Direct naar artikelinhoud
Bevolking

‘Opmerkelijke’ daling van vruchtbaarheid in de helft van de wereld

‘Opmerkelijke’ daling van vruchtbaarheid in de helft van de wereld
Beeld iStock

Voor een grote overzichtsstudie hebben onderzoekers gegevens van 195 landen bijeengebracht om in kaart te brengen hoe de wereldbevolking evolueert. Het onderzoek, gepubliceerd in het prestigieuze blad The Lancet, toont aan dat de vruchtbaarheid daalt maar de wereldbevolking blijft groeien.

“We zijn nu op een punt gekomen waar de vruchtbaarheidsgraad in de helft van de landen niet aan het ‘vervangingsniveau’ komt”, zegt professor Christopher Murray van de Universiteit van Washington over zijn studie. Heel opmerkelijk noemt hij de resultaten van zijn onderzoek, want het is een ‘verrassing’ dat dat aantal landen op dit moment al zo hoog is.

Om dat uit te rekenen doet het onderzoek in The Lancet een beroep op gegevens van over de hele wereld. Zo is gebleken dat een vrouw gemiddeld 2,4 kinderen krijgt. Maar als de vruchtbaarheidsgraad voor een land het kritieke punt van 2,1 kinderen bedraagt, dan wil dat zeggen dat de populatie in een bepaald land op termijn zal krimpen. In 1950 was er nog geen enkel land ter wereld dat zich in deze situatie bevond, maar vandaag is de vruchtbaarheidsgraad in 91 landen onvoldoende.

België

Een van die landen is België. De vruchtbaarheidsgraad bedraagt hier momenteel 1,7. En net als andere West-Europese landen behoort ons land tot het clubje van rijke, welvarende naties waar de vruchtbaarheidscijfers al jaren achteruitgaan. In Duitsland staat dat nu op 1,4, in Frankrijk op 1,8 en in Nederland eveneens op 1,7. Een kaart in de publicatie toont ook erg goed aan dat vrouwen die kinderen baren er steeds ouder op worden. Sinds 1975 is de vruchtbaarheidsgraad van moeders ouder dan dertig hier, maar ook in de VS en Australië en Canada, met meer dan 60 procent gestegen.

‘Vrouwen studeren langer en gaan ook werken. Koppels willen eerst gesetteld zijn voor ze aan kinderen beginnen’
Professor Yves Jacquemyn, diensthoofd gynaecologieUZ Antwerpen

“Mensen kiezen er nu bewust voor om op latere leeftijd kinderen te krijgen”, zegt professor Yves Jacquemyn, diensthoofd gynaecologie van het UZ Antwerpen. “Vrouwen studeren nu ook langer en gaan ook werken. Koppels willen eerst gesetteld zijn voor ze aan kinderen beginnen.” Die trend werd voor ons land recent nog bevestigd door een nieuw rapport van het Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie, waaruit blijkt dat de gemiddelde leeftijd waarop een vrouw haar eerste kind krijgt, 29 jaar is. Vlaamse moeders krijgen hun kinderen (te) laat, stelt het rapport, maar volgens Jacquemyn is er geen reden tot paniek. “Op 29 spelen leeftijdsfactoren echt nog niet mee”, zegt hij. “Dat begint pas te komen vanaf 42. Vanaf dan zijn er bij de vrouw meer problemen met de bloeddruk of met de suikerspiegel. Er is dan ook een hogere kans op miskramen.”

11 miljard

Reden tot bezorgdheid over het feit dat de wereldbevolking nu zo sterk verandert, is er volgens experts ook helemaal niet. Eigenlijk gaan we simpelweg van een oud demografisch regime naar een nieuw, concludeert professor Patrick Deboosere, die aan de VUB onder meer de gezondheidsdemografie bestudeert. “Er zijn natuurlijk veel factoren die bijdragen aan de evolutie van de bevolking”, zegt hij. “Ook migratie is iets wat dat mee bepaalt. De geboortecijfers waren vroeger inderdaad veel hoger. Maar kinderen die nu worden geboren, hebben een veel hogere levensverwachting.”

Omdat de vergrijzing overal toeneemt, is een daling van de wereldbevolking ook nog niet voor morgen. Het voorbije decennium is de wereldbevolking zelfs jaarlijks met meer dan 80 miljoen mensen toegenomen. Toch zal het volledige aantal van onze soort op een dag wel zijn plafond bereiken: tegen 2100, zegt een voorspelling van de VN. De aarde zal op dat moment ruim 11 miljard mensen tellen. “Het spreekt vanzelf dat de wereldbevolking op termijn zal krimpen”, zegt Deboosere. “En dat kan ook positieve effecten hebben, zeker voor het klimaat. Alleen moeten we voor het klimaat niet tot dan wachten om er iets aan te doen.”