Direct naar artikelinhoud
Reportage

Tien jaar na de crisis in IJsland: "Nu zijn de mensen kapot"

Het leven tijdens de wederopbouw lijkt goed voor velen. Maar een groot deel van de IJslanders voelt nog steeds de gevolgen van de crisis, zoals Hafthór Ólafsson en Ásthildur Lóa Thórsdóttir. Ze vechten tegen dreigende huisuitzetting.Beeld Heiða Helgadóttir

De economie draait weer op volle toeren, maar nog lang niet iedereen is hersteld van de bankencrisis, die vandaag tien jaar geleden in IJsland begon. En de volgende recessie verschijnt alweer aan de horizon.

"Het uitzicht", zegt Ásthildur Lóa Thórsdóttir (51) voor het huiskamerraam, met daarachter de baai van Reykjavik en de oceaan. "Hierdoor vielen we voor dit huis." Zij en haar man kochten het in 2007, een jaar voordat de bankencrisis IJsland zoveel rampspoed bracht. Tien jaar later vechten ze nog altijd tegen dreigende huisuitzetting.

Het lijkt erop dat ze hebben verloren, maar accepteren doen ze dat niet. Na tal van procedures werd hun huis vorig jaar geveild. Nu proberen ze die veiling op procedurefouten terug te draaien. Om er te kunnen blijven wonen, betalen ze inmiddels 2200 euro huur per maand aan de bank. Voor als ze toch nog winnen, je weet maar nooit.

Schijntje

Al die hijskranen in de ondergaande zon staan daar door de economische boom die IJsland doormaakt. Na de crisis kwam het herstel, dankzij de goedkope kroon, de komst van de makreel naar IJslandse wateren en de toerist. Inmiddels is toerisme een grotere inkomstenbron dan visserij. Vorig jaar groeide de economie met 4 procent, er is een tekort aan werknemers en de huizenmarkt draait op volle toeren. Voorspoed. Maar tegelijkertijd is nog niet iedereen over de vorige crisis heen.

Ásthildur draait de lamellen dicht. Echtgenoot Hafthór Ólafsson (54) maakt in de keuken zijn chocoladetaart af. De sfeer is huiselijk. Maar ondertussen gaat het over de 'bankoverval van binnenuit' die de crisis had ingeluid. Over de 'wolven', de internationale hedgefunds die de hypotheken voor een schijntje opkochten en enorme winsten maakten. Meer dan tienduizend huisuitzettingen waren het gevolg. Ook werden vele auto's in beslag genomen. Hafthór rijdt sindsdien een oude Mercedes.

Door de korte lijntjes tussen bankiers, zakenmannen en politici was de bankensector in de jaren 2000 onstuimig gegroeid. Een kliek van machtige mannen, de dirty thirty genoemd, had de banken opgepompt tot tien maal de economie van IJsland.

In Reykjavik wordt volop gebouwd.Beeld Hans Nauta

Eind september 2008 begon het kaartenhuis in te storten, twee weken na de val van de Amerikaanse bank Lehman Brothers. Vandaag tien jaar geleden moest IJsland de bank Glitnir nationaliseren. Binnen ruim een week vielen ook Kaupthing en Landsbanki, eigenaar van internetbank Icesave, die met hoge rente veel buitenlandse spaarders had aangetrokken.

Icesave

Icesave was een internetspaar- rekening die in 2008 klanten trok met hoge rente. 

Op 6 oktober konden de spaarders niet meer bij hun geld; de IJslandse moederbank Landsbanki ging onderuit. IJsland weigerde het geld van buitenlandse spaarders te vergoeden.

De IJslandse president Grimsson weigerde een afbetalingsregeling te tekenen. In 2013 oordeelde het Hof van de Europese Vrijhandelsassociatie dat IJsland niet garant hoefde te staan voor buitenlandse spaartegoeden. 

De geldstromen, de economie, het hele leven kwam in oktober 2008 tot stilstand. In die angstige dagen plaatste het ziekenhuis van Reykjavik extra bedden op de psychiatrische afdeling omdat mensen suïcide wilden plegen. Er was angst voor tekorten aan medicijnen en levensmiddelen. Een onzekere tijd, waarin internationale bondgenoten de deur dichtgooiden en IJsland niet op Brussel kon terugvallen, zoals Ierland bijvoorbeeld.

De Vikingen

De val van de IJslandse kroon had desastreuze gevolgen voor Ásthildur en Hafthór. Ze gingen slapen met een hypotheek van 30 miljoen kronen (nu zo'n 240.000 euro) en werden wakker met een schuld van 74 miljoen kronen. Ruim het dubbele. De reden was dat hun hypotheekschuld gekoppeld was aan de koers van buitenlandse valuta, de Japanse yen en de Zwitserse frank. Gebruikelijke koersschommelingen konden ze goed dragen. Maar niet deze crisis. Ook veel autobezitters, studenten en bedrijven hadden zo'n lening die in de crisis explodeerde.

Hafthór belde de bank, op 15 oktober moest de volgende betaling binnen zijn. "Wat gaat er gebeuren, vroeg ik. Leveren we de sleutels in? De bank antwoordde dat er een oplossing zou komen." Die luidde dat de maandlasten stegen naar 350.000 kronen (2800 euro). Tweemaal zoveel als het inkomen van Ásthildur, die onderwijzeres is. Hafthórs baan als sales manager bij een audiobedrijf halveerde.

De Vikingen
Beeld Hans Nauta

Die uitzichtloze situatie veranderde toen bleek dat de hypotheekvorm die zij hadden al sinds 2001 illegaal was. Het hooggerechtshof bevestigde dat. Goed nieuws dus.

De situatie sloeg weer om toen de hypotheek op last van datzelfde Hof en de politiek werd omgezet in een lening tegen de rente van de centrale bank. Na de crash schoot die naar 18 procent. "Je kunt een contract niet eenzijdig aanpassen, dat is in strijd met het Europese consumentenrecht", zegt Ásthildur, die voorzitter is van de vereniging van gedupeerde huizenbezitters. Ze willen afdwingen dat IJsland zich als lid van de Europese Economische Ruimte aan de regels houdt. Een stroperig proces.

De valutaleningen waren verstrekt omdat de Vikingen, zoals de topbankiers heetten, lak hadden aan regelgeving en met die leningen makkelijk aan geld in het buitenland konden komen. Veel andere hypotheken waren (legaal) aan de inflatie gekoppeld, ook die huizenbezitters kwamen in gevaar.

Heel IJsland heeft boven z'n stand geleefd, want via via viel er altijd wel een lening af te sluiten. Zijn Ásthildur en Hafthór slachtoffers of hebben ze onverantwoorde risico's genomen? Het laatste volgens veel landgenoten.

Ásthildur: "Eigen schuld, zeggen ze. Veel huiseigenaren met problemen worden aan de schandpaal genageld en schamen zich voor hun situatie. Maar wij hebben jarenlang gespaard en 45 procent eigen geld in het huis gestoken." Vanwege dat eigen geld vechten ze door. "Het heeft ons veel gekost. Geen vakanties met onze zonen en plannen maken lukte niet. We hebben tien jaar huisarrest gekregen. Dat is veel meer dan de veroorzakers van de crisis aan straf hebben gekregen."

Potten en pannen

De economische crisis ging gelijk op met een vertrouwenscrisis. Nog altijd wantrouwen mensen elkaar en de politiek, zeggen IJslanders. Op de corruptieranglijst van Transparency International scoort IJsland goed met een dertiende plek van minst corrupte landen. Toch gaat het vaak over vriendjespolitiek. De kleine samenleving van 353.000 mensen zit vol clans van ondernemers en politici.

De scheiding tussen rechters, politici en bestuurders is in de grondwet niet goed geregeld. "Wazig", zegt Eiríkur Bergmann (49), hoogleraar politiek en voorzitter van het Centrum voor Europese Studies aan de Bifröst Universiteit in IJsland.

Potten en pannen
Beeld Hans Nauta

Tijdens de crisis ging de IJslandse bevolking woedend de straat op in de zogenoemde potten-en-pannen-revolutie. Duizenden mensen verzamelden zich voor het parlementsgebouw en uiteindelijk trad premier Geir Haarde in januari 2009 af. Later waren er de referenda over de afhandeling van Icesave. En in 2016 doken de premier en enkele ministers op in de Panama Papers: nieuwe demonstraties en een nieuwe regering.

"Na de crisis kwamen er wat hervormingen, zoals een belastingherziening die de rijken meer belast. En de banken zijn nu streng gereguleerd. Toch is er fundamenteel niets veranderd", zegt Bergmann. De nieuwe grondwet waaraan hij meeschreef, heeft het niet gehaald.

Kaffihús Vesturbaejar is Bergmanns vaste lunchplek in Reykjavik. De hippe broodjeszaak met draaitafels zit vol. Aan de overkant van de straat het buurtzwembad, verwarmd met hitte uit de grond. Economisch gaat het goed. "Dit land is al enkele jaren over de crisis heen", zegt Bergmann. "Ik denk niet dat er een moment in de IJslandse geschiedenis is geweest waarop meer mensen het zo goed hebben gehad als nu."

Nu zijn de mensen kapot en ze zien niets terug voor al dat extra werk
Katrín Sigurgeirsdóttir

Toch hebben veel IJslanders het moeilijk. In 2016 had 36 procent van alle huishoudens moeite om rond te komen, meldde het IJslandse bureau voor statistiek deze week. Tijdens de crisis moest iedereen inleveren, maar iets terugkrijgen in betere tijden gaat niet vanzelf. De vakbonden hebben vooral slapende leden.

Daarom trekt het gevecht van de vroedvrouwen met de overheid, hun werkgever, veel aandacht. Dat duurt al een jaar. De vroedvrouwen eisen 25 procent loonsverhoging. Nog niet zoveel als de 44 procent die de parlementariërs er in 2016 bij kregen. Katrín Sigurgeirsdóttir (43) is vroedvrouw, loononderhandelaar en moeder van acht kinderen.

"Sinds 2008 is het werk elk jaar zwaarder geworden. De politiek werkt op je geweten en verantwoordelijkheidsgevoel. 'Samen de schouders eronder' was de boodschap. Maar nu zijn de mensen kapot en ze zien niets terug voor al dat extra werk", zegt Katrín. Ze woont tussen Reykjavik en het internationale vliegveld in Hafnarfjörthur. Ook hier hijskranen en woonblokken in aanbouw.

Tijdens de crisis werden klinieken in het hele land gesloten, vertelt ze. De meeste zwangere vrouwen kloppen daarom aan bij ziekenhuis Landspitali in Reykjavik. "Dat is verouderd, te klein en onderbezet", zegt Katrín. De onregelmatige diensten maken het vak loodzwaar. Jongeren kiezen een ander beroep. De helft van de vroedvrouwen is boven de vijftig en er is één dertiger. Tijdens het loonconflict is 10 procent van de vroedvrouwen ermee gestopt.

Het IJslandse woord voor vroedvrouw, letterlijk 'lichtmoeder', is verkozen tot mooiste van de taal. Toch heeft de politiek weinig respect voor het vak, zegt Katrín. Vooral de minister van financiën laat zich laatdunkend uit in de media. "Ons vak gaat terug tot midden achttiende eeuw en was toen onbetaald. Vrouwen moesten God dankbaar zijn voor hun talent. Bijna honderd jaar geleden werd onze vakvereniging opgericht. Nog altijd vechten we voor een leefbaar loon."

Katrín Sigurgeirsdóttir, vroedvrouw. 'Bijna honderd jaar geleden werd onze vakvereniging opgericht. Nog altijd vechten we voor een leefbaar loon.'Beeld Hans Nauta

Een beginnende vroedvrouw krijgt omgerekend 2160 euro netto per maand en gedurende haar carrière stijgt dat salaris amper. Een flat huren aan de rand van Reykjavik kost 2000 euro, zegt Katrín. Door de crisis zijn veel woningen in handen gekomen van commerciële partijen, die de huurprijzen opstuwen. Airbnb-verhuur en de toestroom van arbeidsmigranten zet de woningmarkt verder onder druk.

Staken is vroedvrouwen bij wet verboden. Afgelopen zomer besloten ze daarom geen overuren meer te draaien. "De tienwekenecho werd geschrapt en moeders moesten meteen na de bevalling naar huis. De nationale dokter en de ziekenhuisdirecteur spraken van een crisis." Na bemiddeling ligt er nu 12 procent loonsverhoging op tafel - IJslanders kijken minder op van zo'n percentage dan West-Europeanen. Solidariteit in IJsland? Katrín gelooft er niet meer in.

En die vrouwenrechten waarmee IJsland het wereldnieuws haalt? Sinds dit jaar is gelijke beloning voor mannen en vrouwen bij wet verplicht. Maar vroedvrouwen hebben geen mannelijke collega's. Met wie vergelijk je het salaris dan? Met advocaten en economen, als het aan Katrín ligt. Want vroedvrouwen volgen een zesjarige studie, alleen dokteren en hoogleraren leren langer.

"Maar aan de onderhandelingstafel zijn we gekleineerd en beledigd", zegt Katrín. "Ik heb vier dochters. Ik wil niet dat zij minder verdienen dan hun broers omdat ze andere genitaliën hebben." Die wet mag er dan zijn, het achterliggende respect voor vrouwen ontbreekt in de politiek, zegt ze. Sowieso hebben alle schandalen na de crisis haar vertrouwen niet gesterkt. Zoals ze ook niet gelooft in de onafhankelijkheid van de onafhankelijke commissie die over het loonconflict oordeelde.

Boom-bust

De tijd dringt voor de vroedvrouwen. Want het gaat zo goed met IJsland dat het hoogtepunt alweer geweest is, zeggen velen. Een signaal is dat de groei van het toerisme afvlakt. De kroon is zo duur dat het land onbetaalbaar wordt. Deze maand moest de centrale bank ingrijpen toen de munt 6 procent van z'n waarde verloor. Ondanks de toerismepiek draait budgetmaatschappij WOW Air verlies en staat Icelandair onder druk.

"IJsland heeft altijd een boom-bust-economie gehad", zegt hoogleraar Bergmann, verwijzend naar de vis, de tech-industrie, de bankencrisis en het toerisme. "Om de tien jaar devalueert de kroon. Daar zijn we aan gewend. IJsland ervaart nooit lange periodes van stabiliteit. Ik denk ook niet dat mensen stabiliteit verwachten."

Boom-bust
Beeld Hans Nauta

De buitenwereld heeft de crisis van 2008 daarom niet goed begrepen, zegt hij. "Het was geen unieke gebeurtenis. Zeker, de crisis was diep en ingrijpend, maar in essentie niet anders dan wat daarvoor gebeurd is. Elke IJslander weet dat het op een dag weer misgaat. We weten niet uit welke hoek de volgende crisis komt. Maar hij komt."