Museum voor Natuurwetenschappen Brussel en 11 andere musea gaan afgebrand Braziliaans museum helpen
Twaalf van de grootste natuurhistorische musea ter wereld - waaronder het Museum voor Natuurwetenschappen van Brussel - hebben hun steun toegezegd bij de wederopbouw van het Nationaal Museum van Brazilië. Zondagavond is het museum in Rio grotendeels vernield door een uitslaande brand. Het museum bezat een unieke archeologische en oudheidkundige collectie. Vermoedelijk is maar een tiende van de collectie gespaard gebleven.
Het Natuurhistorisch Museum van Brussel - onder meer bekend vanwege zijn collectie skeletten van dinosaurussen - heeft samen met elf van de grootste natuurhistorische musea ter wereld zijn steun toegezegd aan het Nationaal Museum van Brazilië. Dat is zondagavond in de as gelegd door een verwoestende brand. Het museum in Rio bezat een grote geologische, plantkundige, oudheidkundige en archeologische collectie, met ongeveer 20 miljoen museumstukken. Vermoedelijk is maar een tiende daarvan gespaard gebleven.
De zogenoemde G12 van de natuurhistorische musea hebben een gezamenlijke verklaring uitgegeven waarin ze hun solidariteit uitspreken met Rio. Het gaat om musea in de Verenigde Staten, Canada, Nederland, België, Denemarken, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland.
Een fragment uit de verklaring: "Het Nationaal Museum van Brazilië had unieke kunstwerken en objecten met een onschatbare wetenschappelijke waarde. Dat gaat van omvangrijke stukken uit het wetenschappelijk en cultureel erfgoed van Brazilië, tot het historische gebouw zelf. Dit is een verlies niet enkel voor Brazilië, maar voor de hele wereld. Onze collega's in Brazilië kijken nu naar de toekomst, en wij zeggen onze steun toe in de komende dagen, maanden en jaren."
Hoe de twaalf musea concreet kunnen helpen, wordt momenteel nog bekeken, zegt communicatie- verantwoordelijke Yannick Siebens van het Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel: "Het eerste wat nu moet gebeuren is dat Rio zelf aangeeft wat de grootste nood is. En we denken dat dit vooral technische hulp zal zijn in het vaststellen van de stukken die verdwenen zijn, die moeten aangevuld worden, van waar we ze kunnen zoeken in de rest van de wereld in onze musea. Maar daar zullen zij toch nog enkele weken over doen, denken we. "