Direct naar artikelinhoud
Parkinson

Neurologen: blindedarm mogelijk bron van parkinson

Neurologen: blindedarm mogelijk bron van parkinson
Beeld Getty Images/iStockphoto

De appendix is misschien toch actiever dan we denken: mensen bij wie die op jonge leeftijd is verwijderd krijgen minder vaak parkinson.

Dat blijkt uit een studie in vakblad Science Translational Medicine. De appendix is dus niet zomaar een nutteloos overblijfsel van lang vervlogen tijden. “Ons onderzoek toont niet alleen aan dat de blindedarm een belangrijke rol speelt bij de ziekte,” verklaren Amerikaanse en Zweedse neurologen, “het wijst ook de weg voor een nieuwe behandeling.”

‘Het lijkt me niet verstandig dat iedereen nu preventief zijn appendix laat verwijderen’
Henk Berendse, parkinsonspecialist

Verdachtenbankje

Nu stonden de darmen, meer bepaald de darmflora, al langer onder verdenking. Dat is niet zo gek. Constipatie is bijvoorbeeld soms een voorbode van parkinson. Bovendien is het hersengebied waar de ziekte zich middels eiwitophopingen manifesteert, via een zenuwbaan direct verbonden met de darmen. Dit onderzoek geeft nieuwe voeding aan die theorie.

De onderzoekers bestudeerden een groot databestand dat terugging tot 1964 en gegevens bevatte van 1,7 miljoen Zweden. Daaruit bleek dat mensen die een blindedarmoperatie hadden ondergaan, 19 procent minder vaak parkinson kregen. Bij mensen die op het platteland leefden, was de reductie zelfs 25 procent.

Een verklaring voor dit verschil geven de artsen niet, maar het rijmt volgens hen wel met het gegeven dat de ziekte in deze bevolkingsgroep vaker voorkomt. 

Daarnaast bleek dat de operatie de ziekte kan vertragen. Bij mensen die zo’n operatie hadden gehad en toch parkinson kregen, openbaarde de ziekte zich gemiddeld 3,5 jaar later. Parkinsonpatiënten zelf hadden geen baat meer bij de ingreep. Tot slot had de blindedarmoperatie geen effect op het ontstaan of verloop van de erfelijke varianten van parkinson.

Kenmerkende klonteringen

Daarnaast troffen de onderzoekers in verwijderde appendices grote hoeveelheden van het eiwit alfa-synucleïne aan. Klonteringen van misvormde varianten van dit eiwit zijn kenmerkend in de hersenen van parkinsonpatiënten. Tot hun verbazing zaten die klonteringen ook in de appendices van voorts gezonde personen. In de darmen zijn ze dus heel normaal, schrijven ze. “Hun aanwezigheid kan niet de enige oorzaak zijn. De ziekte van Parkinson treft nog niet 1 procent van de bevolking. Er moet nog minstens één ander mechanisme in werking treden.”

Dat beaamt Henk Berendse, hoogleraar neurologie en parkinsonspecialist van het Amsterdam UMC. “Het feit dat het risico 20 procent lager ligt en niet nul is geworden, wijst erop dat ze niet dé oorzaak te pakken hebben. Het lijkt me daarom niet verstandig dat iedereen nu preventief zijn appendix zou laten verwijderen.”

Toch noemt hij het een interessante bevinding. Het sluit aan bij eerdere studies die wezen op de rol van de darmen. “Maar je weet niet wat de rol is. Ligt daar de oorzaak, versnellen ze de ziekte of raken ze alleen maar betrokken bij het verloop van parkinson?”