Sonja T.M. krijgt in beroep 30 jaar cel voor drievoudige kindermoord

Sonja T.M. woonde met haar partner in Lennik, samen met de drie kinderen van het koppel, die 2, 4 en 6 jaar oud waren, en een oudere dochter van de vrouw uit een eerdere relatie. De verhouding tussen beide partners verliep allesbehalve over rozen, getuige de 25 politietussenkomsten voor partnergeweld.

Op 11 februari 2015 brak er brand uit in een bijgebouw van de gezinswoning, waar de drie jongste kinderen op dat moment aanwezig waren. De kinderen overleefden de brand niet. Vrijwel onmiddellijk bleek dat het vuur was aangestoken, waarna de moeder werd opgepakt en onder aanhoudingsbevel werd geplaatst voor moord op haar drie kinderen.

Sonja T.M. gaf toe dat ze de brand had gesticht, uit woede tegen haar partner omdat een gerechtsdeurwaarder haar die dag documenten had bezorgd waaruit bleek dat haar partner de echtscheiding vroeg en de hoede van de kinderen opeiste. Ze zou niet geweten hebben dat de kinderen in het bijgebouw aanwezig waren.

Het hof van beroep liet van dat verhaal geen spaander heel en veroordeelde Sonja T.M. voor drievoudige kindermoord. Volgens het hof kon er geen twijfel over bestaan dat Sonja T.M. in koelen bloede besloten had haar kinderen te doden door brand te stichten, en dat ze daarvoor haar kinderen hoge dosissen kalmeermiddelen had toegediend. Dat ze enkel het bijgebouw zou willen vernielen hebben en niet zou geweten hebben dat haar kinderen zich daar bevonden, werd als totaal ongeloofwaardig afgedaan.

“Ze stond op hoogstens twee meter van de kinderen toen ze de brand stichtte”, sprak het hof. “Ze moet ze dus wel gezien hebben. Ze is op geen enkel moment in het gebouw gebleven of ernaar teruggekeerd om de kinderen te helpen. Integendeel, ze heeft buiten het gebouw staan wachten terwijl de kinderen om hulp riepen.”

In zijn arrest sprak het hof over gruwelijke feiten, die blijk gaven van een ondenkbare wreedheid en extreme lafheid. “Die staat in schril contrast met de moed van het oudste kind, dat nog geprobeerd heeft haar twee zusjes te beschermen tegen de vlammen.”

Ook het feit dat T.M. op geen enkel moment blijk gaf van schuldinzicht of spijt, werd haar zwaar aangerekend: “Betrokkene gedraagt zich hautain en arrogant en verwacht dat ze altijd en overal meteen haar zin krijgt. Ze kan geen kritiek verdragen en vertoont geen enkele empathie voor anderen. Het gevaar op recidive is dan ook bijzonder groot.”

De Brusselse correctionele rechtbank had T.M. in januari nog tot 28 jaar cel veroordeeld, maar de straf vond het hof onvoldoende. Enkel een gevangenisstraf van 30 jaar was op haar plaats aldus het hof, met daarbovenop dus een terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank voor 10 jaar.