Direct naar artikelinhoud
Kunst

Europese musea kunnen zich schrap zetten: koloniale kunst moet terug

Beelden uit Benin, geëxposeerd in het Parijse museum Quai Branly.Beeld AFP

Wat moeten we met koloniale kunst van omstreden herkomst? Wat dacht u van teruggeven? Dat staat in een advies aan de Franse president Emmanuel Macron, dat vrijdag verschijnt. Europese musea kunnen zich schrap zetten.

President Emmanuel Macron wist wie hij in huis haalde, toen hij in april historica Bénédicte Savoy aanstelde als zijn beleidsadviseur over Frankrijks omgang met koloniale kunst. “Ik wil weten hoeveel bloed er van een kunstwerk druppelt”, had Savoy vorig jaar geroepen, in haar vorige functie als adviseur van het nieuwe Humboldt Forum dat volgend jaar in Berlijn opengaat.

Macron wist ook wat hij zei in ­november vorig jaar, tijdens zijn bezoek aan Burkina Faso: “Afrikaans erfgoed mag zich niet alleen in particuliere collecties en Europese musea bevinden. Het moet een plaats krijgen in Parijs, maar ook in Dakar, Lagos, Cotonou. In de komende vijf jaar wil ik dat aan alle voorwaarden wordt voldaan voor tijdelijke of definitieve teruggave van Afrikaans erfgoed naar Afrika.”

Omgekeerde bewijslast

Het R-woord – restitutie, teruggave – was gevallen. “De restitutierevolutie is begonnen”, begroette Savoy Macrons verklaring. “De dageraad van een nieuw tijdperk”, noemde ze het in de Franse krant Le Monde. Immers: als Frankrijk hier eenmaal mee begint, dan komt restitutie ook op de agenda van andere musea: “Van het British Museum (dat meer dan 200.000 Afrikaanse objecten bezit), tot het Weltmuseum in Wenen (37.000) tot het AfricaMuseum in België (180.000) tot het Humboldt Forum in Berlijn (75.000) en Frankrijks voornaamste etnografische museum, Quai Branly in Parijs (70.000).”

Luttele weken na haar lofzang ­benoemde Macron Savoy en de Senegalese econoom en publicist Felwine Sarr aan het hoofd van een adviescommissie. Die moet adviseren hoe Macron zijn beloften moet invullen. De inhoud van het rapport lekte maandag uit. Als de berichten kloppen, dan zijn de adviezen, verspreid over 108 pagina’s, inderdaad revolutionair. Keer de bewijslast om als landen aanspraak maken op objecten – daar komt het advies op neer. Als musea niet kunnen bewijzen dat hun objecten op legitieme wijze zijn verkregen, geef ze dan terug. Niet tijdelijk, maar permanent.

De restitutierevolutie is begonnen. Als Frankrijk hier eenmaal mee begint, dan komt restitutie ook op de agenda van andere musea

Afrika heeft de toekomst

Teruggave en meer samenwerking met Afrikaanse musea, daarmee zal de president zich in eigen land wellicht nog impopulairder maken, behalve ­onder leden van de zwarte activistische beweging Cran (Conseil représentatif des associations noires), die zich ­hardmaken voor restitutie. Maar dit ­advies naast zich neerleggen en op zijn schreden terugkeren, zal heel moeilijk zijn.

In het snel groeiende Afrika ziet ­Macron de toekomst – en ze spreken er nog Frans ook. Maar Frankrijk heeft zijn imago tegen: ex-kolonisator en ­beschermheer van Afrikaanse kleptocraten. Cultuur kan de betrekkingen smeren, beseft Macron – en hij is niet de enige. Frankrijk heeft in Afrika een zware concurrent in China, dat grondstoffen ruilt tegen wegenbouw. Maar China investeert in nog meer: in juli opende de Chinese president Xi Jinping het splinternieuwe Museum voor Zwarte Beschavingen in de Senegalese hoofdstad Dakar. “Wij Chinezen hebben net als jullie Afrikanen veel geleden ­onder kolonialisme”, voerde Peking aan, en legde 20 miljoen dollar (ruim 17,5 miljoen euro) voor het ­museum op tafel.

In het snel groeiende Afrika ziet ­Macron de toekomst – en ze spreken er nog Frans ook. Maar Frankrijk heeft zijn imago tegen

Vuurwerk

Wat stelt Frankrijk daartegenover? ­Miljoeneninvesteringen in onderwijs en computerstart-ups. En wat de cultuur betreft: sinds een half jaar inventariseert Savoy met haar commissie ­omstreden kunstobjecten, en spreekt ze met (Afrikaanse) kunstenaars, activisten, kunstverzamelaars en experts. Dat is, als de berichten kloppen, vuurwerk. Met haar – voor de museumwereld – radicale uitspraken had Savoy al hoge verwachtingen gewekt, wat Radio France Culture ertoe bewoog om vrijdag de hele dag uitzendingen over het thema in te plannen. “Ik kreeg de afgelopen ­dagen mails van over de hele wereld”, zegt roofkunstexpert Jos van Beurden. “Iedereen wil weten wat erin staat.”

Als restitutie in één Franse ex-kolonie speelt, zegt Van Beurden, dan wel in Benin. In 2016 verzocht het West-Afrikaanse land officieel teruggave van objecten uit Benin, waarvan Franse musea er duizenden bezitten. Pronkstukken zijn de beelden in het hart van het Parijse museum Quai Branly. De beelden, gedecoreerde deuren, tronen en scepters zijn eind negentiende eeuw ­geroofd uit het paleis van het koninkrijk Dahomey.

Benin kreeg in 2016 nog nul op het rekest: de objecten vormen onderdeel van onverveemdbaar Frans erfgoed, wat teruggave juridisch onmogelijk maakt, was het argument. “Ook Mali is daarmee murw geslagen”, vertelt Van Beurden.

Parthenon-friezen uit Athene in het British Museum. Griekenland wil deze ook al decennia terug.Beeld Phil Robinson

België hinkt achterop

Ook in dit land zijn veel ogen op Parijs gericht. Op 9 december opent een grondig gerestaureerd AfricaMuseum in Tervuren zijn deuren. Dit monument van Belgiës beruchte koloniale verleden in Congo, dat ooit de bezoekers een heus ‘negerdorp’ toonde, zit midden in de discussie.

In het nieuwe museum is ook aandacht voor koloniale wandaden, en het zal Afrikanen toegang verschaffen tot hun eigen geschiedenis, zei minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) in september. “Fysieke restitutie”, benadrukte hij, is daarbij slechts een optie, naast uitwisselingen en dergelijke.

“We zien dat België achterophinkt op het vlak van teruggave”, schreven Afrika-kenners en activisten, verenigd in de Frans-Belgische zwarte organisatie Cran. In een open brief eisten ze niet alleen restitutie van objecten, maar ook excuses en financiële compensatie, en: géén heropening van het museum.

“We staan ervoor open om stukken terug te geven, als zich een legitieme ­eigenaar aanbiedt”, reageerde Guido Gryseels, de AfricaMuseum-directeur, tegen VRT. “Voor mij is dat het Nationaal Museum in Congo.” Dat museum in de hoofdstad Kinshasa gaat pas eind volgend jaar open. ­Gryseels zag nog een reden voor voorzichtigheid: tussen 1976 en 1982 heeft zijn museum 114 stukken aan Congo overgedragen. “Van die 114 objecten zijn er daarna 87 gestolen uit het museum.”

Teruggave stuit vaak op het tegenargument ‘ze kunnen er zelf niet op passen’
Jos van Beurden, roofkunstexpert

“Teruggave stuit vaak op het tegenargument ‘ze kunnen er zelf niet op passen’”, zegt Van Beurden. Hij is ­mede-ondertekenaar van een tweede, heel wat constructiever getoonzette open brief, die het museum oproept zelf initiatief te nemen om samenwerking en restitutie mogelijk te maken.

Van Beurden: “Los van de toestand in Congo en elders, kun je bereidheid tonen om je collectie te onderzoeken en met Afrikaanse landen gaan praten over hoe ze objecten zouden willen gebruiken, ook als je die voorlopig nog zelf houdt. Wat je veel hoort in Afrika, is: wij moeten zelf uitmaken welke spullen we willen, voor welk verhaal.”

Ook in Duitsland woedt de discussie. Die gaat al jaren over iconen in Duits bezit als de buste van Nefertiti maar nu is er een nieuwe aanleiding. Volgend jaar opent in Berlijn het Humboldt Forum de deuren. Het nieuwe prestigeproject (kosten 595 miljoen euro) zal collecties uit twee etnografische musea samenvoegen. Macrons adviseur Savoy had daar ook een functie. Maar ze verdween vorig jaar met slaande deuren. Iedere openheid en bereidheid tot debat werd er gesmoord onder een loden mantel. “Het Humboldt Forum is net Tsjernobyl”, vond ze.

Toetanchamon en Nefertiti (r.).Beeld rv, AP

Gruweldaden in Namibië

Maar in kranten wordt wel volop gediscussieerd over Duitslands koloniale gruweldaden in Namibië en Tanzania, en welke plek die moeten krijgen in het Forum. Dat Duitsland zijn koloniale verleden nog niet volledig heeft behandeld, laat zich verklaren: de kolonies werden het land al na de Eerste Wereldoorlog abrupt ontnomen, en na de Tweede kregen andere zwarte bladzijden uit Duitslands geschiedenis prioriteit.

Als eerste land publiceerde Duitsland dit jaar ook een richtsnoer over de ‘omgang’ met de talrijke stukken uit het koloniale verleden. Het ruim 130 pagina’s tellende stuk, onder verantwoordelijkheid van het ministerie van cultuur, bevat nauwgezette aanbevelingen voor musea. Maar het is vaag over restitutie, en benadrukt vooral alternatieve opties om claims te schikken.

‘Die roof en die strafexpeditie neem je hiermee niet weg, dus ik ga er niet vanuit dat ze in Nigeria zeggen: nu hebben we die stukken en we hebben het er verder niet meer over’
Stijn Schoonderwoerd, directeur van het Museum van Wereldculturen

Parthenon

En toch: kom eens om zo’n leidraad in Groot-Brittannië. Het British Museum poeiert al decennia Griekse aanspraken over de aldaar tentoongestelde Elgin Marbles (friezen van het Parthenon) uit Athene af. Toch is daar één doorbraak: in april bereikte het ­Victoria and Albert-museum overeenstemming met Ethiopië, over ‘permanente uitleen’ van objecten uit de zogeheten Maqdala-schat, honderden objecten die Britse troepen in 1868 bij een strafexpeditie uit het paleis van koning Tewodros II sloopten.

Datzelfde model, bruikleen, is ook de basis van een akkoord met Nigeria. Tien Europese musea, waaronder het British Museum maar ook het Museum van Wereldculturen (een koepel van vier Nederlandse musea), zullen hun stukken uitlenen aan een nog te bouwen museum in de Nigeriaanse stad ­Benin City (niet te verwarren met Nigeria’s buurland Benin). Daar roofden Britse troepen in 1897 duizenden metalen en ivoren objecten van de koning van het Beninrijk. De schatten staan nu bekend als de ‘Benin Bronzes’.

Met de bruikleen is de discussie over restitutie van de ‘bronzes’ zeker niet ­afgedaan, zei Stijn Schoonderwoerd, directeur van het Museum van Wereldculturen, enkele weken geleden. Het Museum Volkenkunde in Leiden bezit ruim honderd ‘bronzes’. “Integendeel: ik denk dat de uitleen van de Bronzes de discussie over restitutie op een hoger plan brengt. We zijn ons zeer bewust van de emotionele lading van die stukken. Die roof en die strafexpeditie neem je hiermee niet weg, dus ik ga er niet vanuit dat ze in Nigeria zeggen: ‘Nu hebben we die stukken en we hebben het er voorts niet meer over.’”

De deur van het koninklijk paleis in Dahomey (Benin).Beeld AFP

Positieve stimulans

Nigeria heeft ook in het akkoord ­laten opnemen dat het land daarmee geen afstand doet van zijn aanspraken. Schoonderwoerd: “Als over drie jaar in Benin City een topmuseum staat, wordt zichtbaar hoe die objecten een rol gaan spelen in het culturele leven. Dat zal de discussie over restitutie een positieve stimulans geven. Want die gaat natuurlijk door, in Nigeria, maar ook bij ons in Europa.”

Het Museum van Wereldculturen werkt aan een leidraad over hoe musea moeten omgaan met claims uit het buitenland. Die moet nog voor het eind van het jaar verschijnen. “In de richtlijn komen criteria te staan op grond waarvan we een claim op teruggave willen honoreren”, zegt Schoonderwoerd. “Dus als zich een persoon of instantie bij ons meldt die zegt: ‘Geef mij die spullen terug’, dan staat in de richtlijn aan welke criteria zo’n verzoek moet doen, hoe lang we over een ­besluit mogen doen, en wie ernaar gaan kijken. Dus heel praktisch, we gaan dat ook internationaal publiceren. Zodat mensen zich kunnen melden.”

Afwachten is raar

Niet voldoende, meent Van Beurden: “Wachten op verzoeken, dat vind ik heel raar. Musea moeten het pro-actief aanpakken, niet wachten op claims, maar inventariseren van problematische delen van hun verzameling, en daarover in overleg gaan met autoriteiten in voormalige koloniën.”

Overigens zijn alle deskundigen het erover eens, dat musea niet hoeven te vrezen voor totale ontruimingen van hun schappen. Heel veel kunst is er niet geroofd. En heel veel Afrikaanse landen zullen niet alle geroofde stukken opeisen. “Onze oba (traditionele koning) heeft alleen gevraagd om teruggave van enkele stukken”, zei Folarin Shyllon, Nigeriaans delegatielid vorige maand in de Nederlandse krant Trouw, aan de vooravond van een vergadering over de Bronzes in Leiden. “Maar we zullen onze rechten niet opgeven.”