Zes vermoedelijke extreemrechtse terroristen opgepakt in Duitsland

De zeven Duitse burgers worden ervan verdacht de extreemrechtse terreurorganisatie 'Revolution Chemnitz' te vormen. De politie doorzocht meerdere appartementen en woningen in de Duitse deelstaat Saksen, waar Chemnitz is gelegen. Meer dan 100 politieagenten waren ingezet. 

De verdachten behoren tot het hooligan-, skinhead- en neonazistisch wereldje in Chemnitz. Ze omschrijven zichzelf ook als leidende figuren van extreemrechts in de Duitse deelstaat. Een 30-jarige verdachte behoorde in het verleden tot de raddraaiers van de neonazistische club Sturm 34, die in 2007 werd verboden. 

Bij de inval in hun huizen werden alleen knuppels gevonden, geen vuurwapens of explosieven. 

Op 14 september werd eerder al Christian K. opgepakt, omdat hij in groep buitenlanders aanviel met onder meer flessen. Volgens het gerecht ging het om een test. Het grote werk zou op 3 oktober -de Dag van de Duitse eenheid- volgen. De man zit in voorhechtenis. De zeven die vandaag opgepakt werden, zouden met hem samenwerken.

"Revolution Chemnitz was van plan meer terreurdaden te plegen dan hun geestverwanten van de Nationaalsocialistische Ondergrondse NSU destijds." Dat schrijft de Süddeutsche Zeitung, zich beroepend op informatie van de onderzoeksautoriteiten. De NSU vermoordde in de periode 2000-2007 acht mensen van Turkse afkomst, een Griek en een politieagent.

Volgens het Openbaar Ministerie bestond het voornemen van de groep erin om "gewapende aanslagen te plegen op buitenlanders en politiek andersdenkenden''. Daartoe behoorden behalve politici ook journalisten.

De moord op een Duitse man door asielzoekers veroorzaakte een reeks anti-immigratieprotesten in Chemnitz. Daarbij vonden ook aanvallen plaats op mensen van wie gedacht werd dat ze buitenlanders waren.