Lokale besturen voeren actie, prof Arbeidseconomie: "Hogere looneisen van bonden terug van weggeweest"
Vandaag legt een deel van het personeel van de lokale besturen het werk neer. Het gaat om ambtenaren van de steden, gemeenten, OCMW’s en provincies. De vakbonden zijn ontevreden over de loononderhandelingen en komen daarom in actie. “De bedoeling is wel niet dat we de dienstverlening platleggen, maar we moeten een duidelijk signaal geven”, zegt Christoph Vandenbulcke van ACV Openbare Diensten.
Sinds 2008 is er geen nieuw sociaal akkoord voor het personeel. “Ook de loonsverhoging van 1,1 procent uit het interprofessioneel akkoord van 2017 werd nog niet doorgevoerd. Het wordt dus tijd om in actie te schieten, zeker nu we aan het einde van de legislatuur zijn”, zegt Christoph Vandenbulcke, ACV-Openbare Diensten. Bovendien vinden de vakbonden het niet kunnen dat de directeurs wel een opslag van 30 procent krijgen, terwijl er voor het personeel niets verandert. “Je kan toch niet volhouden dat sinds 2008 geen enkele euro gevonden is voor het personeel maar dat de topfuncties een loonsverhoging krijgen? Dat is toch wel pijnlijk”, aldus Christoph Vandenbulcke.
Looneisen terug van weggeweest?
Afgelopen tijd voerden vakbonden meermaals actie tegen de pensioenplannen van de regering, ook gisteren betoogden duizenden mensen tegen die hervormingen. Lange tijd bleven de looneisen wat op de achtergrond, maar zijn ze met deze acties terug? Volgens professor Stijn Baert van de UGent zorgt het gunstige economische klimaat voor een betere onderhandelingspositie van de vakbonden. “Het gaat vrij goed met onze economie en dus is het niet onlogisch dat vakbonden vragen om een herverdeling van de winsten tussen bedrijven en personeel.” Bovendien zorgt een betere economie voor een krapte op de arbeidsmarkt, vacatures raken moeilijk ingevuld en dat komt de vakbonden goed uit, zegt professor Baert. “Vroeger was er een strijd tussen de werknemers, maar het is nu eerder een strijd geworden tussen werkgevers .”
Vroeger was er een strijd tussen de werknemers, maar het is nu eerder een strijd geworden tussen werkgevers
Hogere lonen zorgen voor meer koopkracht en dus meer productie omdat mensen meer consumeren, maar er is toch een nuance zegt de professor. “België is namelijk een open economie, een deel van onze productie is dus bestemd voor het buitenland. Hogere lonen zijn daarom geen geschenk voor onze bedrijven, we moeten dus oppassen dat we onze economische groei niet afremmen." Daardoor moeten we niet alleen rekening houden met onze koopkracht, maar ook met die van onze handelspartners. “Maar aan de andere kant hebben de werknemers ook wel recht op hun deel van de welvaart. Het is een moeilijke discussie waarbij we een gezond evenwicht moeten zoeken”, aldus Stijn Baert, professor arbeidseconomie aan de UGent.