Sporttribunaal TAS wankelt op zijn benen: "Een sportrechtbank die afhangt van de federatie"

Het Brusselse hof van beroep gaf vorige week Seraing gelijk in een zaak die de amateurclub had aangespannen tegen de FIFA en de UEFA. Het conflict dateert van 2015: de wereldvoetbalbond FIFA legde Seraing toen een transferverbod op voor een inbreuk tegen het verbod op third party ownership (TPO): externe investeringsmaatschappijen mogen geen transfergeld opstrijken.

Zoals verplicht in de statuten van de FIFA en UEFA belandde de zaak voor het Internationaal Sporttribunaal (TAS), waar Seraing bot ving. Maar Seraing stelde de onafhankelijk van het TAS - dat voor een groot deel door de FIFA en UEFA gefinancierd is - in vraag en vocht de verplichte ultieme rechtsweg voor geschillen tussen sporters, clubs en bonden voor het TAS aan.

Met succes dus. Volgens het hof mag de stap naar sportarbitrage niet gedwongen zijn, maar moet deze vrijwillig door beide partijen gebeuren, en moeten sporters ook naar de burgerrechter kunnen stappen. "De burgerlijke rechtspraak kan zo weer aan belang winnen", zegt advocaat Martin Hissel, die de zaak samen met de befaamde sportjurist Jean-Louis Dupont pleitte. "Dan heb je ook de garantie over compleet onafhankelijke en onpartijdige rechters en gaat het niet over een sportrechtbank die financieel afhangt van een federatie."

De uitspraak kan verregaande gevolgen hebben voor de internationale sportrechtspraak. Hissel: "Ook in Spanje, Nederland of alle landen van de Europese Unie kan een rechter bij een geschil verwijzen naar de uitspraak in Brussel. Op een bepaalde manier is het TAS nu in zijn voortbestaan bedreigd, want stel dat alle atleten beslissen om naar de burgerrechter te stappen, dan heeft het TAS geen werk meer. Zo'n vaart zal het wel niet lopen. Ik veronderstel dat sportfederaties de regels gaan corrigeren. Maar het zal niet meer zoals voorheen zijn, dat is evident."