EU en Washington worden aangemoedigd om een oplossing te bedenken, heeft nog geen tastbare vooruitgang geboekt.

“Dit is een complexe humanitaire noodtoestand”, beklemtoont Phil Gunson. “Iedereen weet dat een oplossing onmogelijk is zolang de situatie in Venezuela zelf muurvast zit en het democratische bestuur, of minstens de economische stabiliteit, er niet hersteld zijn. Alleen weet niemand hoe dat moet.”

De prijzen van ­alledaagse producten rijzen de pan uit: zo betaal je 800.000 ­bolívar voor een ­citroen. De nieuwe ­bolívar soberano schrapt vijf nullen.Beeld REUTERS