Jambon ziet probleem rond privacy niet bij vingerafdruk op identiteitskaart

© ISOPIX

© BELGAONTHESPOT

1 / 2
thumbnail: null
thumbnail: null

Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) begrijpt de discussie niet die is ontstaan over de verplichting om vingerafdrukken op te slaan op identiteitskaarten. De minister ziet geen verschil met een foto op de identiteitskaart afdrukken. “Ik snap dit debat echt niet”, zei Jambon zondag in De Zevende Dag op Eén. “Ik denk dat we geen enkel risico lopen met de privacy.”

Lies Lecomte

De bevoegde Kamercommissie keurde eerder deze week het wetsontwerp goed waardoor vanaf april volgend jaar digitale vingerafdrukken worden toegevoegd aan de identiteitskaart. Niet aan de chip, maar in de kaart. Het gaat om een maatregel van de regering in de strijd tegen criminaliteit, waarbij criminelen op pad proberen te gaan met identiteitskaarten van “lookalikes”.

Verschillende instanties plaatsten ernstige vraagtekens bij de wettekst, omdat het om een inbreuk tegen de privacy zou gaan. “Ik zie het echt niet”, reageert minister Jambon. “Als er een foto op kan, waarom dan de vingerafdrukken niet?”, vraagt hij zich af.

De actie via sociale media onder de hashtag #ikniet noemt Jambon “een zot idee”. “Ze mogen doen wat ze willen. Als de Kamer dit binnen anderhalve week stemt, dan zal iemand vanaf april 2019 bij hernieuwing van de identiteitskaart zijn vingerafdrukken moeten afgeven. Als je weigert, zal je geen identiteitskaart krijgen.”

Hij benadrukt de noodzaak van de maatregel in de strijd tegen criminaliteit. De gevallen van identiteitsfraude zijn volgens hem gestegen van 400 in 2016 naar een duizendtal dit jaar. Tegelijkertijd is de fraude op paspoorten met driekwart gedaald, aldus Jambon.

Het wetsontwerp maakt het overigens ook mogelijk dat het Rijksregister voortaan nutsbedrijven, telecomoperatoren, verzekeringmaatschappijen enzovoort automatisch contacteert indien een klant verhuist, overlijdt of van naam verandert. Vandaag komt daar een hele hoop rompslomp bij kijken. Jambon benadrukt wel dat de burger uitdrukkelijk toestemming moet geven.

De minister benadrukt ook dat het Rijksregister onder de hoogste beveilingsstandaard valt. Het is de bedoeling dat de burger te allen tijde kan controleren bij welke bedrijven hij toestemming heeft gegeven en die ook op elk ogenblik kan intrekken. Enkel bedrijven waarmee de burger een “duurzame contractuele relatie” heeft, komen bovendien in aanmerking. De bedrijven zelf krijgen geen toegang tot het Rijksregister.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen