2-10-1918: Zware gevechten in Vlaanderen en Noord-Frankrijk
Op 2 oktober 1918 wordt er zwaar gevochten in Vlaanderen, waar de Duitsers fel weerstand bieden. In Noord-Frankrijk nemen de Britten de grensstad Armentières in en staan ze zeer dicht bij Lens.
In het centrum van het front voeren de Belgische en Franse troepen een grote aanval uit. Om het verrassingselement te optimaliseren is er geen voorbereidende artilleriebeschieting. Aanvankelijk wordt een doorbraak geforceerd en wordt Schiervelde aan de rand van Roeselare bereikt. Maar een hevige Duitse tegenaanval om 10 uur werpt de Fransen en Belgen terug op hun beginposities.
In de namiddag proberen de Duitsers het Geallieerde front in het centrum te doorbreken. Deze aanval wordt met succes afgeslagen.
In het zuiden voeren de Duitsers in de vooravond een hevige artilleriebeschieting uit op de Belgische en Britse troepen. Er wordt vooral gebruik gemaakt van gasgranaten. Moorslede wordt letterlijk vergiftigd met toxisch gas. Onmiddellijk volgt een Duitse aanval die compleet mislukt. Ook hier houdt het Geallieerde front stand.
De Belgen zijn licht vooruitgegaan ten oosten van Diksmuide. Na Westrozebeke , Staden en Zarren eerder, hebben ze de Zarrenbeek ten noorden van Zarren bereikt.
Tegelijk verdrijven de Britten steeds verder de Duitsers in het gebied ten noorden van de Leie. Ze zijn opgerukt tot Geluwe en Ledegem.
Ten zuiden van de Leie hebben de Britten Armentières heroverd, bijna een half jaar nadat ze die stad op de Frans-Belgische grens hadden moeten opgeven. Ook aan beide zijden van het kanaal van La Bassée zijn de Duitsers teruggedreven. Ze ontruimen de stad Lens.
Bij Armentières staan de Britten op nog geen 15 km van Rijsel. Een groot deel van de burgerbevolking heeft deze grote stad al moeten verlaten. De inwoners worden overgebracht naar andere steden in Noord-Frankrijk en België. Ook de bevolking van de steden Douai en Cambrai is geëvacueerd.
Intussen is bekend dat koning Albert zelf het bevel voert over de “Legergroep Vlaanderen”, het geheel van Belgische, Britse en Franse divisies die het offensief in Vlaanderen voeren. De koning staat daarbij rechtstreeks onder de Geallieerde opperbevelhebber Foch.
Ook bij het Kanaal van Saint-Quentin is vooruitgang geboekt. Britten en Australiërs zijn erin geslaagd door te breken door de derde verdedigingslijn van de Hindenburglinie (de “Beaurevoir-linie” achter het kanaal). Daarmee is een bres van 12 km in de Hindenburglinie geslagen. De gevechten gaan onverminderd door.
Aanval op Durazzo
Een Geallieerde vloot van Italiaanse, Britse, Amerikaanse en Australische schepen heeft de Albanese haven van Durazzo (Durrës) aangevallen.
Durazzo is net als het grootste deel van Albanië al meer dan twee jaar door Oostenrijk-Hongarije bezet, die de haven voor zijn eigen oorlogsvloot gebruikt. Na de wapenstilstand met Bulgarije willen de Geallieerden beletten dat de Duitsers en Oostenrijkers de haven gebruiken om hun troepen te bevoorraden.
De Italiaanse Regia Marina heeft met het slagschip Dante Alighieri , 3 pantserkruisers en 3 lichte kruisers de leiding van de operatie gehad. Er waren ook 5 Britse lichte kruisers ingezet, plus kleinere schepen. Ook Italiaanse en Britse vliegtuigen namen aan de aanval deel.
De meeste Oostenrijks-Hongaarse oorlogsbodems waren kort voor de aanval vertrokken. Er bleven slechts enkele kleine schepen over. Wel schoten de kustbatterijen op de aanvallende schepen.
Uiteindelijk werd slecht één schip (een koopvaardijschip) in de haven tot zinken gebracht. Langs beide kanten werden schepen beschadigd. Een paar liepen schade op, maar konden ontkomen. Een Oostenrijks-Hongaars hospitaalschip mocht na inspectie vertrekken.
De stad Durazzo zelf heeft zware schade geleden. Een onbekend aantal burgers is gedood en vele oude gebouwen zijn vernietigd, net als de haveninstallaties. Albanië is officieel neutraal in de oorlog, maar beide kampen vechten tegen elkaar op Albanees grondgebied.
Treinramp in Zweden
In Zweden is op de spoorlijn tussen Malmö en Stockholm een trein ontspoord. Daarbij kwamen 42 mensen om. De ramp is veroorzaakt door een grondverzakking die het spoor ondermijnde.