Amerikaanse vice-president Mike Pence haalt hard uit naar China
De Amerikaanse vice-president Mike Pence heeft donderdag hard uitgehaald naar China. Hij beschuldigde het land ervan het presidentschap van Donald Trump te ondermijnen en de congresverkiezingen van volgende maand te manipuleren. "China wil een andere president", zo zei Pence.
Vorige week beschuldigde president Trump de Chinezen ook al van bemoeienis met de verkiezingen ten gunste van de Democraten. "Het is duidelijk dat ze mij niet willen want ik ben de eerste president die de Chinezen heeft uitgedaagd over handel."
De beschuldigingen vormen een nieuw dieptepunt in de handelsoorlog tussen de beide landen. China zou volgens Pence gericht bedrijven en staten benaderen die last hebben van de invoerheffingen die de Verenigde Staten hebben opgelegd voor Chinese producten. "Volgens onze schattingen heeft 80 procent van de staten waar China zich nu op richt in 2016 op Trump gestemd. Nu wil China deze kiezers tegen deze regering opzetten."
Chantage
China zou volgens Pence bedrijven chanteren door te dreigen dat ze geen vergunningen krijgen om zaken te doen als ze niet tegen Trump stemmen. Bewijzen kon Pence overigens niet geven. Hij zei vooral het Amerikaanse publiek te willen waarschuwen voor de vernuftige beïnvloedingstactieken van China. Zo werd vorige week nog bekend dat China chips in computers zou hebben geplaatst die geleverd zijn aan dertig Amerikaanse bedrijven. Hiermee zouden hackers vrij spel kunnen hebben.
Analisten hebben geopperd dat de beschuldigingen van Pence en Trump jegens China mogelijk zijn bedoeld om de aandacht af te leiden van het onderzoek naar de Russische beïnvloeding van de presidentsverkiezingen van 2016, zo schrijft persbureau Reuters.