Direct naar artikelinhoud
1 jaar #MeToo

#MeToo heeft tot op heden enkel verliezers gebaard

#MeToo heeft tot op heden enkel verliezers gebaard
Beeld Sven Franzen

Precies een jaar geleden viel Harvey Weinstein van zijn voetstuk. De machtige Hollywood-producent bleek talloze vrouwen seksueel te hebben geïntimideerd en aangerand. Na één jaar #MeToo maken journalisten Joël De Ceulaer en Katrin Swartenbroux de balans op.

Op deze pagina leest u het stuk van Katrin Swartenbroux, het artikel van Joël De Ceulaer leest u hier.

"Geef hem gewoon een knietje."

We zijn een jaar verder en dan krijg je dat. #MeToo gaf vrouwen een klok van een stem, maar echt luisteren doen weinigen. Nog altijd is het hard nodig de vinger aan de pols te houden van een revolutionaire beweging. Bij voorkeur recht op de slagader.

Hartslag 123

Prima aantal beats per minute om een racespel te spelen, net iets minder gunstig om een artikel bij uit te schrijven. Je zou denken dat mijn vingers in dat razende tempo over het toetsenbord vliegen, maar voorlopig liggen alle werken stil. Ik crash en gooi mijn Fitbit naar de controller, terwijl ik het gevoel heb alle houvast te verliezen.

Do you want to start the game again?

Ik denk aan hoe het mijn mannelijke collega Joël De Ceulaer vergaat, die momenteel vanuit een andere invalshoek op hetzelfde onderwerp ploetert. Hoe hij meticuleus te werk gaat, feiten verzamelt, een structuur uittekent, de juiste woorden zoekt om zijn zaak duidelijk te maken.

Zou hij beseffen hoe het is om als vrouwelijke journalist met dit thema bezig te zijn? Hoeveel gewicht er hangt aan iedere zin die ik vorm, iedere quote die ik uitkies, iedere letter die ik op papier zet? Omdat ik het belang van de beweging wil vatten zonder – god verhoede – te ‘bewogen’ te zijn. Omdat ik er niet te licht over wil gaan, maar ook niemand wil platwalsen. Omdat het te belangrijk is. The personal is political, the personal is professional.

#MeToo betekent voor vrouwenrechten een revolutie. Zachtjes kabbelend gemor werd bulderende eensgezindheid: dit.niet.meer

Zou hij weten hoe moe ik ben nog voor ik begonnen ben? Omdat ik constant mezelf en vrouwen die ik goed ken, een beetje ken en helemaal niet ken, moet verdedigen tegen tegen kritische stemmen en zogezegd broodnodige nuance?

Hij, Joël, moet zich niet wapenen tegen de vele flashbacks die de research over dit onderwerp onvermijdelijk naar boven brengt. Flashbacks naar de Club Med-monitor die tijdens een familievakantie nam waar hij volgens hem recht op had, omdat ik toch wel met hem had gedanst. Naar de fietser die niet eens moeite deed te wankelen nadat ik zijn tweewieler in volle vaart een trap had gegeven. Naar de handen tussen mijn benen op festivals, naar het lief van wie ik dacht dat hij lief was. Naar voorvallen die ik verdrongen heb, naar verhalen van vriendinnen, naar intieme berichten van vreemden in mijn werkmailbox.

Hij, Joël, heeft daarnet niét jankend naar zijn moeder gebeld.

Hartslag 131

Ik heb Joël aan de lijn. Even poolshoogte nemen: hoever staat hij? Hij denkt over enkele uurtjes zijn laptop te kunnen dichtklappen. “We zijn volgens mij goed bezig”, zegt hij tot slot.

“Ik heb nochtans nog niets op papier.”

“Ik bedoel de beweging, #MeToo, we komen er wel.”

Ach. Een maand geleden had ik hem misschien wel gelijk gegeven. #MeToo betekent voor vrouwenrechten een revolutie, de belangrijkste omwenteling sinds het algemeen stemrecht. Als u liever mannen citeert: The Economist blokletterde hetzelfde. De steen die Tarana Burke, Alyssa Milano, Rose McGowan, Ashley Judd en vele andere silence breakers in het water hebben gegooid, heeft de loop van de rivier gewijzigd. Zachtjes kabbelend gemor werd bulderende eensgezindheid: dit.niet.meer.

De vloedgolf bereikte ook landen waar gesprekken over seksisme en hashtag-activisme niet zo voor de hand liggen. In Japan gebruikte journaliste Shiori Ito haar #MeToo-bekentenis om een groter verhaal op Politico te schrijven, over hoe zelfs het uitspreken van het woord verkrachting taboe is in haar thuisland. Ze opende zo een broodnodige discussie. In China werd een prominente universiteitsprofessor ontslagen en een onderzoek tegen een andere geopend na beschuldigingen van studenten via Weibo, het Chinese Twitter. In Indonesië fulmineerde een jonge vrouw tegen de passiviteit van de politie en deelde ze CCTV-beelden van haar eigen verkrachting, die uiteindelijk tot een arrestatie leidden.

#MeToo heeft tot op heden enkel verliezers gebaard
Beeld Sven Franzen

Links en rechts hadden vrouwen eindelijk het idee dat er tenminste eens naar hen geluisterd werd. Ik was voorzichtig hoopvol optimistisch.

En toen verscheen Brett Kavanaugh op het toneel, de man die opperrechter wil worden, een van de belangrijkste openbare functies in de Verenigde Staten. Hij is blank, mannelijk, hetero, ouder dan vijftig, Republikeins en bijgevolg geknipt voor de job. Hij heeft nog maar één kleine horde te nemen voordat hij mag beslissen over de levens van 327 miljoen Amerikanen: hij wordt beschuldigd van wat ‘kwajongensstreken’.

Waren we terug bij af? De zaak bevestigt alle misvattingen die er nog altijd bestaan over seksueel misbruik.

Dat slachtoffers maar meteen naar de politie moeten stappen wanneer ze aangerand worden.

Dat je het tenminste aan vriendinnen had moeten vertellen. Of aan je ouders.

Dat je zoiets geen 35 jaar laat liggen voor je ermee naar buiten komt.

Dat als het écht traumatiserend zou zijn geweest, je je ieder detail wel zou herinneren.

Dat je penis in iemands gezicht duwen, of toekijken terwijl iemand wordt verkracht niet hetzelfde is ‘Als Wat Weinstein Heeft Gedaan’. Of Bill Cosby. Of eender welke man tegen wie de bewijslast zo verpletterend is.

Dat het allemaal zo erg niet is, zolang een man geen vrouwen gedrogeerd heeft om er vervolgens op te kruipen, of geen vrouwen heeft gedwongen om hem te pijpen terwijl hij hen een job in het vooruitzicht stelde.

De zaak-Kavanaugh lijkt al die oude, vertrouwde misvattingen te bevestigen. Dat we niet onnozel moeten doen over wat ‘jeugdzonden’, ook al heeft de dader niet eens toegegeven dat hij die zonden heeft begaan, laat staan dat hij zich ervoor verontschuldigd heeft. Dat het leven van een vrouw verwoesten minder erg is dan het leven van een man verwoesten. Alhoewel, verwoesten. De man wordt niet opgezadeld met een levenslang trauma, niet achter de tralies gestoken, niet veroordeeld tot een zware boete. Nee, hem wordt misschien gewoon gezegd dat hij de job die hij zo graag wilde, misschien toch niet krijgt.

De zaak-Kavanaugh lijkt alle oude, vertrouwde misvattingen te bevestigen

Een vrouw lijkt maar een half persoon te zijn wanneer het over een seksueel misdrijf gaat. Of eenderde persoon. Of eenveertigste persoon. Toen Christine Blasey Ford moedig getuigde tegen Kavanaugh, schreven juridisch experts dat er toch minstens nóg iemand naar voren zou moeten komen om de zaak hard te maken. Drie verschillende getuigenissen van drie verschillende vrouwen waren er nodig om Kavanaughs eerbaarheid in twijfel te trekken. Honderdvijftig voor Larry Nassar. Veertig voor Bill Cosby. Twintig voor Jan Fabre.

Ik ben niet de enige die moeite heeft met het live volgen van de zaak, die withete woede doorslikt met wijn en zich wentelt in de verontwaardiging van haar zorgvuldig gecureerde bubbel op sociale media. Uit cijfers van het Amerikaanse Rape, Abuse & Incest National Network (RAINN) blijkt dat het aantal telefoontje naar de hotline tijdens en na Fords getuigenis voor de Senaat met 338 procent was gestegen. Dat die vrijdag met drieduizend telefoontjes de drukste dag ooit was sinds de oprichting van het netwerk, 24 jaar geleden.

Vrouwen zijn tot het besef gekomen dat ze uit de dozen kunnen breken waarin ze gevangen zitten, dubbelgevouwen om niet te veel ruimte in te nemen, welvoeglijk en aangepast.Beeld Sven Franzen

Hartslag  136

Ik ga op café. Kalmeren. Een vriend ziet meteen dat er iets mis is.

“Ik slaap de laatste tijd niet zo goed.”

“Uw wenkbrauwen doen dat rare ding weer...”

“Het is gewoon stress”, wil ik hem zeggen. “Ik heb een belangrijk stuk te schrijven.” Maar ik kan me zijn onvermijdelijke volgende vraag zo voorstellen, mijn antwoord daarop, en dan de maalstroom waarmee iedereen die zich over het onderwerp uitspreekt tegenwoordig wel te maken krijgt. Iets met slingers die niet zo feestelijk zijn. Iets met een heksenjacht waarvan de ware toedracht veel griezeliger is dan het woord ooit zal kunnen omvatten. Iets met maten en gewichten.

“Ik moet misschien gewoon nog eens botox”, grijns ik.

Weglachen. Afwimpelen. Wij vrouwen zijn er kanjers in. Stel je voor dat men ons hysterisch zou vinden. Te emotioneel. Mentaal onbekwaam om, ik schrijf maar wat, het land te besturen, besluiten te nemen in internationale conflicten, voor je rechten op te komen tijdens een tennisfinale of gewoon, gelóófd te worden. Dat ik al in de eerste alinea’s van dit stuk schreef dat ik huilend naar mijn moeder had gebeld, was – toegegeven – misschien geen al te beste zet, maar hey, dit is geen schaakspel. Dit gaat niet om winnen.

#MeToo heeft tot nu eigenlijk enkel verliezers gebaard

#MeToo heeft tot op heden eigenlijk enkel verliezers gebaard. Vrouwen die de moed weten te verzamelen om te getuigen worden publiekelijk afgebroken, persoonlijk binnenstebuiten gekeerd en professioneel buitenspel gezet. Vrouwen die toekijken, zien wonden brutaal weer opengehaald worden. Een getuigenis doet belletjes rinkelen die onder een jaren oude stoflaag het zwijgen waren opgelegd. Een laatdunkend commentaar op een krantenartikel dwingt je trauma naar de achterste hoek van je gedachten. Een vonnis kan betekenen dat je nog langer gedoemd bent tot de gevangenis van je eigen hoofd.

Hartslag  124

Ik lees op een website de vergelijking hoe vrouwen hun leven lang opgesloten zitten in kartonnen dozen. Hoe ze zich dubbelvouwen, soms een eigen arm afzagen om toch maar in die doos te passen, niet te veel ruimte in te nemen, welvoegelijk te zijn, aangepast. Door #MeToo zijn we gaan beseffen dat die kartonnen doos naden heeft, naden waar we uit kunnen breken. En zo zijn we langzaamaan onze benen gaan strekken, schrijft Reina Gattuso.

Ik stel me die vrouwen voor in hun kartonnen dozen. Sommige dozen zijn lang en smal, andere hoekig en breed, enkele dozen zijn verstevigd met nietjes, een aantal zijn zo aftands dat de bruine tape losjes langs de zijkanten hangt. Als er iets is wat de #MeToo-beweging duidelijk heeft gemaakt, dan is het wel hoe divers seksisme en seksueel geweld is.

De hashtag bracht verhalen aan het licht van supersterren en stervelingen, van vrouwen met een migratie-afkomst en middenklassenprinsesjes, van bandwerkers en CEO’s. Hoe verschillende vrouwen verschillende gebeurtenissen ervaren, hoe seksueel misbruik universeel is, maar daarom niet uniform. Hoe een man die suggestieve bewegingen naar je maakt tijdens je presentatie op de bestuursvergadering niet hetzelfde is als een man die je op het bedrijfsfeest bij de borsten en tussen de benen grijpt, hoe een stamp tegen die doos niet hetzelfde is als iemand die op die doos gaat zitten, maar dat beide gebeurtenissen ons er wel aan doen herinneren dat we in die doos zitten. En dat die zo makkelijk weg te klasseren zijn.

Hartslag 133

Mijn collega slaapt vast al. Zijn feitelijke benadering van het onderwerp en zijn door anciënniteit verkregen eeltlaag verhinderen hem wakker te liggen van onvermijdelijke negatieve reacties. Bij mij hameren ze continu door mijn hoofd.

Dat mijn emotionele relaas me doet wankelen, dat ik alle vormen van wangedrag op een hoopje gooi en dat ik vrouwen hiermee niet empower, maar net zwakker doe lijken. Remember het discours van Catherine Deneuve in Le Monde. “Zijn hedendaagse dames werkelijk het equivalent van frêle victoriaanse huisvrouwen? Waarom nemen ze het heft niet in eigen handen? Duwen ze hun aanranders niet weg, laten ze niet merken dat het gedrag ongepast is?” Of, zoals überfeminist Youp van’t Hek onlangs liet optekenen in NRC: “Geef hem toch gewoon een knietje?”

Het woord dat deze critici zo makkelijk vergeten maar dat essentieel is in de hele #MeToo-discussie, is machtsonevenwicht. Als stagiair durfde ik een eindredacteur niet te zeggen dat zijn mopjes over mijn borsten me ongemakkelijk deden voelen, terwijl ik deze zomer een collega erop gewezen heb dat ik liever niet met ‘konijntje’ aangesproken word. Seksueel en seksistisch wangedrag, hoe onschuldig het ook mag lijken, gebeurt niet in het luchtledige, en eenzelfde gebeurtenis of uitspraak kan helemaal anders binnenkomen, afhankelijk van de situatie.

Niet iedereen heeft de financiële vrijheid om nee te zeggen tegen een handtastelijke baas en daarmee een inkomen te riskeren; niet iedereen heeft de mentale kracht om keer op keer een hand van haar knie weg te duwen. Mijn ervaring is niet dezelfde als die van donkere vrouwen, vrouwen met een handicap, arme vrouwen, vrouwen die niet geboren zijn als vrouwen, vrouwen die het voor de eerste keer meemaken, vrouwen die het voor de zoveelste keer ondergaan of, jawel, als die van mannen.

Het essentiële woord in de discussie is machtsonevenwicht. Als stagiair durfde ik een eindredacteur niet te zeggen dat zijn mopjes over mijn borsten me ongemakkelijk deden voelen

Moira Donegan oreert in The Guardian dat de reikwijdte van de #MeToo-beweging niet haar zwakte, maar net haar kracht is. “Als we enkel focussen op de big stuff, het makkelijk bewijsbare en strafbare gedrag, dan onderhouden we het idee dat (seksueel) geweld geïsoleerd is, en enkel neerkomt op de acties van individuen.” Wanneer zo veel verschillende vrouwen met zo veel verschillende achtergronden naar voren komen met het verhaal dat ook zij seksistisch wangedrag hebben moeten ondergaan, dan wordt het makkelijker om aan te nemen dat het probleem verder gaat dan enkele wansmakelijke individuen. Dat het probleem structureel is, en dat het niet ontweken kan worden door je mond open te trekken. Of, je weet wel, door gewoon een knietje te geven.

Hartslag 128

Op mijn Twitter-timeline kom ik de volgende oproep tegen: “Dames, stel dat er een avondklok voor mannen werd ingevoerd vanaf 21u. Wat zouden jullie dan allemaal doen waaraan jullie nu verzaken?” De antwoorden zijn hartverscheurend banaal. Van een avondwandeling in het park en gaan joggen in een strakke legging tot “boodschappen doen bij Walmart, net voor sluitingsuur, en niet bang zijn wanneer ik het parkeerterrein over moet.”

Maar ook: “Bedoel je dat je een avondklok als oplossing ziet? Dit gaat echt te ver.”

#Metoo popte de kurk van decennialange opgekropte woede en angst. We zijn een jaar verder en het wordt tijd dat niet alleen de problemen verder blootgelegd worden, maar ook dat er wordt gezocht naar oplossingen. Naar straffen en het creëren van een duidelijk juridisch kader dat het brede spectrum waarin seksueel wangedrag voorkomt respecteert – zeker, maar ook naar preventie, naar het organiseren van veilige en correcte werkplaatsen en naar opvoeding. Ook en misschien wel vooral van mensen die de kleuterschool al lang ontgroeid zijn.

Er moet gepraat worden – gesprekken over ‘sexual consent’ en over de verdeling van het ouderschapsverlof zijn broodnodig – maar er moet evenzeer, zo niet vaker geluisterd worden. Slachtoffers, of ‘overlevers’, die niet of te weinig gehoord worden, moeten een megafoon krijgen, en de patriarchale “machine”, zoals omschreven door The New York Times-journaliste Jodi Kantor, moet worden uitgeschakeld.

#MeToo heeft een eeuwenoud probleem blootgelegd. Dat probleem oplossen lukt niet één-twee-drie.

(Hartslag 123)