Direct naar artikelinhoud
Armoede

Een uitkering en toch arm? De kans wordt steeds groter

Een uitkering en toch arm? De kans wordt steeds groter
Beeld Photo News

Een uitkering krijgen en toch in armoede leven? De kans wordt steeds groter in België. “De uitkeringen volgen de stijgende welvaart niet”, zegt armoede-expert Ive Marx (UAntwerpen).

In 2017 daalde het risico op armoede met 39,5 procent dankzij allerlei uitkeringen, waaronder de kinderbijslag of de werkloosheidsuitkering. De impact van zulke ‘sociale transfers’ is de voorbije jaren flink gedaald. In 2010 verminderden zij het armoederisico nog met 45 procent. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat, de Europese statistische dienst.

Echt uniek is ons land niet. Ook in de rest van de Europese Unie volstaan uitkeringen steeds minder om armoede aan te pakken. Maar het valt op dat ons land achteruitboert in de Europese ranking. Drie jaar geleden stonden we nog op de zevende plaats, vandaag op de tiende. Onder andere Denemarken, Frankrijk en Zweden reduceren armoede efficiënter dan wij.

Waarom daalt het armoederisico steeds minder, terwijl het leefloon en verschillende uitkeringen worden verhoogd? “Omdat de uitkeringen niet dezelfde tred volgen als de stijging van onze welvaart”, zegt armoede-expert Ive Marx (UAntwerpen). “Alleenstaande singles komen meestal nog wel rond met hun uitkering, maar zeker voor alleenstaande ouders schiet ze tekort.”

‘Economische groei is goed voor wie werkt, maar niet voor wie met een uitkering moet rondkomen’
Ive Marx, UAntwerpen

De economische groei van de laatste jaren vergroot die kloof nog meer. “Als het economisch goed gaat, profiteren vooral de mensen met een arbeidsinkomen. Economische groei is dus goed voor wie werkt, maar niet voor wie met een uitkering moet rondkomen”, zegt Marx. Dat verklaart waarom de trend zich ook elders in Europa aftekent.

Volgens Groen-Kamerlid Evita Willaert bewijzen de cijfers dat de regering-Michel een tandje moet bijsteken. “Het leefloon ligt vandaag dieper onder de Europese armoedegrens dan bij het begin van de legislatuur”, zegt Willaert. “Bovendien wordt de sociale zekerheid al jaren uitgehold door de opeenstapeling van maatregelen die vooral de zwaksten treffen, zoals de sterkere degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen.”

Interpretatie

Vicepremier Kris Peeters (CD&V), die de nieuwe werkloosheidsuitkeringen verdedigt, nuanceert dat. “De Belgische welvaartsstaat presteert nog altijd bovengemiddeld vergeleken met de rest van de EU. Bovendien zijn er tal van redenen denkbaar waarom de performantie van onze sociale transfers afneemt. Bijvoorbeeld omdat zij wat meer tegemoetkomen aan de mensen die net boven de armoede zitten.”

Peeters pleit voor een voorzichtige interpretatie van deze cijfers. “Een uitkering die ervoor zorgt dat iemand van nul inkomen naar 700 euro per maand gaat, reduceert de armoede volgens dit criterium niet. De persoon blijft immers arm”, legt hij uit. “Maar een uitkering die ervoor zorgt dat iemand van 1.000 naar 1.200 euro gaat wel.”  Vanuit die logica zou het schrappen van de eerste categorie de statistieken opsmukken, maar dan zouden de armsten net slechter af zijn.

En Marx? Die zegt dat de uitkeringen in België wel degelijk te laag liggen. “Maar dat was ook de voorbije twintig jaar het geval”, zegt hij. “Ook onder Elio Di Rupo (PS) en Guy Verhofstadt (Open Vld) werd dat probleem niet opgelost.”

Belangrijke factor in deze discussie is volgens hem ook dat steeds meer gezinnen twee inkomens hebben. Armoede wordt immers berekend op basis van de mediane levensstandaard. Die wordt de laatste jaren sterk omhooggetrokken. “Mensen die met één inkomen moeten rondkomen, hebben het dan sowieso al moeilijker. Laat staan die met één uitkering.”