Direct naar artikelinhoud
Onderwijs

Lieven Boeve: "Het onderwijs is vandaag een politiek strijdveld"

Lieven Boeve, topman van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, is klaar voor het nieuwe schooljaar.Beeld Wouter Van Vooren

Een nieuw vak, een uur minder Nederlands. Katholiek Onderwijs Vlaanderen bereidt zich voor op het secundair onderwijs van de toekomst. "We zijn intussen gewend dat er stemmingmakerij is rond onderwijs."

“Ik heb nooit schrik.” Lieven Boeve is er klaar voor. Zijn hemdsmouwen zijn (nog) niet opgerold, al hangt zijn kostuumjasje wel losjes over een stoel. Exact een week voor de start van het nieuwe schooljaar, een jaar waarin ook de politiek zich verder op het onderwijsdebat zal profileren, kondigt hij aan dat Katholiek Onderwijs Vlaanderen vanaf september 2019 ruimte maakt voor het nieuwe vak ‘Mens en samenleving’ in het eerste jaar van het middelbaar.

Wat gaan leerlingen ervan opsteken?

“Mediawijsheid en ondernemingszin, maar ook financieel-economische competenties en burgerschap. Denk bijvoorbeeld aan de staatsstructuur van België, de verschillende regeringen, de gemeenschappen en gewesten en de organisatie van de verkiezingen. Dit vak zullen we ook voluit vanuit ons project van de katholieke dialoogschool vormgeven. Voor ons is burgerschap immers niet louter een juridisch gegeven. Het heeft een sociaal-ethische dimensie. Wij vertrekken vanuit verbondenheid en zetten in op een aantal bijbelse intuïties, zoals rechtvaardigheid en generositeit. Ons mensbeeld is relationeel.”

Is dit het antwoord van het katholiek onderwijs op het "neutrale" vak LEF (levensbeschouwing, ethiek en filosofie) waar moraalfilosoof Patrick Loobuyck voor pleit?

“Nee. De norm voor ons pedagogisch project is niet Patrick Loobuyck. Meer nog: aangezien hij een secularistische agenda heeft, kan dat ook niet. Hij eist een opschorting van de levensbeschouwelijke vakken, alsof dat zomaar mogelijk zou zijn. Voor ons kan dat niet. Meer nog: mensen die denken dat ze dat wel kunnen, zijn even ideologisch. Mocht dit een doorslagje zijn van wat hij wil, dan zouden wij ons moeten afvragen of we wel nog het katholiek onderwijs zijn. Juist daarom bestaat het vak naast godsdienst.”

'Wij menen dat je geen afstand kunt doen van levensbeschouwelijke vakken. Mensen die denken dat ze dat wel kunnen, zijn even ideologisch'

In de lessentabel moet er plaats worden gemaakt. Voortaan zal er een uur minder Nederlands worden gegeven.

“In het eerste jaar bestaat de algemene vorming uit 27 lesuren per week. In de lessentabel waren die uren vanzelfsprekend bezet. We moesten dus ruimte maken. Maar via onze leerplannen zorgen we ervoor dat eindtermen Nederlands uiteraard voluit gerealiseerd zullen worden. Dat betekent niet dat scholen hier niets aan kunnen doen. Zij kunnen ook in het keuzegedeelte, dat uit 5 uur bestaat, een extra uur Nederlands organiseren.”

U bent niet bang voor kritiek? Eind vorig jaar bleek uit een internationale studie dat de prestaties van Vlaamse tienjarigen op vlak van begrijpend lezen ondermaats zijn.

“Wij zijn intussen gewend dat er stemmingmakerij is rond onderwijs. Daar mogen wij ons niet door van de wijs laten brengen. Het is goed dat er blijvende aandacht is voor de kwaliteit en het niveau van ons onderwijs. We nemen de oranje knipperlichten uit internationaal onderzoek zeker ernstig. Maar we moeten ons hoeden voor de val dat het vroeger beter was. Het is juist dat jongeren vandaag bepaalde zaken minder goed kennen en kunnen dan wij vroeger. Maar als er iets aan dit apparaat (wijst naar zijn smartphone, RA) schort, dan ga ik dat aan mijn jongste zoon vragen. Waarom? Omdat hij daar op een heel andere manier mee omgaat."

'Je kunt moeilijk zeggen dat leerlingen minder leren. Ze leren anders. Andere dingen zijn belangrijk'

“Je kunt moeilijk zeggen dat leerlingen minder leren. Andere dingen zijn belangrijk. Het is goed om daaraan te denken als we spreken over Nederlands of Frans op school.”

Sommige politici oordelen volgens u te snel?

“Zoiets past in de politieke retoriek van tegenwoordig. Het onderwijs is vandaag een strijdveld. Alles waaraan wij op school willen werken, zoals genuanceerd oordelen met kennis van zaken, wordt heel vaak met de voeten getreden. Er wordt gepolariseerd en uitvergroot. Er worden of-ofverhalen van gemaakt. De nuance en vooral het feit dat in onderwijs alles met elkaar samenhangt komt te weinig in beeld. Het is heel gemakkelijk om één oplossing als wondermiddel naar voren te schuiven. Maar zo werkt het niet, zeker niet in het onderwijs."

“Aandacht voor het Nederlands maakt bijvoorbeeld ook deel uit van de andere vakken. Het is niet omdat er geen punten staan op taalbeheersing in het vak geschiedenis dat er niet kan worden gewezen op een dt-fout. In het verleden werd er wellicht te vaak gekeken vanuit individuele vakken. Alsof wie met geschiedenis bezig is, niet met Nederlands hoeft bezig te zijn. Omdat we nu op hetzelfde moment tegelijk alle leerplannen voor de vakken van de eerste graad vernieuwen, hebben we nu een gouden kans: we kunnen de gehele vorming in alle vakken verankeren en voldoende verbindingen ertussen maken. De verantwoordelijkheid voor begrijpend lezen ligt dan ook bij de leraar aardrijkskunde en zelfs de leerkracht wiskunde. Al mag de verantwoordelijkheid niet alleen bij de school liggen.”

U wijst ook de samenleving met de vinger.

“Ik wil hier geen zwartepieten uitdelen. Ik zie wel dat men heel makkelijk bepaalde verantwoordelijkheden naar het onderwijs doorschuift: ‘doet zich ergens een probleem voor, neem het dan op in de eindtermen’. Eindtermen zijn de minimumverwachtingen van een samenleving voor het onderwijs. Het zou goed zijn als de samenleving zich afvraagt of ze zelf wel aan de eindtermen voldoet."

'Het zou goed zijn als de samenleving zich afvraagt of ze zelf wel aan de eindtermen voldoet'

Geef eens een voorbeeld?

“Vroeger was de consensus over wat belangrijk was veel duidelijker. Over het Algemeen Beschaafd Nederlands verschenen programma’s op televisie. Als een kind tegenwoordig buiten de school nooit iemand met een boek tegenkomt, is het veel lastiger om lezen te promoten. Er moet ook op andere plaatsen meer aandacht aan taal worden besteed. Vroeger hadden we die. De zo verafschuwde verzuiling had plaatsen waar op een genuanceerde, soms ook ongenuanceerde wijze werd nagedacht. Als er in mijn generatie en die van mijn ouders veel boeken werden gelezen, kwam dat mee door het Davidsfonds. Helaas zie ik vandaag heel weinig werkende alternatieven.”

Lees hier meer over waarom Katholiek Onderwijs Vlaanderen en N-VA botsen over Nederlands.